Aan een tweetal uitspraken van het gerechtshof, gepresenteerd op pakjesavond, wil ik even aandacht besteden:
De eerste uitspraak:
http://zoeken.rechtspraak.nl/detailpage.aspx?ljn=BU6760
Een prima bewijs dat in eega-zaken resultaat behaald kan worden. Dexia weet niets van de klant, heeft de administratie niet op orde, communiceert niet goed met de klant en komt niet verder dan een aantal veronderstellingen. Claim voor 100% toegewezen.
En dan nu de tweede, trieste, uitspraak:
http://zoeken.rechtspraak.nl/detailpage.aspx?ljn=BU6774
Weer een eega-uitspraak. De echtgenote is overleden. Erfgenamen doen een beroep op vernietiging. En nu komt het:
"Met het overlijden van de erflater volgen zijn erfgenamen van rechtswege op in zijn voor overgang vatbare rechten . Het hof is van oordeel dat de bevoegdheid om de leaseovereenkomsten te vernietigen
wel op de ergenamen van X is overgegaan,
maar dat de gezinsbeschermende strekking van de art. 1.88 en 89 BW meebrengt, dat de erfgenamen die ten tijde van het sluiten van de leaseovereenkomsten geen deel uitmaakten van het huishouden van X en voor hun levensonderhoud niet afhankelijk waren van het gezinsinkomen, geen door genoemde artikelen te beschermen belang bij de vernietiging van de leaseovereenkosmten hebben". Het beroep wordt door het hof afgewezen.
Ik vind deze conclusie zeer ernstig. De
bevoegdheid tot vernietiging is dus volgens het hof wel overgegaan op de erfgenamen maar de feitelijke uitoefening niet. In mijn optiek betekent dit dat Dexia er dus belang bij heeft dat in geval van zieke of oude partners de procedure wordt opgerekt, want komt degene die het recht tot vernietiging toekomt te overlijden dat hoeft Dexia niets meer te vrezen; de zaak wordt gewonnen.
De uitspraak wordt nog veel gekker als ik de slotsom en de beslissing lees (ik geef toe ik ben geen deskundige maar raar is het wel !!):
Slotsom hof: appelant zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de kosten van het hoger beroep (kan ik nog volgen).
Beslissing hof: veroordeelt
Dexia in de proceskosten van het hoger beroep (totaal € 1.148). Is dit logisch of is hier sprake van een rechtelijke dwaling? (de winnaar betaalt de kosten !!). Als het inderdaad een rechtelijke dwaling in het vonnis is kan Dexia zich hierop dan beroepen? Ik leg de vragen graag aan het deskundigenpanel voor !!