LET OP: Dit topic is meer dan drie jaar geleden geplaatst. De informatie is mogelijk verouderd. |
[ archief ] Uitspraken rechtbanken al dan niet huurkoop als link
Re: Uitspraken rechtbanken al dan niet huurkoop als link
Nee hoor Trudy mijn zaak in Utrecht is ook door verwezen naar de kantonrechter, omdat Dexia in mijn zaak geen verweer heeft gevoerd, moeten beide partijen ook hier voor de proceskosten opdraaien.
Re: Uitspraken rechtbanken al dan niet huurkoop als link
en Arnhem 13 mei uitspraak GEEN huurkoop. Nee, vanzelf, is dezelfde rechter als van die andere twee rechtzaken in Arnhem. Je moet als eegaleaser dus echt voorkomen dat je in die steden gedagvaard gaat worden. Dat zal dus betekenen dat je ZELF moet dagvaarden als je daar woont. Anders ben je bij voorbaat de klos. Vraag me af hoe die rechters die beslissen dat het niet om huurkoop gaat, verder met deze zaak omgaan wat betreft zorgplicht, misleiding en dwaling. Heb daar dus niet echt vertrouwen in.
Re: Uitspraken rechtbanken al dan niet huurkoop als link
Hallo Gast 4. Is dit jouw rechtzaak? In Utrecht. Gefeliciteerd, hoop dat het verder ook goed uit gaat pakken.
Ik heb me vergist wat die kosten betreft. In Den Bosch moet Dexia alle kosten betalen. Jij moet dus wel een deel zelf betalen.
Gr.
Ik heb me vergist wat die kosten betreft. In Den Bosch moet Dexia alle kosten betalen. Jij moet dus wel een deel zelf betalen.
Gr.
Re: Uitspraken rechtbanken al dan niet huurkoop als link
Dank je Trudy zie huurkoop Utrecht op pagina 2.
Groetjes.
Groetjes.
Re: Uitspraken rechtbanken al dan niet huurkoop als link
Ik heb de eerste dreigende brief ontvangen van het GGN. Ik ben het zat en sleep nu dexia zelf m.b.v. mijn advocaat voor de rechter. Deze zaak zal dan in Amsterdam voorkomen. Ik wil nu wel eens duidelijkheid.
Gr. John
Gr. John
-
- Berichten: 1484
- Lid geworden op: 21 mar 2004 20:41
Re: Uitspraken rechtbanken al dan niet huurkoop als link
Is toch eigenlijk te gek voor woorden dat je bijna moet verhuizen omdat een rechte rin Amsterdam anders oordeelt dan een rechter in Arnhem.
Echt van de zotte!
m.v.g. justice man
Echt van de zotte!
m.v.g. justice man
Re: Uitspraken rechtbanken al dan niet huurkoop als link
Klopt helemaal. Ik zou anders onder het haagsche recht vallen. Dat risico neem ik niet, dus sleep ik dexia zelf voor de rechter in Amsterdam. Ben ik ze een stap voor.
-
- Berichten: 1484
- Lid geworden op: 21 mar 2004 20:41
Re: Uitspraken rechtbanken al dan niet huurkoop als link
Goed zo John, dat is vooruit denken.
Zo dacht mijn raadsman ook.
Het lijkt wel op een schaakspel met een reusachtige hoofdprijs in het verschiet…
m.v.g. justice man
Zo dacht mijn raadsman ook.
Het lijkt wel op een schaakspel met een reusachtige hoofdprijs in het verschiet…
m.v.g. justice man
Re: Uitspraken rechtbanken al dan niet huurkoop als link
Vraag mij dit af:
Rechters die beslist hebben dat het geen huurkoop-overeenkomst is, hoeven toch niet ook per definitie te beslissen dat Dexia zich niet hoeft te houden aan zorgplicht, en dwaling en misleiding is toch ook nog een optie?
Of gaat het hier om rechters die hoe dan ook achter de Dexia-bank staan.
Wanneer deze rechters onpartijdig zijn, zou je de zaak toch ook kunnen winnen in die steden als eegaleaser of als niet-eegaleaser?
Rechters die beslist hebben dat het geen huurkoop-overeenkomst is, hoeven toch niet ook per definitie te beslissen dat Dexia zich niet hoeft te houden aan zorgplicht, en dwaling en misleiding is toch ook nog een optie?
Of gaat het hier om rechters die hoe dan ook achter de Dexia-bank staan.
Wanneer deze rechters onpartijdig zijn, zou je de zaak toch ook kunnen winnen in die steden als eegaleaser of als niet-eegaleaser?
-
- Berichten: 1484
- Lid geworden op: 21 mar 2004 20:41
Re: Uitspraken rechtbanken al dan niet huurkoop als link
Beste Trudy,
Het is in ieder geval wel opmerkelijk dat de ene rechter zegt het is wel huurkoop en de andere niet.
Eén van de twee moet het dan toch mis hebben?!
Het is alleen de vraag zien zij het anders (interpreteren ze het anders) of geven ze Dexia te allen tijde gelijk, en zijn ze in het ergste geval wellicht omgekocht.
Iets wat in andere landen vrij normaal is, China is een land waarin meer zaken corrupt zijn behandeld dan eerlijk, wellicht komt die negatieve trend ook hier in wie weet.
Iedereen heeft zijn prijs, en Dexia heeft de centen….
m.v.g. justice man
(ik hoop het niet, maar de kans is aanwezig, zeker bij een zaak waar miljarden euro’s en de (goede) naam op het spel staat van één van de grootste banken van Europa.)
Het is in ieder geval wel opmerkelijk dat de ene rechter zegt het is wel huurkoop en de andere niet.
Eén van de twee moet het dan toch mis hebben?!
Het is alleen de vraag zien zij het anders (interpreteren ze het anders) of geven ze Dexia te allen tijde gelijk, en zijn ze in het ergste geval wellicht omgekocht.
Iets wat in andere landen vrij normaal is, China is een land waarin meer zaken corrupt zijn behandeld dan eerlijk, wellicht komt die negatieve trend ook hier in wie weet.
Iedereen heeft zijn prijs, en Dexia heeft de centen….
m.v.g. justice man
(ik hoop het niet, maar de kans is aanwezig, zeker bij een zaak waar miljarden euro’s en de (goede) naam op het spel staat van één van de grootste banken van Europa.)
Re: Uitspraken rechtbanken al dan niet huurkoop als link
Uitspraak Zwolle erbij geplaatst.
-
- Berichten: 1484
- Lid geworden op: 21 mar 2004 20:41
Re: Uitspraken rechtbanken al dan niet huurkoop als link
Goed bezig Chris/ L. Blok!!
m.v.g. justice man
m.v.g. justice man
Re: Uitspraken rechtbanken al dan niet huurkoop als link
Ook de 2e uitspraak van Zwolle van vandaag er bij gezet.
-
- Berichten: 1484
- Lid geworden op: 21 mar 2004 20:41
Re: Uitspraken rechtbanken al dan niet huurkoop als link
Zoals ik al zei: goed bezig!
L. Blok/ Chris G.
m.v.g. justice man
(p.s. 23-9)
L. Blok/ Chris G.
m.v.g. justice man
(p.s. 23-9)
Re: Uitspraken rechtbanken al dan niet huurkoop als link
Nieuwe uitspraak Breda er bij gezet.
Re: Uitspraken rechtbanken al dan niet huurkoop als link
Vandaag pas gepubliceerd, een uitspraak van 3 maart 2004 van de rechtbank in Arnhem en wie was de rechter?
Nijhuis.
Waar heb ik die naam eerder gelezen!
Iets over zakelijke partners enzo.
De stand bijhouden heeft eigenlijk geen zin meer.
dexia dagvaard nu mensen bij de kantonrechter als het om rechtbanken gaat die hebben beslist dat het huurkoop is.
Dit doen ze om proces economische redenen staat in de dagvaarding.
Alleen bij rechtbanken die hebben beslist dat het geen huurkoop is, daar dagvaard dexia de mensen wel bij de gewone rechter.
In alle gevallen bedoel ik natuurlijk huurkoop, waarbij de partner niet heeft mee getekend
LJN-nummer: AP1231 Zaaknr: 106131
Bron: Rechtbank Arnhem
Datum uitspraak: 3-03-2004
Datum publicatie: 9-06-2004
Soort zaak: civiel - handelszaak
Soort procedure: eerste aanleg - enkelvoudig
Rechtbank Arnhem
Sector civiel recht
Zaak-/rolnummer: 106131 / HA ZA 03-1906
Datum vonnis: 3 maart 2004
Vonnis
in de zaak van
de naamloze vennootschap
DEXIA BANK NEDERLAND N.V.,
gevestigd te Amsterdam,
eiseres in de hoofdzaak,
tevens verweerster in het incident,
procureur mr. N.L.J.M. Rijssenbeek,
tegen
X,
wonende te A,
gedaagde in de hoofdzaak,
tevens eiser in het incident,
procureur mr. J.G.F. Smallenbroek.
Partijen zullen in dit vonnis Dexia en X worden genoemd.
1. Het verloop van de procedure
Na het uitbrengen van de dagvaarding zijn de volgende processtukken gewisseld:
* een conclusie van antwoord tevens incidentele conclusie tot verwijzing;
* een conclusie van antwoord in het incident tot verwijzing.
Ten slotte is vonnis bepaald.
2. Het geschil
2.1 Dexia vordert -samengevat en zakelijk weergegeven- dat de rechtbank X zal veroordelen tot betaling van een bedrag van € 7.296,26 vermeerderd met rente en kosten.
Aan deze vordering legt Dexia ten grondslag dat zij met X een overeenkomst heeft gesloten ten behoeve van haar product WinstVerDriedubbelaar onder contractnummer 74486521, dat die overeenkomst door het verstrijken van de overeengekomen looptijd is geëindigd en dat zij in verband daarmede een eindafrekening heeft opgesteld ten bedrage van € 6.290,86. X weigert tot betaling van dat bedrag over te gaan. De contractuele rente daarover bedraagt van 5 mei 2003 tot en met 5 september 2003 € 216,42 en de buitengerechtelijke incassokosten € 788,97 inclusief BTW.
2.2 Voor alle weren werpt X de exceptie van onbevoegdheid op en concludeert hij tot verwijzing naar de sector kanton van deze rechtbank.
Daartoe voert X aan dat de onderhavige overeenkomst dient te worden gekwalificeerd als een huurkoopovereenkomst. Geschillen omtrent huurkoopovereenkomsten behoren tot de competentie van de sector kanton.
2.3 Dexia voert in het incident gemotiveerd verweer. Daarop zal de rechtbank, voor zover van belang, onder de beoordeling ingaan.
3. De beoordeling
in het incident
3.1 Voor de kwalificatie van een overeenkomst als huurkoopovereenkomst is vereist dat sprake is van koop en verkoop op afbetaling. Dexia betwist dat de overeenkomst tussen partijen als een overeenkomst van koop en verkoop op afbetaling gekwalificeerd kan worden. De overeenkomst tussen Dexia en X is dus geen huurkoopovereenkomst, aldus Dexia. Met betrekking tot dit verweer overweegt de rechtbank het volgende.
3.3 Artikel 7A:1576 lid 1 BW geeft de definitie van een overeenkomst van koop en verkoop op afbetaling: “Koop en verkoop op afbetaling is de koop en verkoop, waarbij partijen overeenkomen dat de koopprijs wordt betaald in termijnen, waarvan twee of meer verschijnen, nadat de verkochte zaak aan de koper is afgeleverd”.
Uit dat artikel volgt dat een overeenkomst van koop en verkoop op afbetaling strekt tot eigendomsoverdracht. Het uitgangspunt bij overeenkomsten als de onderhavige is echter niet dat de aandelen in eigendom van de lessee overgaan, maar dat deze aan het einde van de looptijd worden verkocht aan een derde, dat daarbij koerswinst wordt gemaakt doordat een hogere verkoop- dan aankoopprijs wordt gerealiseerd en dat Dexia vervolgens met haar cliënt afrekent. Dit uitgangspunt komt ook tot uitdrukking in de brochure, de overeenkomst en de toepasselijke voorwaarden die zijn overgelegd. Volgens Dexia kiezen haar cliënten vrijwel altijd voor verkoop of verlenging van de leaseovereenkomst, en niet voor daadwerkelijke levering van de aandelen aan hen. Ook in dit geval zijn de aandelen volgens de eindafrekening verkocht en is van eigendomsoverdracht dus geen sprake geweest.
Daartegenover legt artikel 2 van die voorwaarden, dat bepaalt dat “het eigendom van de waarden op lessee overgaat door vervulling van de opschortende voorwaarde dat lessee aan al zijn verplichtingen uit hoofde van de overeenkomst heeft voldaan”, onvoldoende gewicht in de schaal, mede gezien het feit dat ook in dit geval, naar moet worden aangenomen, het feitelijke uitgangspunt van partijen anders is geweest dan in artikel 2 staat vermeld en daadwerkelijke eigendomsoverdracht niet heeft plaatsgevonden.
3.4 Op grond van het bovenstaande is de rechtbank van oordeel dat de overeenkomst tussen partijen niet als een overeenkomst van koop en verkoop op afbetaling en dus niet als een huurkoopovereenkomst kan worden gekwalificeerd. Het verweer van Dexia is derhalve gegrond. Hetgeen Dexia voorts nog bij wege van verweer in het incident heeft aangevoerd, behoeft dan ook geen bespreking.
3.5 De rechtbank zal de incidentele vordering afwijzen met veroordeling van X in de kosten van het incident.
in de hoofdzaak
3.6 Er zal een comparitie van partijen worden belegd om inlichtingen over de zaak te vragen en om te onderzoeken of de partijen het op een of meer punten met elkaar eens kunnen worden. Daarbij kan de mogelijkheid van doorverwijzing naar een mediator aan de orde komen. Voor de comparitie is twee uur uitgetrokken.
3.7 De partijen wordt verzocht de stukken waarop zij tijdens de comparitie een beroep willen doen, uiterlijk twee weken tevoren in fotokopie aan de andere partij en aan de rechtbank toe te zenden.
3.8 Ter bevordering van een voortvarende afwikkeling van de procedure moeten de partijen erop voorbereid zijn dat de rechtbank een mondeling tussenvonnis, bijvoorbeeld tot een bewijsopdracht of deskundigenonderzoek, kan wijzen overeenkomstig art. 232, tweede lid, aanhef en onder a, Rv.
3.9 Ter comparitie kan aan de orde komen wie de partijen eventueel als deskundige(n) benoemd willen zien.
3.10 Hoger beroep van dit vonnis staat slechts open tegelijk met dat van het eindvonnis (art. 337, tweede lid, Rv.). Iedere verdere beslissing zal worden aangehouden.
De beslissing
De rechtbank:
in het incident
verklaart zich bevoegd van de hoofdzaak kennis te nemen,
veroordeelt X in de kosten van het incident, tot heden aan de zijde van Dexia begroot op € 390,--,
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
in de hoofdzaak
bepaalt dat de partijen, vergezeld van hun advocaten, voor de rechtbank (mr. O. Nijhuis) zullen verschijnen in het Paleis van Justitie te Arnhem aan de Walburgstraat 2-4 om inlichtingen over de zaak te geven en te laten onderzoeken of de partijen het op een of meer punten met elkaar eens kunnen worden, op een door de rechtbank vast te stellen datum en tijd (in beginsel op een woensdag),
verwijst de zaak naar de tweede rolzitting na de dag waarop dit vonnis is uitgesproken, voor het opgeven van de verhinderdagen van de partijen en hun advocaten in de maanden april 2004 tot en met juni 2004, waarna dag en uur van de comparitie zullen worden bepaald,
bepaalt dat bij gebreke van de gevraagde opgave(n) de rechtbank het tijdstip van de comparitie zelfstandig zal bepalen,
bepaalt dat na de vaststelling van het tijdstip van de comparitie dit in beginsel niet zal worden gewijzigd,
bepaalt dat X dan in persoon aanwezig zal zijn en dat Dexia dan vertegenwoordigd zal zijn door iemand die van de zaak op de hoogte is en hetzij rechtens hetzij op grond van een bijzondere schriftelijke volmacht bevoegd is haar te vertegenwoordigen,
verzoekt de tijdige toezending van de stukken zoals onder 3. bedoeld,
verstaat dat hoger beroep van dit vonnis alleen mogelijk is tegelijk met dat van het eindvonnis,
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. O. Nijhuis en uitgesproken in het openbaar op 3 maart 2004.
de griffier de rechter
Nijhuis.
Waar heb ik die naam eerder gelezen!
Iets over zakelijke partners enzo.
De stand bijhouden heeft eigenlijk geen zin meer.
dexia dagvaard nu mensen bij de kantonrechter als het om rechtbanken gaat die hebben beslist dat het huurkoop is.
Dit doen ze om proces economische redenen staat in de dagvaarding.
Alleen bij rechtbanken die hebben beslist dat het geen huurkoop is, daar dagvaard dexia de mensen wel bij de gewone rechter.
In alle gevallen bedoel ik natuurlijk huurkoop, waarbij de partner niet heeft mee getekend
LJN-nummer: AP1231 Zaaknr: 106131
Bron: Rechtbank Arnhem
Datum uitspraak: 3-03-2004
Datum publicatie: 9-06-2004
Soort zaak: civiel - handelszaak
Soort procedure: eerste aanleg - enkelvoudig
Rechtbank Arnhem
Sector civiel recht
Zaak-/rolnummer: 106131 / HA ZA 03-1906
Datum vonnis: 3 maart 2004
Vonnis
in de zaak van
de naamloze vennootschap
DEXIA BANK NEDERLAND N.V.,
gevestigd te Amsterdam,
eiseres in de hoofdzaak,
tevens verweerster in het incident,
procureur mr. N.L.J.M. Rijssenbeek,
tegen
X,
wonende te A,
gedaagde in de hoofdzaak,
tevens eiser in het incident,
procureur mr. J.G.F. Smallenbroek.
Partijen zullen in dit vonnis Dexia en X worden genoemd.
1. Het verloop van de procedure
Na het uitbrengen van de dagvaarding zijn de volgende processtukken gewisseld:
* een conclusie van antwoord tevens incidentele conclusie tot verwijzing;
* een conclusie van antwoord in het incident tot verwijzing.
Ten slotte is vonnis bepaald.
2. Het geschil
2.1 Dexia vordert -samengevat en zakelijk weergegeven- dat de rechtbank X zal veroordelen tot betaling van een bedrag van € 7.296,26 vermeerderd met rente en kosten.
Aan deze vordering legt Dexia ten grondslag dat zij met X een overeenkomst heeft gesloten ten behoeve van haar product WinstVerDriedubbelaar onder contractnummer 74486521, dat die overeenkomst door het verstrijken van de overeengekomen looptijd is geëindigd en dat zij in verband daarmede een eindafrekening heeft opgesteld ten bedrage van € 6.290,86. X weigert tot betaling van dat bedrag over te gaan. De contractuele rente daarover bedraagt van 5 mei 2003 tot en met 5 september 2003 € 216,42 en de buitengerechtelijke incassokosten € 788,97 inclusief BTW.
2.2 Voor alle weren werpt X de exceptie van onbevoegdheid op en concludeert hij tot verwijzing naar de sector kanton van deze rechtbank.
Daartoe voert X aan dat de onderhavige overeenkomst dient te worden gekwalificeerd als een huurkoopovereenkomst. Geschillen omtrent huurkoopovereenkomsten behoren tot de competentie van de sector kanton.
2.3 Dexia voert in het incident gemotiveerd verweer. Daarop zal de rechtbank, voor zover van belang, onder de beoordeling ingaan.
3. De beoordeling
in het incident
3.1 Voor de kwalificatie van een overeenkomst als huurkoopovereenkomst is vereist dat sprake is van koop en verkoop op afbetaling. Dexia betwist dat de overeenkomst tussen partijen als een overeenkomst van koop en verkoop op afbetaling gekwalificeerd kan worden. De overeenkomst tussen Dexia en X is dus geen huurkoopovereenkomst, aldus Dexia. Met betrekking tot dit verweer overweegt de rechtbank het volgende.
3.3 Artikel 7A:1576 lid 1 BW geeft de definitie van een overeenkomst van koop en verkoop op afbetaling: “Koop en verkoop op afbetaling is de koop en verkoop, waarbij partijen overeenkomen dat de koopprijs wordt betaald in termijnen, waarvan twee of meer verschijnen, nadat de verkochte zaak aan de koper is afgeleverd”.
Uit dat artikel volgt dat een overeenkomst van koop en verkoop op afbetaling strekt tot eigendomsoverdracht. Het uitgangspunt bij overeenkomsten als de onderhavige is echter niet dat de aandelen in eigendom van de lessee overgaan, maar dat deze aan het einde van de looptijd worden verkocht aan een derde, dat daarbij koerswinst wordt gemaakt doordat een hogere verkoop- dan aankoopprijs wordt gerealiseerd en dat Dexia vervolgens met haar cliënt afrekent. Dit uitgangspunt komt ook tot uitdrukking in de brochure, de overeenkomst en de toepasselijke voorwaarden die zijn overgelegd. Volgens Dexia kiezen haar cliënten vrijwel altijd voor verkoop of verlenging van de leaseovereenkomst, en niet voor daadwerkelijke levering van de aandelen aan hen. Ook in dit geval zijn de aandelen volgens de eindafrekening verkocht en is van eigendomsoverdracht dus geen sprake geweest.
Daartegenover legt artikel 2 van die voorwaarden, dat bepaalt dat “het eigendom van de waarden op lessee overgaat door vervulling van de opschortende voorwaarde dat lessee aan al zijn verplichtingen uit hoofde van de overeenkomst heeft voldaan”, onvoldoende gewicht in de schaal, mede gezien het feit dat ook in dit geval, naar moet worden aangenomen, het feitelijke uitgangspunt van partijen anders is geweest dan in artikel 2 staat vermeld en daadwerkelijke eigendomsoverdracht niet heeft plaatsgevonden.
3.4 Op grond van het bovenstaande is de rechtbank van oordeel dat de overeenkomst tussen partijen niet als een overeenkomst van koop en verkoop op afbetaling en dus niet als een huurkoopovereenkomst kan worden gekwalificeerd. Het verweer van Dexia is derhalve gegrond. Hetgeen Dexia voorts nog bij wege van verweer in het incident heeft aangevoerd, behoeft dan ook geen bespreking.
3.5 De rechtbank zal de incidentele vordering afwijzen met veroordeling van X in de kosten van het incident.
in de hoofdzaak
3.6 Er zal een comparitie van partijen worden belegd om inlichtingen over de zaak te vragen en om te onderzoeken of de partijen het op een of meer punten met elkaar eens kunnen worden. Daarbij kan de mogelijkheid van doorverwijzing naar een mediator aan de orde komen. Voor de comparitie is twee uur uitgetrokken.
3.7 De partijen wordt verzocht de stukken waarop zij tijdens de comparitie een beroep willen doen, uiterlijk twee weken tevoren in fotokopie aan de andere partij en aan de rechtbank toe te zenden.
3.8 Ter bevordering van een voortvarende afwikkeling van de procedure moeten de partijen erop voorbereid zijn dat de rechtbank een mondeling tussenvonnis, bijvoorbeeld tot een bewijsopdracht of deskundigenonderzoek, kan wijzen overeenkomstig art. 232, tweede lid, aanhef en onder a, Rv.
3.9 Ter comparitie kan aan de orde komen wie de partijen eventueel als deskundige(n) benoemd willen zien.
3.10 Hoger beroep van dit vonnis staat slechts open tegelijk met dat van het eindvonnis (art. 337, tweede lid, Rv.). Iedere verdere beslissing zal worden aangehouden.
De beslissing
De rechtbank:
in het incident
verklaart zich bevoegd van de hoofdzaak kennis te nemen,
veroordeelt X in de kosten van het incident, tot heden aan de zijde van Dexia begroot op € 390,--,
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
in de hoofdzaak
bepaalt dat de partijen, vergezeld van hun advocaten, voor de rechtbank (mr. O. Nijhuis) zullen verschijnen in het Paleis van Justitie te Arnhem aan de Walburgstraat 2-4 om inlichtingen over de zaak te geven en te laten onderzoeken of de partijen het op een of meer punten met elkaar eens kunnen worden, op een door de rechtbank vast te stellen datum en tijd (in beginsel op een woensdag),
verwijst de zaak naar de tweede rolzitting na de dag waarop dit vonnis is uitgesproken, voor het opgeven van de verhinderdagen van de partijen en hun advocaten in de maanden april 2004 tot en met juni 2004, waarna dag en uur van de comparitie zullen worden bepaald,
bepaalt dat bij gebreke van de gevraagde opgave(n) de rechtbank het tijdstip van de comparitie zelfstandig zal bepalen,
bepaalt dat na de vaststelling van het tijdstip van de comparitie dit in beginsel niet zal worden gewijzigd,
bepaalt dat X dan in persoon aanwezig zal zijn en dat Dexia dan vertegenwoordigd zal zijn door iemand die van de zaak op de hoogte is en hetzij rechtens hetzij op grond van een bijzondere schriftelijke volmacht bevoegd is haar te vertegenwoordigen,
verzoekt de tijdige toezending van de stukken zoals onder 3. bedoeld,
verstaat dat hoger beroep van dit vonnis alleen mogelijk is tegelijk met dat van het eindvonnis,
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. O. Nijhuis en uitgesproken in het openbaar op 3 maart 2004.
de griffier de rechter
Re: Uitspraken rechtbanken al dan niet huurkoop als link
Vandaag ook schriftelijk van mijn advocaat vernomen dat mijn zaak als huurkoop moet worden afgehandeld bij het kantongerecht, de rechtbank Alkmaar heeft dit op 26-05-2004 afgehandeld. De officiële uitspraak zal de komende periode ook wel ergens vermedlt worden neem ik aan.
Re: Uitspraken rechtbanken al dan niet huurkoop als link
Aandelenlease is huurkoop
De Amsterdamse rechtbank heeft in één week tijd vier maal zichzelf onbevoegd verklaard om Dexia-zaken te behandelen. Volgens de wet moeten huurkoopgeschillen niet aan de rechtbank, maar aan de kantonrechter worden voorgelegd.
De rechtbank Amsterdam heeft op 14 april 2004 bepaald dat aandelenlease een vorm van huurkoop is, althans dezelfde strekking heeft. De rechter verwees de zaken door naar de kantonrechter. Voor gedupeerde beleggers kan de doorverwijzing naar de kantonrechter leiden tot vertraging van hun zaken.
Wanneer aandelenlease als huurkoop wordt gezien, dan is dat nadelig voor de aanbieders van aandelenlease. In sommige gevallen is dan een handtekening van de partner noodzakelijk, die nu vaak ontbreekt in het aandelenleasecontract.
Links:
Uitspraken AO7588, AO7590, AO7593 AO7584 (Rechtspraak.nl)
Gelezen op de website van Jurofoon (www.jurofoon.nl)
De Amsterdamse rechtbank heeft in één week tijd vier maal zichzelf onbevoegd verklaard om Dexia-zaken te behandelen. Volgens de wet moeten huurkoopgeschillen niet aan de rechtbank, maar aan de kantonrechter worden voorgelegd.
De rechtbank Amsterdam heeft op 14 april 2004 bepaald dat aandelenlease een vorm van huurkoop is, althans dezelfde strekking heeft. De rechter verwees de zaken door naar de kantonrechter. Voor gedupeerde beleggers kan de doorverwijzing naar de kantonrechter leiden tot vertraging van hun zaken.
Wanneer aandelenlease als huurkoop wordt gezien, dan is dat nadelig voor de aanbieders van aandelenlease. In sommige gevallen is dan een handtekening van de partner noodzakelijk, die nu vaak ontbreekt in het aandelenleasecontract.
Links:
Uitspraken AO7588, AO7590, AO7593 AO7584 (Rechtspraak.nl)
Gelezen op de website van Jurofoon (www.jurofoon.nl)
Re: Uitspraken rechtbanken al dan niet huurkoop als link
Rechter Nijhuis heeft de smaak te pakken gekregen, hieronder weer twee uitspraken van hem dat het geen huurkoop is.
Advocaten en gedupeereen in die regio, wees verstandig en accepteer dat je voor de gewone rechtbank gedaagd wordt.
Het kost je alleen maar geld om dit aan te vechten.
Nog verstandiger, wacht de dagvaarding niet af maar ga dexia zelf dagvaarden!
Waarom wachten op iets wat toch gaat komen: een rechtszaak.
Pak zelf het initiatief zoals honderden anderen, waaronder ikzelf, en ga dexia dagvaarden in Amsterdam.
Voor degene die nog betaalt en een nog lopend contract heeft:
Ga naar een advocaat , vernietig je contract, stop met betalen en ga je geld terugvorderen bij dexia.
Draai die geldkraan naar dexia dicht!
LJN-nummer: AP1357 Zaaknr: 104575
Bron: Rechtbank Arnhem
Datum uitspraak: 17-03-2004
Datum publicatie: 11-06-2004
Soort zaak: civiel - handelszaak
Soort procedure: kort geding
Rechtbank Arnhem
Sector civiel recht
Zaak-/rolnummer: 104575 / HA ZA 03-1615
Datum vonnis: 17 maart 2004
Vonnis
in de zaak van
de naamloze vennootschap
DEXIA BANK NEDERLAND N.V.,
gevestigd te Amsterdam,
eiseres in de hoofdzaak,
tevens verweerster in het incident,
procureur mr. N.L.J.M. Rijssenbeek,
tegen
X,
wonende te A,
gedaagde in de hoofdzaak,
tevens eiser in het incident,
procureur mr. J.M. Bosnak.
Partijen zullen in dit vonnis Dexia en X worden genoemd.
1. Het verloop van de procedure
Na het uitbrengen van de dagvaarding zijn de volgende processtukken gewisseld:
* een incidentele conclusie, houdende vordering tot verwijzing (ex artikel 71 Rv.);
* een conclusie van antwoord in het incident tot verwijzing.
Ten slotte is vonnis bepaald.
2. Het geschil
2.1 Dexia vordert -samengevat en zakelijk weergegeven- dat de rechtbank X zal veroordelen tot betaling van een bedrag van € 6.017,20 vermeerderd met rente en kosten.
Aan deze vordering legt Dexia ten grondslag dat zij met X een overeenkomst heeft gesloten ten behoeve van haar product DuoLease onder contractnummer 82001063, dat die overeenkomst door het verstrijken van de overeengekomen looptijd is geëindigd en dat zij in verband daarmede een eindafrekening heeft opgesteld en verzonden ten bedrage van € 5.216,25. Door verrekening van dividend ten bedrage van € 80,46 resteert te voldoen een bedrag van € 5.135,79. X weigert tot betaling van dat bedrag over te gaan. De contractuele rente daarover bedraagt van 28 april 2003 tot en met 19 augustus 2003 € 92,44 en de buitengerechtelijke incassokosten bedragen € 788,97 inclusief BTW.
2.2 Voor alle weren werpt X de exceptie van onbevoegdheid op en concludeert hij tot verwijzing naar de sector kanton van deze rechtbank.
Daartoe voert X aan dat de onderhavige overeenkomst dient te worden gekwalificeerd als een huurkoopovereenkomst. Geschillen omtrent huurkoopovereenkomsten behoren tot de competentie van de sector kanton.
2.3 Dexia voert in het incident gemotiveerd verweer. Daarop zal de rechtbank, voor zover van belang, onder de beoordeling ingaan.
3. De beoordeling
in het incident
3.1 Voor de kwalificatie van een overeenkomst als huurkoopovereenkomst is vereist dat sprake is van koop en verkoop op afbetaling. Dexia betwist dat de overeenkomst tussen partijen als een overeenkomst van koop en verkoop op afbetaling gekwalificeerd kan worden. De overeenkomst tussen Dexia en X is dus geen huurkoopovereenkomst, aldus Dexia. Met betrekking tot dit verweer overweegt de rechtbank het volgende.
3.3 Artikel 7A:1576 lid 1 BW geeft de definitie van een overeenkomst van koop en verkoop op afbetaling: “Koop en verkoop op afbetaling is de koop en verkoop, waarbij partijen overeenkomen dat de koopprijs wordt betaald in termijnen, waarvan twee of meer verschijnen, nadat de verkochte zaak aan de koper is afgeleverd”.
Uit dat artikel volgt dat een overeenkomst van koop en verkoop op afbetaling strekt tot eigendomsoverdracht. Het uitgangspunt bij overeenkomsten als de onderhavige is echter niet dat de aandelen in eigendom van de lessee overgaan, maar dat deze aan het einde van de looptijd worden verkocht aan een derde, dat daarbij koerswinst wordt gemaakt doordat een hogere verkoop- dan aankoopprijs wordt gerealiseerd en dat Dexia vervolgens met haar cliënt afrekent. Dit uitgangspunt komt ook tot uitdrukking in de brochure, de overeenkomst en de toepasselijke voorwaarden die zijn overgelegd. Volgens Dexia kiezen haar cliënten vrijwel altijd voor verkoop of verlenging van de leaseovereenkomst, en niet voor daadwerkelijke levering van de aandelen aan hen. Ook in dit geval zijn de aandelen volgens de eindafrekening verkocht en is van eigendomsoverdracht dus geen sprake geweest.
Daartegenover legt artikel 11 van die voorwaarden, dat luidt: “Indien lessee aan al zijn verplichtingen uit de overeenkomst heeft voldaan, zal Legio Lease de waarden leveren aan lessee, tenzij lessee al mededeelt de voorkeur te geven aan de verkoop van de waarden”, onvoldoende gewicht in de schaal, mede gezien het feit dat ook in dit geval, naar moet worden aangenomen, het feitelijke uitgangspunt van partijen vanaf het begin is geweest dat de waarden zouden worden verkocht en daadwerkelijke eigendomsoverdracht niet heeft plaatsgevonden.
3.4 Op grond van het bovenstaande is de rechtbank van oordeel dat de overeenkomst tussen partijen niet als een overeenkomst van koop en verkoop op afbetaling en dus niet als een huurkoopovereenkomst kan worden gekwalificeerd. Het verweer van Dexia is derhalve gegrond. Hetgeen Dexia voorts nog bij wege van verweer in het incident heeft aangevoerd, behoeft dan ook geen bespreking.
3.5 De rechtbank zal de incidentele vordering afwijzen met veroordeling van X in de kosten van het incident.
in de hoofdzaak
3.6 De rechtbank zal de zaak naar de rol verwijzen voor conclusie van antwoord aan de zijde van X.
3.7 De rechtbank zal iedere verdere beslissing aanhouden.
De beslissing
De rechtbank:
in het incident
verklaart zich bevoegd van de hoofdzaak kennis te nemen;
veroordeelt X in de kosten van het incident, tot heden aan de zijde van Dexia begroot op € 331,--;
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
in de hoofdzaak
verwijst de zaak naar de rol van 28 april 2004 voor conclusie van antwoord aan de zijde van X;
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. O. Nijhuis en uitgesproken in het openbaar op 17 maart 2004.
de griffier de rechter
LJN-nummer: AP1355 Zaaknr: 109307
Bron: Rechtbank Arnhem
Datum uitspraak: 17-03-2004
Datum publicatie: 11-06-2004
Soort zaak: civiel - handelszaak
Soort procedure: eerste aanleg - enkelvoudig
Rechtbank Arnhem
Sector civiel recht
Zaak-/rolnummer: 109307 / HA ZA 04-192
Datum vonnis: 17 maart 2004
Vonnis
in de zaak van
X,
wonende te A,
opposante in conventie,
eiseres in reconventie,
tevens eiseres in het incident,
procureur mr. B.H. Niemann,
tegen
de naamloze vennootschap
DEXIA BANK NEDERLAND N.V.,
gevestigd te Amsterdam,
geopposeerde in conventie,
verweerster in reconventie,
tevens verweerster in het incident,,
procureur mr. N.L.J.M. Rijssenbeek.
Partijen zullen in dit vonnis X en Dexia worden genoemd.
1. Het verloop van de procedure
1.1 Bij verstekvonnis van 10 december 2003 heeft deze rechtbank X veroordeeld aan Dexia te betalen een bedrag van € 4.683,81 vermeerderd met rente als gevorderd alsmede te betalen de kosten van het geding, tot aan die uitspraak aan de zijde van Dexia begroot op € 657,16, het vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad verklaard en het meer of anders gevorderde afgewezen.
1.2 Op 27 januari 2004 heeft X een verzetdagvaarding aan Dexia doen betekenen. Daarin zijn tevens een incidentele vordering tot verwijzing en een eis in reconventie opgenomen.
1.3 Vervolgens is van de zijde van Dexia een conclusie van antwoord in het incident tot verwijzing genomen.
1.4 Ten slotte is vonnis bepaald.
2. Het geschil
in conventie
2.1 Dexia vordert bij haar inleidende dagvaarding -samengevat en zakelijk weergegeven- dat de rechtbank X zal veroordelen tot betaling van een bedrag van € 5.472,78 vermeerderd met rente en kosten.
Aan deze vordering legt Dexia ten grondslag dat zij met X een overeenkomst heeft gesloten ten behoeve van haar product WinstVerDriedubbelaar onder contractnummer 74406301, dat die overeenkomst door het verstrijken van de overeengekomen looptijd is geëindigd en dat zij in verband daarmede een eindafrekening heeft opgesteld en toegezonden ten bedrage van € 4.514,26. X weigert tot betaling van dat bedrag over te gaan. De contractuele rente daarover bedraagt van 22 april 2003 tot en met 2 september 2003 € 169,55 en de buitengerechtelijke incassokosten € 788,97 inclusief BTW.
2.2 X voert bij wege van verzet gemotiveerd verweer en vordert haar te ontheffen van de sub 1 gemelde veroordeling en Dexia alsnog niet-ontvankelijk te verklaren in haar vordering althans haar deze te ontzeggen.
in reconventie
2.3 X vordert dat de rechtbank de tussen haar en Dexia gesloten overeenkomst zal vernietigen, subsidiair deze overeenkomst zodanig zal wijzigen of geheel of gedeeltelijk zal ontbinden dat het door X geleden en nog te lijden nadeel zal worden opgeheven, met veroordeling van Dexia in de kosten van dit geding.
Aan deze vordering legt X ten grondslag dat Dexia een aantal zorgverplichtingen jegens X niet is nagekomen, onder meer doordat zij onvoldoende informatie heeft verstrekt aan X omtrent de WinstVerDriedubbelaar, zich niet heeft verdiept in de financiële positie van X en haar verplichting tot saldibewaking niet is nagekomen. Daardoor heeft Dexia gehandeld in strijd met de pre-contractuele goede trouw en in strijd met wet- en regelgeving.
in het incident
2.4 Voor alle weren werpt X de exceptie van onbevoegdheid op.
Daartoe voert X aan, naar de rechtbank begrijpt, dat de onderhavige overeenkomst gekwalificeerd dient te worden als huurkoopovereenkomst, zodat de onderhavige zaak is aan te merken als een aardvordering als bedoeld in artikel 93 sub c Rv. en deswege dient te worden verwezen naar de sector kanton, locatie Arnhem, van deze rechtbank.
2.5 Dexia voert in het incident gemotiveerd verweer. Daarop zal de rechtbank, voor zover van belang, onder de beoordeling ingaan.
3. De beoordeling
in het incident
3.1 Dexia betwist dat de overeenkomst tussen partijen als een overeenkomst van koop en verkoop op afbetaling gekwalificeerd kan worden. Voor de kwalificatie van een overeenkomst als huurkoopovereenkomst is vereist dat sprake is van koop en verkoop op afbetaling. De overeenkomst tussen Dexia en X is dus geen huurkoopovereenkomst, aldus Dexia. Met betrekking tot dit verweer overweegt de rechtbank het volgende.
3.2 Artikel 7A:1576 lid 1 BW geeft de definitie van een overeenkomst van koop en verkoop op afbetaling: “Koop en verkoop op afbetaling is de koop en verkoop, waarbij partijen overeenkomen dat de koopprijs wordt betaald in termijnen, waarvan twee of meer verschijnen, nadat de verkochte zaak aan de koper is afgeleverd”.
Uit dat artikel volgt dat een overeenkomst van koop en verkoop op afbetaling strekt tot eigendomsoverdracht. Het uitgangspunt bij overeenkomsten als de onderhavige is echter niet dat de aandelen in eigendom van de lessee overgaan, maar dat deze aan het einde van de looptijd worden verkocht aan een derde, dat daarbij koerswinst wordt gemaakt doordat een hogere verkoop- dan aankoopprijs wordt gerealiseerd en dat Dexia vervolgens met haar cliënt afrekent. Dit uitgangspunt komt ook tot uitdrukking in de brochure, de overeenkomst en de toepasselijke voorwaarden die zijn overgelegd. Volgens Dexia kiezen haar cliënten vrijwel altijd voor verkoop of verlenging van de leaseovereenkomst, en niet voor daadwerkelijke levering van de aandelen aan hen. Ook in dit geval zijn de aandelen volgens de eindafrekening verkocht en is van eigendomsoverdracht dus geen sprake geweest.
Daartegenover leggen artikel 2 van die voorwaarden, dat bepaalt dat “het eigendom van de waarden op lessee overgaat door vervulling van de opschortende voorwaarde dat lessee aan al zijn verplichtingen uit hoofde van de overeenkomst heeft voldaan” alsmede de vermelding van artikel 7A:1576 BW op de eindafrekening, onvoldoende gewicht in de schaal, mede gezien het feit dat ook in dit geval, naar moet worden aangenomen, het feitelijke uitgangspunt van partijen anders is geweest dan in artikel 2 staat vermeld en daadwerkelijke eigendomsoverdracht niet heeft plaatsgevonden.
3.3 Op grond van het bovenstaande is de rechtbank van oordeel dat de overeenkomst tussen partijen niet als een overeenkomst van koop en verkoop op afbetaling en dus niet als een huurkoopovereenkomst kan worden gekwalificeerd. Het verweer van Dexia is derhalve gegrond. Hetgeen Dexia voorts nog bij wege van verweer in het incident heeft aangevoerd, behoeft dan ook geen bespreking.
3.4 De rechtbank zal de incidentele vordering afwijzen met veroordeling van X in de kosten van het incident.
in de hoofdzaak
3.6 Er zal een comparitie van partijen worden belegd om inlichtingen over de zaak te vragen en om te onderzoeken of de partijen het op een of meer punten met elkaar eens kunnen worden. Daarbij kan de mogelijkheid van doorverwijzing naar een mediator aan de orde komen. Voor de comparitie is twee uur uitgetrokken.
3.7 Indien Dexia op de eis in reconventie wil antwoorden, dient zij deze conclusie ter comparitie te nemen. Op een later tijdstip kan de conclusie van antwoord in reconventie niet meer genomen worden. Dexia dient de conclusie van antwoord in reconventie uiterlijk twee weken voor aanvang van de comparitie aan de rechtbank en de wederpartij te hebben toegezonden.
3.8 De partijen wordt verzocht de stukken waarop zij tijdens de comparitie een beroep willen doen, uiterlijk twee weken tevoren in fotokopie aan de andere partij en aan de rechtbank toe te zenden.
3.9 Ter bevordering van een voortvarende afwikkeling van de procedure moeten de partijen erop voorbereid zijn dat de rechtbank een mondeling tussenvonnis, bijvoorbeeld tot een bewijsopdracht of deskundigenonderzoek, kan wijzen overeenkomstig art. 232, tweede lid, aanhef en onder a, Rv.
3.10 Ter comparitie kan aan de orde komen wie de partijen eventueel als deskundige(n) benoemd willen zien.
3.11 Hoger beroep van dit vonnis staat slechts open tegelijk met dat van het eindvonnis (art. 337, tweede lid, Rv.). Iedere verdere beslissing zal worden aangehouden.
De beslissing
De rechtbank:
in het incident
verklaart zich bevoegd van de hoofdzaak kennis te nemen,
veroordeelt X in de kosten van het incident, tot heden aan de zijde van Dexia begroot op € 331,--,
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
in de hoofdzaak
bepaalt dat de partijen, vergezeld van hun advocaten, voor de rechtbank (mr. O. Nijhuis) zullen verschijnen in het Paleis van Justitie te Arnhem aan de Walburgstraat 2-4 om inlichtingen over de zaak te geven en te laten onderzoeken of de partijen het op een of meer punten met elkaar eens kunnen worden, op een door de rechtbank vast te stellen datum en tijd (in beginsel op een woensdag),
verwijst de zaak naar de tweede rolzitting na de dag waarop dit vonnis is uitgesproken, voor het opgeven van de verhinderdagen van de partijen en hun advocaten in de maanden april 2004 tot en met juni 2004, waarna dag en uur van de comparitie zullen worden bepaald,
bepaalt dat bij gebreke van de gevraagde opgave(n) de rechtbank het tijdstip van de comparitie zelfstandig zal bepalen,
bepaalt dat na de vaststelling van het tijdstip van de comparitie dit in beginsel niet zal worden gewijzigd,
bepaalt dat X dan in persoon aanwezig zal zijn en dat Dexia dan vertegenwoordigd zal zijn door iemand die van de zaak op de hoogte is en hetzij rechtens hetzij op grond van een bijzondere schriftelijke volmacht bevoegd is haar te vertegenwoordigen,
verzoekt de tijdige toezending van de stukken zoals onder 3.8 bedoeld,
verstaat dat hoger beroep van dit vonnis alleen mogelijk is tegelijk met dat van het eindvonnis,
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. O. Nijhuis en uitgesproken in het openbaar op 17 maart 2004.
de griffier de rechter
Advocaten en gedupeereen in die regio, wees verstandig en accepteer dat je voor de gewone rechtbank gedaagd wordt.
Het kost je alleen maar geld om dit aan te vechten.
Nog verstandiger, wacht de dagvaarding niet af maar ga dexia zelf dagvaarden!
Waarom wachten op iets wat toch gaat komen: een rechtszaak.
Pak zelf het initiatief zoals honderden anderen, waaronder ikzelf, en ga dexia dagvaarden in Amsterdam.
Voor degene die nog betaalt en een nog lopend contract heeft:
Ga naar een advocaat , vernietig je contract, stop met betalen en ga je geld terugvorderen bij dexia.
Draai die geldkraan naar dexia dicht!
LJN-nummer: AP1357 Zaaknr: 104575
Bron: Rechtbank Arnhem
Datum uitspraak: 17-03-2004
Datum publicatie: 11-06-2004
Soort zaak: civiel - handelszaak
Soort procedure: kort geding
Rechtbank Arnhem
Sector civiel recht
Zaak-/rolnummer: 104575 / HA ZA 03-1615
Datum vonnis: 17 maart 2004
Vonnis
in de zaak van
de naamloze vennootschap
DEXIA BANK NEDERLAND N.V.,
gevestigd te Amsterdam,
eiseres in de hoofdzaak,
tevens verweerster in het incident,
procureur mr. N.L.J.M. Rijssenbeek,
tegen
X,
wonende te A,
gedaagde in de hoofdzaak,
tevens eiser in het incident,
procureur mr. J.M. Bosnak.
Partijen zullen in dit vonnis Dexia en X worden genoemd.
1. Het verloop van de procedure
Na het uitbrengen van de dagvaarding zijn de volgende processtukken gewisseld:
* een incidentele conclusie, houdende vordering tot verwijzing (ex artikel 71 Rv.);
* een conclusie van antwoord in het incident tot verwijzing.
Ten slotte is vonnis bepaald.
2. Het geschil
2.1 Dexia vordert -samengevat en zakelijk weergegeven- dat de rechtbank X zal veroordelen tot betaling van een bedrag van € 6.017,20 vermeerderd met rente en kosten.
Aan deze vordering legt Dexia ten grondslag dat zij met X een overeenkomst heeft gesloten ten behoeve van haar product DuoLease onder contractnummer 82001063, dat die overeenkomst door het verstrijken van de overeengekomen looptijd is geëindigd en dat zij in verband daarmede een eindafrekening heeft opgesteld en verzonden ten bedrage van € 5.216,25. Door verrekening van dividend ten bedrage van € 80,46 resteert te voldoen een bedrag van € 5.135,79. X weigert tot betaling van dat bedrag over te gaan. De contractuele rente daarover bedraagt van 28 april 2003 tot en met 19 augustus 2003 € 92,44 en de buitengerechtelijke incassokosten bedragen € 788,97 inclusief BTW.
2.2 Voor alle weren werpt X de exceptie van onbevoegdheid op en concludeert hij tot verwijzing naar de sector kanton van deze rechtbank.
Daartoe voert X aan dat de onderhavige overeenkomst dient te worden gekwalificeerd als een huurkoopovereenkomst. Geschillen omtrent huurkoopovereenkomsten behoren tot de competentie van de sector kanton.
2.3 Dexia voert in het incident gemotiveerd verweer. Daarop zal de rechtbank, voor zover van belang, onder de beoordeling ingaan.
3. De beoordeling
in het incident
3.1 Voor de kwalificatie van een overeenkomst als huurkoopovereenkomst is vereist dat sprake is van koop en verkoop op afbetaling. Dexia betwist dat de overeenkomst tussen partijen als een overeenkomst van koop en verkoop op afbetaling gekwalificeerd kan worden. De overeenkomst tussen Dexia en X is dus geen huurkoopovereenkomst, aldus Dexia. Met betrekking tot dit verweer overweegt de rechtbank het volgende.
3.3 Artikel 7A:1576 lid 1 BW geeft de definitie van een overeenkomst van koop en verkoop op afbetaling: “Koop en verkoop op afbetaling is de koop en verkoop, waarbij partijen overeenkomen dat de koopprijs wordt betaald in termijnen, waarvan twee of meer verschijnen, nadat de verkochte zaak aan de koper is afgeleverd”.
Uit dat artikel volgt dat een overeenkomst van koop en verkoop op afbetaling strekt tot eigendomsoverdracht. Het uitgangspunt bij overeenkomsten als de onderhavige is echter niet dat de aandelen in eigendom van de lessee overgaan, maar dat deze aan het einde van de looptijd worden verkocht aan een derde, dat daarbij koerswinst wordt gemaakt doordat een hogere verkoop- dan aankoopprijs wordt gerealiseerd en dat Dexia vervolgens met haar cliënt afrekent. Dit uitgangspunt komt ook tot uitdrukking in de brochure, de overeenkomst en de toepasselijke voorwaarden die zijn overgelegd. Volgens Dexia kiezen haar cliënten vrijwel altijd voor verkoop of verlenging van de leaseovereenkomst, en niet voor daadwerkelijke levering van de aandelen aan hen. Ook in dit geval zijn de aandelen volgens de eindafrekening verkocht en is van eigendomsoverdracht dus geen sprake geweest.
Daartegenover legt artikel 11 van die voorwaarden, dat luidt: “Indien lessee aan al zijn verplichtingen uit de overeenkomst heeft voldaan, zal Legio Lease de waarden leveren aan lessee, tenzij lessee al mededeelt de voorkeur te geven aan de verkoop van de waarden”, onvoldoende gewicht in de schaal, mede gezien het feit dat ook in dit geval, naar moet worden aangenomen, het feitelijke uitgangspunt van partijen vanaf het begin is geweest dat de waarden zouden worden verkocht en daadwerkelijke eigendomsoverdracht niet heeft plaatsgevonden.
3.4 Op grond van het bovenstaande is de rechtbank van oordeel dat de overeenkomst tussen partijen niet als een overeenkomst van koop en verkoop op afbetaling en dus niet als een huurkoopovereenkomst kan worden gekwalificeerd. Het verweer van Dexia is derhalve gegrond. Hetgeen Dexia voorts nog bij wege van verweer in het incident heeft aangevoerd, behoeft dan ook geen bespreking.
3.5 De rechtbank zal de incidentele vordering afwijzen met veroordeling van X in de kosten van het incident.
in de hoofdzaak
3.6 De rechtbank zal de zaak naar de rol verwijzen voor conclusie van antwoord aan de zijde van X.
3.7 De rechtbank zal iedere verdere beslissing aanhouden.
De beslissing
De rechtbank:
in het incident
verklaart zich bevoegd van de hoofdzaak kennis te nemen;
veroordeelt X in de kosten van het incident, tot heden aan de zijde van Dexia begroot op € 331,--;
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
in de hoofdzaak
verwijst de zaak naar de rol van 28 april 2004 voor conclusie van antwoord aan de zijde van X;
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. O. Nijhuis en uitgesproken in het openbaar op 17 maart 2004.
de griffier de rechter
LJN-nummer: AP1355 Zaaknr: 109307
Bron: Rechtbank Arnhem
Datum uitspraak: 17-03-2004
Datum publicatie: 11-06-2004
Soort zaak: civiel - handelszaak
Soort procedure: eerste aanleg - enkelvoudig
Rechtbank Arnhem
Sector civiel recht
Zaak-/rolnummer: 109307 / HA ZA 04-192
Datum vonnis: 17 maart 2004
Vonnis
in de zaak van
X,
wonende te A,
opposante in conventie,
eiseres in reconventie,
tevens eiseres in het incident,
procureur mr. B.H. Niemann,
tegen
de naamloze vennootschap
DEXIA BANK NEDERLAND N.V.,
gevestigd te Amsterdam,
geopposeerde in conventie,
verweerster in reconventie,
tevens verweerster in het incident,,
procureur mr. N.L.J.M. Rijssenbeek.
Partijen zullen in dit vonnis X en Dexia worden genoemd.
1. Het verloop van de procedure
1.1 Bij verstekvonnis van 10 december 2003 heeft deze rechtbank X veroordeeld aan Dexia te betalen een bedrag van € 4.683,81 vermeerderd met rente als gevorderd alsmede te betalen de kosten van het geding, tot aan die uitspraak aan de zijde van Dexia begroot op € 657,16, het vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad verklaard en het meer of anders gevorderde afgewezen.
1.2 Op 27 januari 2004 heeft X een verzetdagvaarding aan Dexia doen betekenen. Daarin zijn tevens een incidentele vordering tot verwijzing en een eis in reconventie opgenomen.
1.3 Vervolgens is van de zijde van Dexia een conclusie van antwoord in het incident tot verwijzing genomen.
1.4 Ten slotte is vonnis bepaald.
2. Het geschil
in conventie
2.1 Dexia vordert bij haar inleidende dagvaarding -samengevat en zakelijk weergegeven- dat de rechtbank X zal veroordelen tot betaling van een bedrag van € 5.472,78 vermeerderd met rente en kosten.
Aan deze vordering legt Dexia ten grondslag dat zij met X een overeenkomst heeft gesloten ten behoeve van haar product WinstVerDriedubbelaar onder contractnummer 74406301, dat die overeenkomst door het verstrijken van de overeengekomen looptijd is geëindigd en dat zij in verband daarmede een eindafrekening heeft opgesteld en toegezonden ten bedrage van € 4.514,26. X weigert tot betaling van dat bedrag over te gaan. De contractuele rente daarover bedraagt van 22 april 2003 tot en met 2 september 2003 € 169,55 en de buitengerechtelijke incassokosten € 788,97 inclusief BTW.
2.2 X voert bij wege van verzet gemotiveerd verweer en vordert haar te ontheffen van de sub 1 gemelde veroordeling en Dexia alsnog niet-ontvankelijk te verklaren in haar vordering althans haar deze te ontzeggen.
in reconventie
2.3 X vordert dat de rechtbank de tussen haar en Dexia gesloten overeenkomst zal vernietigen, subsidiair deze overeenkomst zodanig zal wijzigen of geheel of gedeeltelijk zal ontbinden dat het door X geleden en nog te lijden nadeel zal worden opgeheven, met veroordeling van Dexia in de kosten van dit geding.
Aan deze vordering legt X ten grondslag dat Dexia een aantal zorgverplichtingen jegens X niet is nagekomen, onder meer doordat zij onvoldoende informatie heeft verstrekt aan X omtrent de WinstVerDriedubbelaar, zich niet heeft verdiept in de financiële positie van X en haar verplichting tot saldibewaking niet is nagekomen. Daardoor heeft Dexia gehandeld in strijd met de pre-contractuele goede trouw en in strijd met wet- en regelgeving.
in het incident
2.4 Voor alle weren werpt X de exceptie van onbevoegdheid op.
Daartoe voert X aan, naar de rechtbank begrijpt, dat de onderhavige overeenkomst gekwalificeerd dient te worden als huurkoopovereenkomst, zodat de onderhavige zaak is aan te merken als een aardvordering als bedoeld in artikel 93 sub c Rv. en deswege dient te worden verwezen naar de sector kanton, locatie Arnhem, van deze rechtbank.
2.5 Dexia voert in het incident gemotiveerd verweer. Daarop zal de rechtbank, voor zover van belang, onder de beoordeling ingaan.
3. De beoordeling
in het incident
3.1 Dexia betwist dat de overeenkomst tussen partijen als een overeenkomst van koop en verkoop op afbetaling gekwalificeerd kan worden. Voor de kwalificatie van een overeenkomst als huurkoopovereenkomst is vereist dat sprake is van koop en verkoop op afbetaling. De overeenkomst tussen Dexia en X is dus geen huurkoopovereenkomst, aldus Dexia. Met betrekking tot dit verweer overweegt de rechtbank het volgende.
3.2 Artikel 7A:1576 lid 1 BW geeft de definitie van een overeenkomst van koop en verkoop op afbetaling: “Koop en verkoop op afbetaling is de koop en verkoop, waarbij partijen overeenkomen dat de koopprijs wordt betaald in termijnen, waarvan twee of meer verschijnen, nadat de verkochte zaak aan de koper is afgeleverd”.
Uit dat artikel volgt dat een overeenkomst van koop en verkoop op afbetaling strekt tot eigendomsoverdracht. Het uitgangspunt bij overeenkomsten als de onderhavige is echter niet dat de aandelen in eigendom van de lessee overgaan, maar dat deze aan het einde van de looptijd worden verkocht aan een derde, dat daarbij koerswinst wordt gemaakt doordat een hogere verkoop- dan aankoopprijs wordt gerealiseerd en dat Dexia vervolgens met haar cliënt afrekent. Dit uitgangspunt komt ook tot uitdrukking in de brochure, de overeenkomst en de toepasselijke voorwaarden die zijn overgelegd. Volgens Dexia kiezen haar cliënten vrijwel altijd voor verkoop of verlenging van de leaseovereenkomst, en niet voor daadwerkelijke levering van de aandelen aan hen. Ook in dit geval zijn de aandelen volgens de eindafrekening verkocht en is van eigendomsoverdracht dus geen sprake geweest.
Daartegenover leggen artikel 2 van die voorwaarden, dat bepaalt dat “het eigendom van de waarden op lessee overgaat door vervulling van de opschortende voorwaarde dat lessee aan al zijn verplichtingen uit hoofde van de overeenkomst heeft voldaan” alsmede de vermelding van artikel 7A:1576 BW op de eindafrekening, onvoldoende gewicht in de schaal, mede gezien het feit dat ook in dit geval, naar moet worden aangenomen, het feitelijke uitgangspunt van partijen anders is geweest dan in artikel 2 staat vermeld en daadwerkelijke eigendomsoverdracht niet heeft plaatsgevonden.
3.3 Op grond van het bovenstaande is de rechtbank van oordeel dat de overeenkomst tussen partijen niet als een overeenkomst van koop en verkoop op afbetaling en dus niet als een huurkoopovereenkomst kan worden gekwalificeerd. Het verweer van Dexia is derhalve gegrond. Hetgeen Dexia voorts nog bij wege van verweer in het incident heeft aangevoerd, behoeft dan ook geen bespreking.
3.4 De rechtbank zal de incidentele vordering afwijzen met veroordeling van X in de kosten van het incident.
in de hoofdzaak
3.6 Er zal een comparitie van partijen worden belegd om inlichtingen over de zaak te vragen en om te onderzoeken of de partijen het op een of meer punten met elkaar eens kunnen worden. Daarbij kan de mogelijkheid van doorverwijzing naar een mediator aan de orde komen. Voor de comparitie is twee uur uitgetrokken.
3.7 Indien Dexia op de eis in reconventie wil antwoorden, dient zij deze conclusie ter comparitie te nemen. Op een later tijdstip kan de conclusie van antwoord in reconventie niet meer genomen worden. Dexia dient de conclusie van antwoord in reconventie uiterlijk twee weken voor aanvang van de comparitie aan de rechtbank en de wederpartij te hebben toegezonden.
3.8 De partijen wordt verzocht de stukken waarop zij tijdens de comparitie een beroep willen doen, uiterlijk twee weken tevoren in fotokopie aan de andere partij en aan de rechtbank toe te zenden.
3.9 Ter bevordering van een voortvarende afwikkeling van de procedure moeten de partijen erop voorbereid zijn dat de rechtbank een mondeling tussenvonnis, bijvoorbeeld tot een bewijsopdracht of deskundigenonderzoek, kan wijzen overeenkomstig art. 232, tweede lid, aanhef en onder a, Rv.
3.10 Ter comparitie kan aan de orde komen wie de partijen eventueel als deskundige(n) benoemd willen zien.
3.11 Hoger beroep van dit vonnis staat slechts open tegelijk met dat van het eindvonnis (art. 337, tweede lid, Rv.). Iedere verdere beslissing zal worden aangehouden.
De beslissing
De rechtbank:
in het incident
verklaart zich bevoegd van de hoofdzaak kennis te nemen,
veroordeelt X in de kosten van het incident, tot heden aan de zijde van Dexia begroot op € 331,--,
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
in de hoofdzaak
bepaalt dat de partijen, vergezeld van hun advocaten, voor de rechtbank (mr. O. Nijhuis) zullen verschijnen in het Paleis van Justitie te Arnhem aan de Walburgstraat 2-4 om inlichtingen over de zaak te geven en te laten onderzoeken of de partijen het op een of meer punten met elkaar eens kunnen worden, op een door de rechtbank vast te stellen datum en tijd (in beginsel op een woensdag),
verwijst de zaak naar de tweede rolzitting na de dag waarop dit vonnis is uitgesproken, voor het opgeven van de verhinderdagen van de partijen en hun advocaten in de maanden april 2004 tot en met juni 2004, waarna dag en uur van de comparitie zullen worden bepaald,
bepaalt dat bij gebreke van de gevraagde opgave(n) de rechtbank het tijdstip van de comparitie zelfstandig zal bepalen,
bepaalt dat na de vaststelling van het tijdstip van de comparitie dit in beginsel niet zal worden gewijzigd,
bepaalt dat X dan in persoon aanwezig zal zijn en dat Dexia dan vertegenwoordigd zal zijn door iemand die van de zaak op de hoogte is en hetzij rechtens hetzij op grond van een bijzondere schriftelijke volmacht bevoegd is haar te vertegenwoordigen,
verzoekt de tijdige toezending van de stukken zoals onder 3.8 bedoeld,
verstaat dat hoger beroep van dit vonnis alleen mogelijk is tegelijk met dat van het eindvonnis,
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. O. Nijhuis en uitgesproken in het openbaar op 17 maart 2004.
de griffier de rechter
Re: Uitspraken rechtbanken al dan niet huurkoop als link
O Nijhuis was toch degene die banden had met Dexia Artesia?
Bron: http://www.google.nl/search?q=%22Kritie ... zoeken&lr=
Resultaat;
http://www.ad.nl/artikelen/Nieuws/1085116828135.html
http://www.pay-back.nl/Nieuwsberichten/22052004.htm
Citaat;
Bron: http://www.google.nl/search?q=%22Kritie ... zoeken&lr=
Resultaat;
http://www.ad.nl/artikelen/Nieuws/1085116828135.html
http://www.pay-back.nl/Nieuwsberichten/22052004.htm
Citaat;
Een heel andere mening is mr. Ard Schoep van de Universiteit van Leiden toegedaan. ,,De onpartijdigheid heeft een deuk opgelopen. Het zou best kunnen dat ze geen contact hebben gehad, maar Payback heeft wel een punt. Daarom moeten rechters sinds kort hun nevenfuncties bekendmaken'', meldt de docent procesrecht. Gelukkig is er een oplossing. Bij hoger beroep wordt de zaak opnieuw bekeken door andere rechters.