- Het eerste half jaar wordt vermoed dat het product ondeugdelijk is als in die periode gebreken zich openbaren. - Art. 7:18 lid 2 BW.
- Als het product ondeugdelijk was ten tijden van de verkoper dan kan de koper kiezen tussen kosteloos herstel of vervanging. - Artikel 7:21 BW
- De consument moet het gebrek melden aan de verkoper binnen een bekwame tijd. (Waarbij twee maanden zeker als een bekwame tijd geld.) - Art. 7:23 BW
- Hier van mag niet in het nadeel van de consument worden afgeweken. - Art. 7:6 BW
Voor handelsgarantie die er meteen bijkrijgt geld natuurlijk het zelfde: de consument krijgt geen aanvulling op zijn wettelijke rechten, als er geen omkering van de bewijslast wordt geboden. Verder wordt gemeld:Er kan wel sprake zijn van een sigaar uit eigen doos als de bijkoopgarantie slechts beperkt is tot gebreken in producten (en geen garantie biedt tegen diefstal of verlies) en de consument ook betaalt voor de wettelijke garantie over de eerste zes maanden. Zoals hierboven omschreven wordt er, indien zich een gebrek voordoet in het product, gedurende de eerste zes maanden verondersteld dat dit gebrek al bij aflevering aanwezig was.
Verder levert een bijkoopgarantie geen voordeel voor de consument op als geen omkering van de bewijslast wordt geboden. Dan zal de bijkoopgarantie geen aanvulling zijn op de wettelijke rechten van de consument.
Met name dit is interessant want die zelfde wet geef een zwarte lijst van gedragingen die onder alle omstandigheden als een misleidende handelspraktijk te kenmerken zijn. Art. 6:193g lid j van deze zwarte lijst bevat het voorstellen van wettelijke rechten van consument als een onderscheidend kenmerk van het aanbod van de handelaar. Dat is daarmee misleidend en dus verboden. En dit is precies waar een winkelier zich schuldig aan maakt op het moment dat hij een handelsgarantie aanbied of geeft die geen aanvulling zijn op de wettelijke rechten van de consument.Ik wijs erop dat de verkoop van een garantie, die gepaard gaat met misleidende informatie ten aanzien van de rechten van de consument, een misleidende handelspraktijk in de zin van het wetsvoorstel oneerlijke handelspraktijken kan opleveren (artikel 6:193c, lid 1, onder g Burgerlijk Wetboek). Dit wetsvoorstel (Kamerstukken I 2007/2008; 30928) is thans in behandeling bij de Eerste Kamer. Na inwerkingtreding van de wet kan de Consumentenautoriteit handhavend optreden tegen ondernemers die oneerlijke handelspraktijken verrichten.
Ik denk dat we rustig kunnen stellen dat dergelijke winkeliers hun klanten bedonderen. Of in het geval van een bijkoopgarantie zelfs oplichten.