Hoe zit het nu met die certificaat producten?
Gisteren heb ik een goed gesprek gehad met de schrijver van onderstaand stukje
Certificaten
Velen van u hebben een overeenkomst gesloten die niet zag op aandelen, maar op certificaten. Het grootste verschil tussen de overeenkomsten die zien op aandelen en de overeenkomsten die zien op certificaten is dat de contractanten van overeenkomsten die zien op aandelen op het einde van de overeenkomst de aandelen in eigendom kunnen verkrijgen. Zij hebben een huurkoopovereenkomst. Indien zij alle termijnen en de restschuld hebben betaald, verkrijgen zij de aandelen in eigendom. Zij kunnen ook ervoor kiezen Dexia de aandelen te laten verkopen.
De contractanten van de overeenkomsten die zien certificaten, verkrijgen de aandelen aan het einde van de overeenkomst niet in eigendom. Hun overeenkomst is geen huurkoopovereenkomst. Dat betekent dat de echtgenoot die niet heeft meegetekend, het contract niet kan vernietigen op de grond dat zij niet hebben meegetekend. Die bevoegdheid om te vernietigen staat alleen open aan de echtgenoten van contractanten van huurkoopovereenkomsten. Aan de contractanten van overeenkomsten die zien op certificaten staan nog wel andere vorderingen open.
Deze tekst geeft verwarring, onduidelijkheid en onzekerheid bij gedupeerden.
Daarom het contact met de schrijfster van dit stukje, zoals beloofd.
Daarnaast heb ik met meerdere advocaten contact gehad over deze materie als een soort second opinion.
De schrijver van bovengenoemd stukje was nog niet op de hoogte van de bestaande jurisprudentie over certificaat producten.
Betrokken advocaat gaf aan op de hoogte te worden gehouden van de uitspraken door een andere belangenbehartiger.
Zij wist niet van de uitspraken waar ik over sprak.
Jammer van die belangenbehartiger die haar op het verkeerde been heeft gezet, zij weet nu beter.
Inmiddels heeft zij de jurisprudentie over de certificaatcontracten en het bezit en zal zij dit bestuderen.
De andere advocaten die ik gesproken heb zijn unaniem van mening dat er uitspraken zijn die maken dat een procedure over certificaat producten een goede kans van slagen kan hebben.
Helaas is er geen zekerheid tot er in een hoger beroep zaak een uitspraak is gedaan over deze producten. Dit laatste is natuurlijk altijd van toepassing op alle rechtszaken waarover nog geen uitspraken van het Hof zijn.
De aanleiding voor de verwarring is punt 6.14 van de uitspraak van het hof Amsterdam over de verbindend verklaring van de Duisenberg regeling.
Hier wordt antwoord gegeven op een vraag van de verweerders over certificaat producten.
Dit is geen vraag over huurkoop van certificaat producten.
Het hof neemt in haar antwoord klakkeloos een stuk tekst van Dexia over zonder de bedoeling te hebben zich uit te laten welke contracten wel of niet onder huurkoop vallen.
De vraagstelling van de verweerders en het antwoord op deze vraag van het Hof zetten sommige gedupeerden en advocaten op het verkeerde been.
Dat de Duisenberg regeling verbindend is verklaard door het Hof wil niet zeggen dat de inhoud nu opeens wet is geworden.
We moeten ons m.i. houden aan de bestaande jurisprudentie en niet zelf allerlei situaties gaan bedenken.
De realiteit tot op heden zijn de bestaande uitspraken over certificaatproducten.
Hier een paar uitspraken 2004, 2005, 2006, 2007 waarin staat dat certificaat producten wel huurkoop zijn:
http://www.platformaandelenlease.nl/Uit ... cident.htm
http://www.platformaandelenlease.nl/Uit ... 092005.htm
http://www.platformaandelenlease.nl/Uit ... 112006.htm
http://zoeken.rechtspraak.nl/resultpage ... ljn=AQ7412
De lijst met contracten waarnaar in de Eegalease zaak wordt verwezen, staat op onze site in PAL praat, bijna onderaan.
Hier de link:
http://www.platformaandelenlease.nl/PALpraat.htm
Een uitspraak waarin de rechter oordeelt dat het geen huurkoop is:
http://www.platformaandelenlease.nl/Uit ... 4-1241.htm
Heeft iemand een aanvulling op deze uitspraken, laat het weten.
Gaan filosoferen over wat er allemaal mogelijk is zal alleen maar verwarring scheppen.
Laten we ons houden aan de zekerheid van de uitspraken, dus de jurisprudentie.
Groeten,
Piet