Consumenneke schreef: ↑14 feb 2025 10:42
We zijn het er wel over eens dat de gebruiksduurlijst van Techniek Nederland vaak als startpunt dient, als basis waarop de rechter vervolgens naar de voorgelegde zaak zelf kijkt.
Nee. De vraag die de rechter moet beantwoorden is: "is dit product non-conform?" Dat wil zeggen had de televisie op het moment van afleveren erlen eigenschap die de consument niet hoefde te verwachten. Die vraag kan eigelijk niet beantwoord worden door te kijken naar hoe oud de televisie is op het moment dat deze defect raakte, maar als een rechter dat wel doet dan is de vraag niet, "hoe lang mag de consument verwachten dat een televisie meegaat?", maar "had de consument in dit geval moeten verwachten dat de televisie na 2,8 jaar defect raakte?".
Je hebt altijd met een spanningsveld te maken waarbij de verkopers voor een zo hoog mogelijke prijs zo min mogelijk willen leveren en koper precies het tegenovergestelde willen. Als volgens UNETO-VNI, de bond voor verkoper, dan vindt dat soortgelijke televisie langer had moeten meegaan, dan is de rechter klaar. De discussie of televisie 6 jaar of 10 jaar hoort mee te gaan is voor de beslechting van het geschil niet relevant. Immers, 2,8 jaar is minder dan beiden opgaven.
In de eerste uitspraak is er al het nodige aan de hand. De verkoper heeft immers een verkeerd model geleverd en dan vindt je een rechter die aan de kant van de consument staat en min of meer de bewijslast omdraait: "gesteld nog gebleken is dat [eiser] niet op normale wijze van de televisie gebruik heeft gemaakt".
In deze zaak heeft de verkoper de UNETO-VNI lijst in gebracht en van de zijde van de consument lees ik niet dat hij een andere lijst heeft ingebracht of daar argumenten tegen heeft ingebracht.
Consumenneke schreef: ↑14 feb 2025 10:42
Het College van Beroep betreft de reclamecodecommissie, een zelfregulerings-initiatief. Je kan uitspraken van de reclamecodecommissie meenemen naar de rechter en die neemt ze doorgaans wel serieus. Maar het is geen rechtscollege.
Dat is de geschillencommissie ook niet. De uitspraken van de Stichting Reclamecode worden gemotiveerd op een wijze die door de Rechtbank wordt gehanteerd. En het is mogelijk om in beroep te gaan, terwijl dat bij de geschillencommissie meestal niet mogelijk is. In de uitspraak tegen Scheer en Foppen heeft de klager eerst van de voorzitter ongelijk gekregen, vervolgens heeft de commissie zich achter het oordeel van de voorzitter geschaard en het college maakte er gehakt van.