LET OP: Dit topic is meer dan drie jaar geleden geplaatst. De informatie is mogelijk verouderd. |
[ archief ] Utrecht: Contract nietig i.v.m Wck. Vordering afgewezen
Utrecht: Contract nietig i.v.m Wck. Vordering afgewezen
LJN: AT2472,Sector kanton Rechtbank Utrecht, 340941 CS 04-1261 Printbare versie
Datum uitspraak: 23-02-2005
Datum publicatie: 01-04-2005
Rechtsgebied: Civiel overig
Soort procedure: Eerste aanleg - enkelvoudig
Inhoudsindicatie: Aandelenlease. Winstver10dubbelaar. Wet op het consumentenkrediet (WCK) van toepassing. Overeenkomst nietig wegens het ontbreken van een vergunning als bedoeld in artikel 9 WCK. Uitgangspunt bij de ongedaanmakingsverplichtingen is dat beide partijen hersteld dienen te worden in de situatie waarin zij zich bevonden ten tijde van het sluiten van de overeenkomst. Dit uitgangspunt brengt mee dat de aangekochte certificaten van aandelen voor rekening van Dexia blijven en dat Dexia niets te vorderen heeft nu de aankoopprijs van de certificaten van aandelen gelijk is aan het ter beschikking gestelde geldbedrag. De door gedaagde betaalde rente is in beginsel onverschuldigd voldaan en dient Dexia terug te betalen. De vordering wordt afgewezen.
Uitspraak
RECHTBANK UTRECHT
SECTOR KANTON, LOCATIE UTRECHT
Vonnis in de zaak van:
de naamloze vennootschap
DEXIA BANK NEDERLAND N.V.,
gevestigd te Amsterdam,
verder ook te noemen: Dexia,
eisende partij,
gemachtigde: F.A.Th. Vrauwdeunt, gerechtsdeurwaarder te Utrecht,
tegen:
[gedaagde],
wonende te Lopik,
verder ook te noemen: [gedaagde],
gedaagde partij,
gemachtigde: [naam en adres].
Verloop van de procedure
Dexia heeft een vordering ingesteld.
[gedaagde] heeft geantwoord op de vordering.
Dexia heeft voor repliek en [gedaagde] heeft voor dupliek geconcludeerd.
Hierna is uitspraak bepaald.
Motivering
1. Tussen partijen staan de volgende feiten vast.
a. Dexia is de rechtsopvolgster onder algemene titel van de Bank Labouchere N.V. te Amsterdam, tevens handelende onder de naam Legio, op haar beurt rechtsopvolgster van Legio Lease B.V., welke vennootschappen hierna alle worden aangeduid als Dexia.
a. In oktober 2001 heeft [gedaagde] met Dexia een overeenkomst gesloten onder de naam "WinstVer10Dubbelaar" (hierna: de overeenkomst). De overeenkomst heeft een looptijd van in beginsel 120 maanden, met een mogelijkheid tot tussentijdse opzegging na 60 maanden, waarbij [gedaagde] van Dexia een door haar aangekocht pakket certificaten van aandelen/effec-ten (in de overeenkomst ook "waarden" genoemd) met een aankoopbe-drag van € 3.345,50 least voor een leasesom van € 6.068,30. Deze leasesom is opge-bouwd uit het voormelde aankoopbedrag en een bedrag van € 2.722,80 aan rente. Op de overeenkomst zijn de "Bijzondere Voorwaarden Effecten Lease" van toepassing.
c. [gedaagde] diende volgens de overeenkomst de genoemde leasesom als volgt aan Dexia te voldoen:
- gedurende de looptijd van de overeenkomst elke maand, in het totaal dus 120 keer, een maandtermijn van € 22,69 op of omstreeks de 1e dag van iedere maand;
- € 45,38 (ƒ 100,-) op of omstreeks de 119e maand;
- € 3.300,12 aan het einde van de overeenkomst.
d. Artikel 6 van de overeenkomst luidt, voor zover hier van belang: "Ter uitvoering van de (…) verbintenis tot voorwaardelijke overdracht, levert Legio-Lease door middel van deze akte de waarden aan lessee, onder de opschortende voorwaarde dat lessee al dat-gene aan Legio-Lease heeft betaald wat hij haar krachtens deze lease-overeenkomst en de daarbij behorende Bijzondere Voorwaarden Effecten Lease verschuldigd is of zal worden, van welke levering Legio-Lease onverwijld na totstandkoming van deze akte mededeling doet aan de uitgevende instelling. Aldus is lessee automatisch en van rechtswege eigenaar van de waarden geworden (…)."
a. Na te hebben geconstateerd dat [gedaagde] in gebreke bleef om de verschuldigde maan-delijkse termijnen te voldoen, heeft Dexia de overeenkomst na aanmaning en ingebreke-stelling beëindigd. Naar aanleiding van die beëindiging heeft Dexia een eindafrekening opgesteld, waarin is vermeld dat de opbrengst van de verkoop van de effecten per 12 december 2002 € 1.738,75 bedraagt en dat [gedaagde] een bedrag van € 2.211,52 aan haar dient te voldoen.
2. Dexia vordert dat de kantonrechter bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, [gedaagde] ver-oordeelt om aan haar te betalen € 2.894,99, bestaande uit een na de eindafrekening openstaande hoofdsom van € 2.211,53, gespecificeerde contractuele rente ad 0,96% per maand over dit bedrag ad € 200,32, alsmede buitengerechtelijke incassokosten van € 483,14, vermeerderd met de wettelijke rente over de hoofdsom vanaf 10 oktober 2003 en de proceskosten.
3. [gedaagde] voert verweer tegen de vordering van Dexia en concludeert tot afwijzing daarvan.
4. Aangezien het in dit geding gaat om een overeenkomst waarop mogelijk de Wet op het Consumentenkrediet (WCK) van toepassing is, overweegt de kantonrechter ambts-halve omtrent die toepasselijkheid het navolgende.
1. De kredietsom bedraagt in het onderhavige geval € 3.345,50 en blijft daarmee onder de in artikel 3 lid 1 WCK genoemde limiet.
6. In de WCK wordt onder krediettransactie verstaan iedere overeenkomst en ieder sa-menstel van overeenkomsten met de strekking dat:
- door of vanwege de kredietgever aan de kredietnemer een geldsom ter beschikking wordt gesteld en de kredietnemer aan de kredietgever een of meer betalingen doet (art. 1 aanhef en sub a onder 1 WCK),
- door of vanwege de kredietgever aan de kredietnemer het genot van een roerende zaak wordt verschaft of een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen dienst wordt verleend en de kredietnemer aan de kredietgever een of meer betalingen doet (art. 1 aanhef en sub a onder 2 WCK).
Blijkens de Memorie van Toelichting staat in de wet centraal het begrip krediettransac-tie, dat beoogt alle relevante vormen van consumentenkrediet te omvatten. Daarbij is uitgangspunt dat een feitelijke omschrijving wordt gegeven van de verschillende ele-menten waaruit een krediettransactie kan bestaan.
7. De onderhavige overeenkomst kenmerkt zich hierdoor dat Dexia als aanbieder van de effecten aan [gedaagde] ter financiering van die effecten een bedrag ter beschikking heeft gesteld, waarover [gedaagde] periodiek rente diende te betalen en welk bedrag [gedaagde] aan het einde van de looptijd diende terug te betalen.
Voor de vraag of de WCK van toepassing is op een overeenkomst met deze kenmerken is allereerst van belang of de overeenkomst geacht moet worden een relevante vorm van consumentenkrediet te zijn, met andere woorden of het hier gaat om een transactie waarvoor de wet beoogt de consument bescherming te bieden.
De kantonrechter is van oordeel dat dat het geval is. Als gevolg van de marktstrategie van de aanbieders, waaronder Dexia, is de effectenleaseconstructie door (potentiële) afnemers in toenemende mate opgevat als een voor iedereen toegankelijke mogelijkheid om een graantje mee te pikken van de gunstige beursontwikkelingen.
Daarbij is door de aanbieders de nadruk gelegd op het reeds profiteren, met andere woorden consumeren, van het genot verbonden aan de effecten die met geleend geld zijn, respectievelijk nog zullen worden, aangeschaft vóórdat de eigendom is overgedra-gen. Aldus is naar het oordeel van de kantonrechter naar de strekking sprake van een krediettransactie als waarop de wet ziet.
8. De kantonrechter stelt vast dat noch uit de bewoordingen van de wet, noch uit de parlementaire geschiedenis valt op te maken dat de wetgever effectenleaseconstructies als de onderhavige expliciet onder de werking van de wet heeft willen brengen.
Tegen deze achtergrond dient de vraag te worden beantwoord of Dexia thans nadeel dient te ondervinden van de vaststelling dat een overeenkomst als de onderhavige naar haar strekking valt onder de reikwijdte van de WCK, met andere woorden of de rechts-zekerheid toelaat dat de beschermende werking van de wet zich, niettegenstaande voormelde vaststelling, uitstrekt tot de effectenleaseconstructie.
9. Met de effectenleaseconstructie heeft Dexia een complex financieel product aange-boden dat nieuwe mogelijkheden bood die tot dan toe niet waren voorzien. Zoals hier-voor is vastgesteld is dat product naar zijn aard een krediettransactie als bedoeld in de WCK. Concreet is nu de vraag of Dexia aan het feit dat noch sprake is van het daadwer-kelijk ter beschikking stellen van een geldsom, noch van het verschaffen van roerende zaken, de zekerheid heeft mogen ontlenen dat de werking van de wet aan de effectenlea-seconstructie voorbij zou gaan. Dat is niet het geval. Wie nieuwe (maatschappelijke, fi-nanciële, technologische of andere) ontwikkelingen introduceert heeft er rekening mee te houden dat het recht daarmee, zoveel als mogelijk, gelijke tred zal trachten te houden. De WCK biedt die mogelijkheid. Uit de wetsgeschiedenis blijkt niet dat het toepassings-bereik van de WCK op principiële gronden is beperkt tot roerende zaken.
Voorts beoogt de wet, zoals hiervoor is overwogen, alle relevante vormen van consu-mentenkrediet te omvatten, waarbij uitgangspunt is dat de wet een feitelijke omschrij-ving geeft van de verschillende elementen waaruit een krediettransactie kan bestaan, omdat bij een meer formeel-juridische benadering het gevaar bestaat van ontduiking van de wet via juridische constructies die de economische werkelijkheid maskeren.
De conclusie moet zijn dat de wet beoogt ook een niet eerder “bedachte” vorm van con-sumentenkrediet als effectenlease onder zijn toepassingsbereik te brengen, mits de be-treffende transactie naar zijn strekking een krediettransactie is. Daarmee heeft Dexia, tegen de achtergrond van het innovatieve karakter van haar effectenleaseproduct, reke-ning behoren te houden.
10. Daar komt bij dat de effectenleaseconstructie naar het oordeel van de kantonrechter in elk geval valt onder de definitie van de kredietovereenkomst in Richtlijn 87/102/EEG, PB12.2.1987, L 42/48 zoals laatstelijk gewijzigd op 16 februari 1998. De kantonrechter acht bij de uitlegging van de WCK als hiervoor gegeven de verdragsrechtelijke opdracht om richtlijnconform te interpreteren niet doorslaggevend maar beschouwt die wel als een krachtig argument om de nationale wet in de richting van conformiteit te interprete-ren.
Ook door die werking van de communautaire regelgeving behoeft Dexia niet verrast te zijn.
11. Volgens art. 9 WCK is het verboden zonder daartoe verleende vergunning krediet te verlenen.
Ambtshalve is de kantonrechter gebleken dat Dexia ten tijde van het aangaan van de onderhavige overeenkomst niet over een vergunning als bedoeld in art. 9 WCK beschik-te. Dit brengt ingevolge art. 3:40 lid 2 Burgerlijk Wetboek (BW) mee dat de overeenkomst nietig is wegens strijd met een dwingende wetsbepaling. De overeenkomst tussen partij-en is nietig, en niet vernietigbaar, omdat artikel 9 WCK niet uitsluitend ziet op de be-scherming van een van de partijen bij de overeenkomst. Uit de wetsgeschiedenis blijkt dat het vergunningenstelsel ook strekt ter bescherming van een algemeen belang en wel een goed functionerende markt voor consumentenkredieten. Nu de WCK wel mede be-oogt consumenten te beschermen tegen onvoldoende informatie en ondeskundig optre-den is er geen reden om te veronderstellen dat de uitzondering van artikel 3:40 lid 3 BW (de wetsbepaling heeft niet de strekking de geldigheid van de daarmee strijdige rechts-handelingen aan te tasten) van toepassing is.
12. Nu de kantonrechter tot dit oordeel komt op grond van overwegingen waaromtrent partijen in deze zaak niet hebben gedebatteerd, ligt het voor de hand hen in de gelegen-heid te stellen zich hierover uit te laten. In het onderhavige geval wordt daarvan afgezien omdat de stellingen van Dexia, de partij die daar primair belang bij heeft, de kanton-rechter ambtshalve bekend zijn en, voor zover zij een andere conclusie voorstaan, wor-den verworpen (vergelijk de uitspraak van de rechtbank Utrecht van 26 januari 2005, LJN AS4156).
13. Omdat de overeenkomst nietig blijkt te zijn heeft de rechtsgrond die ten grondslag lag aan de door partijen verrichte prestaties van meet af aan ontbroken. Hetgeen ter uit-voering van de overeenkomst over en weer is betaald dient daarom als onverschuldigd in beginsel te worden terugbetaald (art. 6:203 e.v. BW). Het uitgangspunt hierbij is dat beide partijen hersteld dienen te worden in de situatie waarin zij zich bevonden ten tijde van het sluiten van de overeenkomst. Dit uitgangspunt brengt mee dat de aangekochte certificaten van aandelen voor rekening van Dexia blijven en dat Dexia niets te vorderen heeft van [gedaagde], nu de aankoopprijs van de certificaten van aandelen gelijk is aan het ter beschikking gestelde geldbedrag. Voorts dient Dexia de door [gedaagde] betaalde rente in beginsel als onverschuldigd aan [gedaagde] terug te betalen.
14. Hetgeen partijen verder over en weer hebben gesteld kan niet tot een ander oordeel leiden en behoeft daarom geen bespreking meer.
15. Uit het voorgaande volgt dat de vordering moet worden afgewezen. Dexia zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de kosten van het geding.
Beslissing
De kantonrechter:
wijst de vordering af;
veroordeelt Dexia in de kosten van de procedure, tot op heden aan de kant van [gedaagde] begroot op € 15,- ter zake van verschotten.
Dit vonnis is gewezen door mr. H.A.M. Pinckaers, kantonrechter, en is in aanwezigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken op 23 februari 2005.
http://zoeken.rechtspraak.nl/zoeken/dtl ... ljn=AT2472
De rechtbank in Utrecht heeft vandaag nog een uitspraak gepubliceerd welke niet onder het Wck valt omdat het bedrag te hoog zou zijn.
De link van deze uitspraak is:
http://zoeken.rechtspraak.nl/zoeken/dtl ... ljn=AT2490
Datum uitspraak: 23-02-2005
Datum publicatie: 01-04-2005
Rechtsgebied: Civiel overig
Soort procedure: Eerste aanleg - enkelvoudig
Inhoudsindicatie: Aandelenlease. Winstver10dubbelaar. Wet op het consumentenkrediet (WCK) van toepassing. Overeenkomst nietig wegens het ontbreken van een vergunning als bedoeld in artikel 9 WCK. Uitgangspunt bij de ongedaanmakingsverplichtingen is dat beide partijen hersteld dienen te worden in de situatie waarin zij zich bevonden ten tijde van het sluiten van de overeenkomst. Dit uitgangspunt brengt mee dat de aangekochte certificaten van aandelen voor rekening van Dexia blijven en dat Dexia niets te vorderen heeft nu de aankoopprijs van de certificaten van aandelen gelijk is aan het ter beschikking gestelde geldbedrag. De door gedaagde betaalde rente is in beginsel onverschuldigd voldaan en dient Dexia terug te betalen. De vordering wordt afgewezen.
Uitspraak
RECHTBANK UTRECHT
SECTOR KANTON, LOCATIE UTRECHT
Vonnis in de zaak van:
de naamloze vennootschap
DEXIA BANK NEDERLAND N.V.,
gevestigd te Amsterdam,
verder ook te noemen: Dexia,
eisende partij,
gemachtigde: F.A.Th. Vrauwdeunt, gerechtsdeurwaarder te Utrecht,
tegen:
[gedaagde],
wonende te Lopik,
verder ook te noemen: [gedaagde],
gedaagde partij,
gemachtigde: [naam en adres].
Verloop van de procedure
Dexia heeft een vordering ingesteld.
[gedaagde] heeft geantwoord op de vordering.
Dexia heeft voor repliek en [gedaagde] heeft voor dupliek geconcludeerd.
Hierna is uitspraak bepaald.
Motivering
1. Tussen partijen staan de volgende feiten vast.
a. Dexia is de rechtsopvolgster onder algemene titel van de Bank Labouchere N.V. te Amsterdam, tevens handelende onder de naam Legio, op haar beurt rechtsopvolgster van Legio Lease B.V., welke vennootschappen hierna alle worden aangeduid als Dexia.
a. In oktober 2001 heeft [gedaagde] met Dexia een overeenkomst gesloten onder de naam "WinstVer10Dubbelaar" (hierna: de overeenkomst). De overeenkomst heeft een looptijd van in beginsel 120 maanden, met een mogelijkheid tot tussentijdse opzegging na 60 maanden, waarbij [gedaagde] van Dexia een door haar aangekocht pakket certificaten van aandelen/effec-ten (in de overeenkomst ook "waarden" genoemd) met een aankoopbe-drag van € 3.345,50 least voor een leasesom van € 6.068,30. Deze leasesom is opge-bouwd uit het voormelde aankoopbedrag en een bedrag van € 2.722,80 aan rente. Op de overeenkomst zijn de "Bijzondere Voorwaarden Effecten Lease" van toepassing.
c. [gedaagde] diende volgens de overeenkomst de genoemde leasesom als volgt aan Dexia te voldoen:
- gedurende de looptijd van de overeenkomst elke maand, in het totaal dus 120 keer, een maandtermijn van € 22,69 op of omstreeks de 1e dag van iedere maand;
- € 45,38 (ƒ 100,-) op of omstreeks de 119e maand;
- € 3.300,12 aan het einde van de overeenkomst.
d. Artikel 6 van de overeenkomst luidt, voor zover hier van belang: "Ter uitvoering van de (…) verbintenis tot voorwaardelijke overdracht, levert Legio-Lease door middel van deze akte de waarden aan lessee, onder de opschortende voorwaarde dat lessee al dat-gene aan Legio-Lease heeft betaald wat hij haar krachtens deze lease-overeenkomst en de daarbij behorende Bijzondere Voorwaarden Effecten Lease verschuldigd is of zal worden, van welke levering Legio-Lease onverwijld na totstandkoming van deze akte mededeling doet aan de uitgevende instelling. Aldus is lessee automatisch en van rechtswege eigenaar van de waarden geworden (…)."
a. Na te hebben geconstateerd dat [gedaagde] in gebreke bleef om de verschuldigde maan-delijkse termijnen te voldoen, heeft Dexia de overeenkomst na aanmaning en ingebreke-stelling beëindigd. Naar aanleiding van die beëindiging heeft Dexia een eindafrekening opgesteld, waarin is vermeld dat de opbrengst van de verkoop van de effecten per 12 december 2002 € 1.738,75 bedraagt en dat [gedaagde] een bedrag van € 2.211,52 aan haar dient te voldoen.
2. Dexia vordert dat de kantonrechter bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, [gedaagde] ver-oordeelt om aan haar te betalen € 2.894,99, bestaande uit een na de eindafrekening openstaande hoofdsom van € 2.211,53, gespecificeerde contractuele rente ad 0,96% per maand over dit bedrag ad € 200,32, alsmede buitengerechtelijke incassokosten van € 483,14, vermeerderd met de wettelijke rente over de hoofdsom vanaf 10 oktober 2003 en de proceskosten.
3. [gedaagde] voert verweer tegen de vordering van Dexia en concludeert tot afwijzing daarvan.
4. Aangezien het in dit geding gaat om een overeenkomst waarop mogelijk de Wet op het Consumentenkrediet (WCK) van toepassing is, overweegt de kantonrechter ambts-halve omtrent die toepasselijkheid het navolgende.
1. De kredietsom bedraagt in het onderhavige geval € 3.345,50 en blijft daarmee onder de in artikel 3 lid 1 WCK genoemde limiet.
6. In de WCK wordt onder krediettransactie verstaan iedere overeenkomst en ieder sa-menstel van overeenkomsten met de strekking dat:
- door of vanwege de kredietgever aan de kredietnemer een geldsom ter beschikking wordt gesteld en de kredietnemer aan de kredietgever een of meer betalingen doet (art. 1 aanhef en sub a onder 1 WCK),
- door of vanwege de kredietgever aan de kredietnemer het genot van een roerende zaak wordt verschaft of een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen dienst wordt verleend en de kredietnemer aan de kredietgever een of meer betalingen doet (art. 1 aanhef en sub a onder 2 WCK).
Blijkens de Memorie van Toelichting staat in de wet centraal het begrip krediettransac-tie, dat beoogt alle relevante vormen van consumentenkrediet te omvatten. Daarbij is uitgangspunt dat een feitelijke omschrijving wordt gegeven van de verschillende ele-menten waaruit een krediettransactie kan bestaan.
7. De onderhavige overeenkomst kenmerkt zich hierdoor dat Dexia als aanbieder van de effecten aan [gedaagde] ter financiering van die effecten een bedrag ter beschikking heeft gesteld, waarover [gedaagde] periodiek rente diende te betalen en welk bedrag [gedaagde] aan het einde van de looptijd diende terug te betalen.
Voor de vraag of de WCK van toepassing is op een overeenkomst met deze kenmerken is allereerst van belang of de overeenkomst geacht moet worden een relevante vorm van consumentenkrediet te zijn, met andere woorden of het hier gaat om een transactie waarvoor de wet beoogt de consument bescherming te bieden.
De kantonrechter is van oordeel dat dat het geval is. Als gevolg van de marktstrategie van de aanbieders, waaronder Dexia, is de effectenleaseconstructie door (potentiële) afnemers in toenemende mate opgevat als een voor iedereen toegankelijke mogelijkheid om een graantje mee te pikken van de gunstige beursontwikkelingen.
Daarbij is door de aanbieders de nadruk gelegd op het reeds profiteren, met andere woorden consumeren, van het genot verbonden aan de effecten die met geleend geld zijn, respectievelijk nog zullen worden, aangeschaft vóórdat de eigendom is overgedra-gen. Aldus is naar het oordeel van de kantonrechter naar de strekking sprake van een krediettransactie als waarop de wet ziet.
8. De kantonrechter stelt vast dat noch uit de bewoordingen van de wet, noch uit de parlementaire geschiedenis valt op te maken dat de wetgever effectenleaseconstructies als de onderhavige expliciet onder de werking van de wet heeft willen brengen.
Tegen deze achtergrond dient de vraag te worden beantwoord of Dexia thans nadeel dient te ondervinden van de vaststelling dat een overeenkomst als de onderhavige naar haar strekking valt onder de reikwijdte van de WCK, met andere woorden of de rechts-zekerheid toelaat dat de beschermende werking van de wet zich, niettegenstaande voormelde vaststelling, uitstrekt tot de effectenleaseconstructie.
9. Met de effectenleaseconstructie heeft Dexia een complex financieel product aange-boden dat nieuwe mogelijkheden bood die tot dan toe niet waren voorzien. Zoals hier-voor is vastgesteld is dat product naar zijn aard een krediettransactie als bedoeld in de WCK. Concreet is nu de vraag of Dexia aan het feit dat noch sprake is van het daadwer-kelijk ter beschikking stellen van een geldsom, noch van het verschaffen van roerende zaken, de zekerheid heeft mogen ontlenen dat de werking van de wet aan de effectenlea-seconstructie voorbij zou gaan. Dat is niet het geval. Wie nieuwe (maatschappelijke, fi-nanciële, technologische of andere) ontwikkelingen introduceert heeft er rekening mee te houden dat het recht daarmee, zoveel als mogelijk, gelijke tred zal trachten te houden. De WCK biedt die mogelijkheid. Uit de wetsgeschiedenis blijkt niet dat het toepassings-bereik van de WCK op principiële gronden is beperkt tot roerende zaken.
Voorts beoogt de wet, zoals hiervoor is overwogen, alle relevante vormen van consu-mentenkrediet te omvatten, waarbij uitgangspunt is dat de wet een feitelijke omschrij-ving geeft van de verschillende elementen waaruit een krediettransactie kan bestaan, omdat bij een meer formeel-juridische benadering het gevaar bestaat van ontduiking van de wet via juridische constructies die de economische werkelijkheid maskeren.
De conclusie moet zijn dat de wet beoogt ook een niet eerder “bedachte” vorm van con-sumentenkrediet als effectenlease onder zijn toepassingsbereik te brengen, mits de be-treffende transactie naar zijn strekking een krediettransactie is. Daarmee heeft Dexia, tegen de achtergrond van het innovatieve karakter van haar effectenleaseproduct, reke-ning behoren te houden.
10. Daar komt bij dat de effectenleaseconstructie naar het oordeel van de kantonrechter in elk geval valt onder de definitie van de kredietovereenkomst in Richtlijn 87/102/EEG, PB12.2.1987, L 42/48 zoals laatstelijk gewijzigd op 16 februari 1998. De kantonrechter acht bij de uitlegging van de WCK als hiervoor gegeven de verdragsrechtelijke opdracht om richtlijnconform te interpreteren niet doorslaggevend maar beschouwt die wel als een krachtig argument om de nationale wet in de richting van conformiteit te interprete-ren.
Ook door die werking van de communautaire regelgeving behoeft Dexia niet verrast te zijn.
11. Volgens art. 9 WCK is het verboden zonder daartoe verleende vergunning krediet te verlenen.
Ambtshalve is de kantonrechter gebleken dat Dexia ten tijde van het aangaan van de onderhavige overeenkomst niet over een vergunning als bedoeld in art. 9 WCK beschik-te. Dit brengt ingevolge art. 3:40 lid 2 Burgerlijk Wetboek (BW) mee dat de overeenkomst nietig is wegens strijd met een dwingende wetsbepaling. De overeenkomst tussen partij-en is nietig, en niet vernietigbaar, omdat artikel 9 WCK niet uitsluitend ziet op de be-scherming van een van de partijen bij de overeenkomst. Uit de wetsgeschiedenis blijkt dat het vergunningenstelsel ook strekt ter bescherming van een algemeen belang en wel een goed functionerende markt voor consumentenkredieten. Nu de WCK wel mede be-oogt consumenten te beschermen tegen onvoldoende informatie en ondeskundig optre-den is er geen reden om te veronderstellen dat de uitzondering van artikel 3:40 lid 3 BW (de wetsbepaling heeft niet de strekking de geldigheid van de daarmee strijdige rechts-handelingen aan te tasten) van toepassing is.
12. Nu de kantonrechter tot dit oordeel komt op grond van overwegingen waaromtrent partijen in deze zaak niet hebben gedebatteerd, ligt het voor de hand hen in de gelegen-heid te stellen zich hierover uit te laten. In het onderhavige geval wordt daarvan afgezien omdat de stellingen van Dexia, de partij die daar primair belang bij heeft, de kanton-rechter ambtshalve bekend zijn en, voor zover zij een andere conclusie voorstaan, wor-den verworpen (vergelijk de uitspraak van de rechtbank Utrecht van 26 januari 2005, LJN AS4156).
13. Omdat de overeenkomst nietig blijkt te zijn heeft de rechtsgrond die ten grondslag lag aan de door partijen verrichte prestaties van meet af aan ontbroken. Hetgeen ter uit-voering van de overeenkomst over en weer is betaald dient daarom als onverschuldigd in beginsel te worden terugbetaald (art. 6:203 e.v. BW). Het uitgangspunt hierbij is dat beide partijen hersteld dienen te worden in de situatie waarin zij zich bevonden ten tijde van het sluiten van de overeenkomst. Dit uitgangspunt brengt mee dat de aangekochte certificaten van aandelen voor rekening van Dexia blijven en dat Dexia niets te vorderen heeft van [gedaagde], nu de aankoopprijs van de certificaten van aandelen gelijk is aan het ter beschikking gestelde geldbedrag. Voorts dient Dexia de door [gedaagde] betaalde rente in beginsel als onverschuldigd aan [gedaagde] terug te betalen.
14. Hetgeen partijen verder over en weer hebben gesteld kan niet tot een ander oordeel leiden en behoeft daarom geen bespreking meer.
15. Uit het voorgaande volgt dat de vordering moet worden afgewezen. Dexia zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de kosten van het geding.
Beslissing
De kantonrechter:
wijst de vordering af;
veroordeelt Dexia in de kosten van de procedure, tot op heden aan de kant van [gedaagde] begroot op € 15,- ter zake van verschotten.
Dit vonnis is gewezen door mr. H.A.M. Pinckaers, kantonrechter, en is in aanwezigheid van de griffier in het openbaar uitgesproken op 23 februari 2005.
http://zoeken.rechtspraak.nl/zoeken/dtl ... ljn=AT2472
De rechtbank in Utrecht heeft vandaag nog een uitspraak gepubliceerd welke niet onder het Wck valt omdat het bedrag te hoog zou zijn.
De link van deze uitspraak is:
http://zoeken.rechtspraak.nl/zoeken/dtl ... ljn=AT2490
Re: Utrecht: Contract nietig i.v.m Wck. Vordering afgewezen
Goed nieuws!
Tenminste voor de 1e de 2e uitspraak is erg jammer.
Vaak heeft verkoper juist 2 ipv 1 contact aangeboden. Dus vaak zullen alle contracten te samen boven de grens uit komen maar dat zal mijns inziens niets uitmaken. De grens wordt per verstrekt krediet dus per contract bekeken. Houd hier rekening mee!
Wat betreft 1e uitspraak:
Deze gedupeerde heeft kennelijk meteen of kort na afsluiten van contract de betalingen gestaakt. En zie hier wat een mooi resultaat! Kijk of uw contract(en) onder deze grens blijven en stop de betalingen .
WCK wordt naast eegalease een steeds sterker punt!
Groeten Hans A
Tenminste voor de 1e de 2e uitspraak is erg jammer.
Vaak heeft verkoper juist 2 ipv 1 contact aangeboden. Dus vaak zullen alle contracten te samen boven de grens uit komen maar dat zal mijns inziens niets uitmaken. De grens wordt per verstrekt krediet dus per contract bekeken. Houd hier rekening mee!
Wat betreft 1e uitspraak:
Deze gedupeerde heeft kennelijk meteen of kort na afsluiten van contract de betalingen gestaakt. En zie hier wat een mooi resultaat! Kijk of uw contract(en) onder deze grens blijven en stop de betalingen .
WCK wordt naast eegalease een steeds sterker punt!
Groeten Hans A
Re: Utrecht: Contract nietig i.v.m Wck. Vordering afgewezen
Ik blijf het vreemd vinden dat WCK wel van toepassing is op een bedrag onder (destijds) Fl 50.000,=, en dat er schijnbaar geen vergunning nodig is voor bedragen van een hoger kaliber.
Andersom zou eigenlijk veel logischer zijn.
Ik weet dat er over dit onderwerp al heel veel is gezegd. Toch twijfel ik nog aan deze regelgeving. Er is toch ook al een rechtspraak geweest die WCK wel toekende bij een veel hoger bedrag. Raar toch.
Vrgr Pewi
Andersom zou eigenlijk veel logischer zijn.
Ik weet dat er over dit onderwerp al heel veel is gezegd. Toch twijfel ik nog aan deze regelgeving. Er is toch ook al een rechtspraak geweest die WCK wel toekende bij een veel hoger bedrag. Raar toch.
Vrgr Pewi
Re: Utrecht: Contract nietig i.v.m Wck. Vordering afgewezen
In de 2e uitspraak lees ik ook vreemde dingen over de zorgplicht:
Bovendien geeft deze rechter eerst aan dat dexia onrechtmatig heeft gehandeld maar laat het daar verder bij.
MISDAAD LOONT SOMS!
groeten Hans A
Als je dan even later leest wat deze gedupeerde aan dexia moet betalen lijkt het mij niet echt nodig om uit te leggen dat gedupeerde schade heeft ondervonden, wat deze schade is en waarom dexia dit product had moeten ontraden.13. Uit deze overwegingen volgt dat Dexia door de effectenlease-overeenkomst met [gedaagde in conventie] te sluiten zonder in de fase van voorbereiding van deze overeenkomst te handelen overeenkomstig de haar jegens [gedaagde in conventie] betamende zorg, onrechtmatig jegens [gedaagde in conventie] heeft gehandeld.
14. [gedaagde in conventie] stelt als gevolg van dit onrechtmatig handelen schade te hebben gele-den. Voor vaststelling van de (mate van) causaal verband tussen de normschending door Dexia en de schade van [gedaagde in conventie] is evenwel nodig dat [gedaagde in conventie] feiten en omstandigheden stelt op grond waarvan ofwel aannemelijk is dat hij het aanbod van Dexia om de effectenlease-overeenkomst te sluiten niet zou hebben aanvaard indien hij zich be-wust was geweest van het gevaar dat hij daardoor zou lopen, ofwel aannemelijk is dat Dexia het aangaan van de overeenkomst had dienen te ontraden omdat de financiële omstandigheden van [gedaagde in conventie] van dien aard waren dat het naar algemene maatstaven onverantwoord zou zijn de overeenkomst aan te gaan.
[gedaagde in conventie] heeft dat nagelaten.
15. Al het voorgaande brengt mee dat de overeenkomst in stand blijft en dat een verplichting tot vergoeding van schade door Dexia aan [gedaagde in conventie] als feitelijk onvoldoende onderbouwd niet kan worden vastgesteld.
Bovendien geeft deze rechter eerst aan dat dexia onrechtmatig heeft gehandeld maar laat het daar verder bij.
MISDAAD LOONT SOMS!
groeten Hans A
Re: Utrecht: Contract nietig i.v.m Wck. Vordering afgewezen
Waarom heeft de advocaat, de heer Oversier - die toch goed op de hoogte is - die WcK aangehaald, wanneer de limiet hiervoor overschreden is? Dat heeft dan toch geen zin?WCK
6. Het meest verstrekkende verweer van [gedaagde in conventie] luidt dat de overeenkomst nietig dan wel vernietigbaar is wegens strijd met de Wet op het Consumentenkrediet (WCK).
7. De kredietsom bedraagt in het onderhavige geval € 38.913,60 en overschrijdt daar-mee de onder de in artikel 3 lid 1 WCK genoemde limiet zoals die gold ten tijde van het sluiten van de overeenkomst. De WCK is derhalve niet van toepassing op de onderhavige overeenkomst.
"Geen zorgplicht" wordt hier dus wel toegewezen, maar de gedaagde moet wel zijn hele restschuld plus rente plus incassokosten plus proceskosten betalen.
Het gaat hier om een WV3D. Inleg was 36 x € 226,80 = plm. € 8.164 (veel geld).
Wie begrijpt dit? Gedaagde heeft dus alles verloren plus ook nog de advocaatkosten. Nou, dit vind ik een trieste uitslag. Zo ben je dus nog veel verder van huis. Nu nog in hoger beroep? Weer advocaatkosten? Moeilijke beslissing lijkt mij.
Laatst gewijzigd door trudy op 01 apr 2005 19:18, 1 keer totaal gewijzigd.
-
- Berichten: 2987
- Lid geworden op: 06 jan 2004 21:38
Re: Utrecht: Contract nietig i.v.m Wck. Vordering afgewezen
Trudy
Er zijn erg veel oncapabele advocaten, net als rechters.
Het zijn net mensen.
Lfs Ad
Er zijn erg veel oncapabele advocaten, net als rechters.
Het zijn net mensen.
Lfs Ad
Re: Utrecht: Contract nietig i.v.m Wck. Vordering afgewezen
Hier klopt toch niets van.
Hoorde van verschillende kanten dat Oversier een heel goede advocaat is, die zich behoorlijk in deze materie verdiept heeft.
He that has right fears, he that has wrong hopes (je weet nooit hoe een proces afloopt, al heb je het grootste gelijk van de wereld)
Getver....bah.......ben boos hierover
Weer iemand in de vernieling door die sh.... bank
Hoorde van verschillende kanten dat Oversier een heel goede advocaat is, die zich behoorlijk in deze materie verdiept heeft.
He that has right fears, he that has wrong hopes (je weet nooit hoe een proces afloopt, al heb je het grootste gelijk van de wereld)
Getver....bah.......ben boos hierover
Weer iemand in de vernieling door die sh.... bank
Re: Utrecht: Contract nietig i.v.m Wck. Vordering afgewezen
Ben ik nou gek, of jullie?
Volgens mij is Dexia de eiseres, met een vordering op de klant. De klant is verweerder.
De vordering, tw betaling door klant van het koersverlies, wordt afgewezen. Dexia moet de klant de betaalde rente terugbetalen:
Wie schiet?
Volgens mij is Dexia de eiseres, met een vordering op de klant. De klant is verweerder.
De vordering, tw betaling door klant van het koersverlies, wordt afgewezen. Dexia moet de klant de betaalde rente terugbetalen:
Ofwel, de klant heeft 100% gewonnen.De door gedaagde betaalde rente is in beginsel onverschuldigd voldaan en dient Dexia terug te betalen. De vordering wordt afgewezen.
Wie schiet?
Re: Utrecht: Contract nietig i.v.m Wck. Vordering afgewezen
Jll,
Jij haalt twee uitspraken door elkaar. De door Chris G. gekopieerde tekst is de winnende uitspraak voor de gedupeerde.
Onderaan dit bericht staat echter ook een URL die verwijst naar de uitspraak waarin de gedupeerde aan het kortste eind trekt. Onze postings gaan met name om de tweede "rechtspraak".
Ben jij nou gek, of wij
vrgr Pewi
Jij haalt twee uitspraken door elkaar. De door Chris G. gekopieerde tekst is de winnende uitspraak voor de gedupeerde.
Onderaan dit bericht staat echter ook een URL die verwijst naar de uitspraak waarin de gedupeerde aan het kortste eind trekt. Onze postings gaan met name om de tweede "rechtspraak".
Ben jij nou gek, of wij
vrgr Pewi
Laatst gewijzigd door pewi op 03 apr 2005 23:31, 1 keer totaal gewijzigd.
-
- Berichten: 2956
- Lid geworden op: 20 nov 2003 11:33
Re: Utrecht: Contract nietig i.v.m Wck. Vordering afgewezen
Zonde, die 2e uitspraak, maar er is dan ook niet of nauwelijks verweer gevoerd en men heeft enkel gegokt op de WCK.
Wie was de advocaat ook alweer?
Wie was de advocaat ook alweer?
Re: Utrecht: Contract nietig i.v.m Wck. Vordering afgewezen
Deze gedupeerde ging ook voor de zorgplicht. De wet bepaald dat dexia deze verplichting had. De rechter geeft ook duidelijk aan dat dexia op dat punt onrechtmatig handelde jegens gedupeerde. Het lijkt mij dan onnodig dat gedupeerde nog meer uitlegt. Volgens de wet zit dexia gewoon hartstikke fout. In nagenoeg alle andere zorgplichtzaken van zowel rechtbanken als DSI wordt dexia daarom ook aansprakelijk gesteld voor de ontstane schade.
Het is voor mij dan ook onbegrijpelijk dat in deze zaak duidelijk wordt gesteld dat het DEXIA is die onrechmatig handelde maar dat de GEDUPEERDE voor de gevolgen mag opdraaien.
Rechtspraak????????? het heeft voor mij meer weg van "bescherming van de boef".
Groeten Hans A
Het is voor mij dan ook onbegrijpelijk dat in deze zaak duidelijk wordt gesteld dat het DEXIA is die onrechmatig handelde maar dat de GEDUPEERDE voor de gevolgen mag opdraaien.
Rechtspraak????????? het heeft voor mij meer weg van "bescherming van de boef".
Groeten Hans A
Re: Utrecht: Contract nietig i.v.m Wck. Vordering afgewezen
Ja deze uitspraak in Utrecht is voor mij echt een raadsel.
Zorgplicht geschonden, maar de gedaagde mag zelf voor de kosten opdraaien.
Als daar het bedrag beneden de grens had gelegen, was de WcK wel toegepast.
Maar ik begin nu te begrijpen, dat én zorgplicht geschonden én WcK van toepassing, je toch nooit je inleg terugkrijgt.
Het hoogsthaalbare is de restschuld weg en dan mag je nog van geluk spreken.
Iedere keer wordt die billijkheid uit de kast gehaald, om de bank niet al te veel schade te berokkenen.
De WcK is dus niet van toepassing op bedragen die boven die grens liggen, want dan heb je ineens geen bescherming meer nodig. Dit blijft voor mij alsnog een raadsel.
Zorgplicht geschonden, maar de gedaagde mag zelf voor de kosten opdraaien.
Als daar het bedrag beneden de grens had gelegen, was de WcK wel toegepast.
Maar ik begin nu te begrijpen, dat én zorgplicht geschonden én WcK van toepassing, je toch nooit je inleg terugkrijgt.
Het hoogsthaalbare is de restschuld weg en dan mag je nog van geluk spreken.
Iedere keer wordt die billijkheid uit de kast gehaald, om de bank niet al te veel schade te berokkenen.
De WcK is dus niet van toepassing op bedragen die boven die grens liggen, want dan heb je ineens geen bescherming meer nodig. Dit blijft voor mij alsnog een raadsel.
Re: Utrecht: Contract nietig i.v.m Wck. Vordering afgewezen
Lees de eerste uitspraak dan eens goed. Deze rechter heeft wel degelijk de contracten nietig verklaard. En nietig betekent in dit geval ook echt nietig. Er heeft nooit een rechtsgrond bestaan voor de contracten en dat houdt in dat beide partijen teruggebracht worden in de situatie waarin ze zich bevonden ten tijde van het aangaan van deze contracten.Maar ik begin nu te begrijpen, dat én zorgplicht geschonden én WcK van toepassing, je toch nooit je inleg terugkrijgt
Deze rechter heeft het dus wel degelijk aangedurft om de contracten geheel nietig te verklaren en daarmee dus volledig ten nadele van Dexia.
Re: Utrecht: Contract nietig i.v.m Wck. Vordering afgewezen
Halen we nu twee verschillende uitspraken doorelkaar Antidexia. Ik bedoel dus met mijn bericht die tweede uitspraak in Utrecht, niet die hierboven staat, maar die daaronder vermeld wordt.
Maar wat die eerste uitspraak in Utrecht betreft, begrijp ik daar toch uit dat gedupeerde niet zijn inleg terug krijgt. Wanneer het contract nietig is, zoals die rechter stelt, waarom dan geen inleg met rente terug?
Maar deze uitspraak is inderdaad niet te vergelijken met die tweede in Utrecht. Dat is het rampenscenario van iedere gedupeerde.
Ik zie ook dat die twee zaken in Utrecht door verschillende kantonrechters is behandeld. Die denken er dus totaal verschillend over, zelfs bij dezelfde rechtbak. Het begint dus op Russisch roulette te lijken.
Maar wat die eerste uitspraak in Utrecht betreft, begrijp ik daar toch uit dat gedupeerde niet zijn inleg terug krijgt. Wanneer het contract nietig is, zoals die rechter stelt, waarom dan geen inleg met rente terug?
Maar deze uitspraak is inderdaad niet te vergelijken met die tweede in Utrecht. Dat is het rampenscenario van iedere gedupeerde.
Ik zie ook dat die twee zaken in Utrecht door verschillende kantonrechters is behandeld. Die denken er dus totaal verschillend over, zelfs bij dezelfde rechtbak. Het begint dus op Russisch roulette te lijken.
Re: Utrecht: Contract nietig i.v.m Wck. Vordering afgewezen
De gedupeerde van 1e uitspraak hoeft geen restschuld én geen inleg te betalen!
Dus in dit geval: restschuld plus inleg kwijtgescholden.
En dus de zoveelste nederlaag voor dexia
Dexia zal hier wel over zwijgen maar de 2 uitspraak gaat dexia vast en zeker misbruiken om gedupeerde angst aan te jagen.
groeten Hans A
Er zit goed 1 jaar tussen afsluiten contract en verkoop door dexia. Deze gedupeerde heeft dus kennelijk nooit of hoogstens enkele keren de maandelijkse termijnen voldaan.In oktober 2001 heeft [gedaagde] met Dexia een overeenkomst gesloten onder de naam "WinstVer10Dubbelaar"
Na te hebben geconstateerd dat [gedaagde] in gebreke bleef om de verschuldigde maan-delijkse termijnen te voldoen, heeft Dexia de overeenkomst na aanmaning en ingebreke-stelling beëindigd. Naar aanleiding van die beëindiging heeft Dexia een eindafrekening opgesteld, waarin is vermeld dat de opbrengst van de verkoop van de effecten per 12 december 2002.....
Dus in dit geval: restschuld plus inleg kwijtgescholden.
En dus de zoveelste nederlaag voor dexia
Dexia zal hier wel over zwijgen maar de 2 uitspraak gaat dexia vast en zeker misbruiken om gedupeerde angst aan te jagen.
groeten Hans A
Re: Utrecht: Contract nietig i.v.m Wck. Vordering afgewezen
Waarom geen inleg met rente terug? Om de volgende reden:
Trudy, je zult toch beter moeten leren lezen, hier staat dus echt dat de betaalde rente terugbetaald moet worden door Dexia.Uitgangspunt bij de ongedaanmakingsverplichtingen is dat beide partijen hersteld dienen te worden in de situatie waarin zij zich bevonden ten tijde van het sluiten van de overeenkomst. Dit uitgangspunt brengt mee dat de aangekochte certificaten van aandelen voor rekening van Dexia blijven en dat Dexia niets te vorderen heeft nu de aankoopprijs van de certificaten van aandelen gelijk is aan het ter beschikking gestelde geldbedrag. De door gedaagde betaalde rente is in beginsel onverschuldigd voldaan en dient Dexia terug te betalen.
Re: Utrecht: Contract nietig i.v.m Wck. Vordering afgewezen
Goed hoor, jij je zin. Ik geef toe dat ik soms door die uitspraken heenrace en dan wel eens iets over het hoofd zie. Is ook niet zulke aangename lektuur.
Zal m'n leven beteren
Zal m'n leven beteren
Laatst gewijzigd door trudy op 05 apr 2005 22:05, 1 keer totaal gewijzigd.
Re: Utrecht: Contract nietig i.v.m Wck. Vordering afgewezen
Is niet de eerste keer Trudy Je trekt constant verkeerde conclusies zal je advocaat ook wel doen
Re: Utrecht: Contract nietig i.v.m Wck. Vordering afgewezen
Geef niks Trudy,
We krijgen ons geld terug hoor.
We krijgen ons geld terug hoor.
Re: Utrecht: Contract nietig i.v.m Wck. Vordering afgewezen
Onderstaand de interessante berichten van ene Victorie tot nu toe.
Fout Janneke maar dat je niet al te slim bent, wisten we al
Natuurlijk moeten we Dexia betalen, logisch toch !!
Janneke je kunt je nog laten inschrijven in het Habbohotel heb je straks ook nog woonruimte als Dexia je huis gaat veilen.
Ben je levensmoe SSonja
Ga eens praten met Janneke 52
Janneke veroorzaak jij altijd zo veel onrust op een forum ?? En Kor S heb jij ze wel allemaal op een rijtje
De man van Kor S (woest ?)
Fout Janneke maar dat je niet al te slim bent, wisten we al
Natuurlijk moeten we Dexia betalen, logisch toch !!
Janneke je kunt je nog laten inschrijven in het Habbohotel heb je straks ook nog woonruimte als Dexia je huis gaat veilen.
Ben je levensmoe SSonja
Ga eens praten met Janneke 52
Janneke veroorzaak jij altijd zo veel onrust op een forum ?? En Kor S heb jij ze wel allemaal op een rijtje
De man van Kor S (woest ?)