Het verwachtingspatroon van TS was dat hij direct recht zou hebben op méér vergoeding dan voorheen (max, €2500 in plaats van €1500) terwijl de voorwaarden dicteren dat er een wachttijd is. Waarom het redelijk is iets te verwachten waar je geen recht op hebt (omdat je er niet voor betaalt), is mij een raadsel.
Verkeerde vergelijking. De voorwaarden zijn helder en waren bekend. Zelfverzonnen en gekoesterde verwachtingen die daarmee in strijd zijn doen niet ter zake. Hard roepen dat die verwachtingen 'redelijk' of 'logisch' zijn maakt het nog niet waar.
Vaststaat dat de klant er een belang in zag om de max. vergoeding te verhogen. De groep klanten die graag de vergoeding wil verhogen verschilt natuurlijk in de mate waarin kosten veroorzaakt zullen worden van de groep die het prima vind de max. vergoeding ongewijzigd te laten. VGZ weet dat en houdt daar, op haar manier, rekening mee.
Het advies blijft een vriendelijk beroep op VGZ te doen om terug te draaien naar de situatie van 2019, of te proberen behandeling, zo goed als het kan, door te schuiven naar volgend jaar.