Teveel praktijkervaring en dan ook nog vanuit verschillende rollen.
Bedankt voor je onderscheid tussen de verschillende doelgroepen binnen de artsen, nu graag iets meer vanuit de patiënt denken en dan wil ik van jou graag weten, waarom je in Nederland nooit eerst een echte specialist te spreken krijgt, maar altijd de een of andere figuur-in-opleiding (Komt niet serieus over. Het vak leren? Waarom lopen er dan altijd 2 tot 6 co-assistenten met 1 specialist mee? Zijn we in een dierentuin of zo?).
De vraag 'Wat denkt u zelf' is een aankondiging van miscommunicatie. Een goede arts vraagt het direct: heeft u al op internet rondgekeken? Dat is veel effectiever. De vraag 'wat denkt u zelf' komt bij veel mensen, die normaal nooit iets hebben, volledig verkeerd over en is ook een open deur richting eindeloos onderzoeken, pillen verstrekken, etc. (en in Duitsland een open deur richting overbodige operaties, omdat de vergoeding voor een operatie hoger is dan voor een behandeling zonder te snijden.)
Het laatste punt is wensdenken. Was misschien vroeger zo 'goed hulpverlenerschap', zou idealerwijs in de toekomst ook weer zo moeten worden, maar zoals de zorg momenteel is georganiseerd, staat 'goed hulpverlenerschap' op de 2e plaats, ver, heel erg ver na 'maximale omzet tegen minimale kosten'. Ik zet het nu gechargeerd neer, maar dit is wel de praktijk in de ziekenhuizen en een direct gevolg van de behandelcodes en -protocollen, waarop de vergoedingen zijn gebaseerd.
In het geval van vraagsteller is het heel belangrijk om bij de specialist met de goede vragen, observaties en conclusies binnen te komen (Wat heeft hij al geprobeerd, wat werkt en wat werkt niet) inclusief de bijverschijnselen. De reden: als de eerste coassistent een verkeerde behandelcode kiest, duurt het nog veel langer voordat de patiënt zelf weet wat er nu aan de hand is, omdat dan eerst het protocol van die code wordt gevolgd en het dan altijd even duurt voordat de conclusie komt 'werkt niet, nieuw onderzoek'.
Roel,
Ik probeer je hier min of meer voor te bereiden op je rondgang door het ziekenhuis. Er is nog 1 ding, waar artsen in geïnteresseerd zijn. Je spiermassa. Als jij foto's hebt van jezelf van voor het recente gewichtsverlies, waar duidelijk te zien is hoeveel spieren jij in je armen en benen toen had, neem zo'n foto mee. Dan kan de arts goed vergelijken. Het kan relevant zijn ivm de tintelingen en zo'n foto kan de arts ook sneller op het goede spoor zetten.