Vooralsnog is het nog niet duidelijke of de rechter in Arnhem zal gaan besluiten of de WV3D onder de WCK zal gaan vallen. De rechter heeft in een voorlopig oordeel aangegeven dat de WV3D onder de WCK valt. De rechter stelt hierbij dat er sprake is van een afgesloten krediet. Volgens de Europese richtlijn valt elk krediet daaronder. Ook is te zien dat aanpassingen van de Europese richtlijn een trend volgt, waarbij elk krediet onder de WCK valt.
Probleem echter bij de Europese richtlijn is dat dit geen wet is. De Europese landen maken hun eigen wetten gebaseerd op deze richtlijn. Hierdoor wordt het naar mijn mening erg onduidelijk. Dexia stelt dat de WV3D niet onder de WCK valt, omdat Zalm dit heeft aangegeven. De rechter in Arnhem is voorlopig van mening dat de WCK anders dient te worden uitgelegd. De rechter heeft hier nu ook de huidige wetgeving in meegenomen. In de memorie van toelichting van het nieuwe wetsvoorstel inzake de Wfd is het volgende te lezen:
3.19 In de Memorie van Toelichting is over de definitie opgemerkt:
“De definitie van krediet is gebaseerd op de omschrijving van artikel 1, onderdeel a, van de Wck. Zowel goederen- als geldkrediet vallen onder het begrip “krediet”. Door aan de definitie van goederenkrediet het verschaffen van het genot van een effect toe te voegen worden producten bestaande uit een beleggingselement en een kredietelement, zoals als effectenlease producten, voor wat het kredietelement betreft expliciet onder de reikwijdte van het wetsvoorstel gebracht. Buiten deze toevoeging is met de in het wetsvoorstel gehanteerde terminologie niet bedoeld een verschil aan te brengen in de reikwijdte van de definitie ten opzichte van de Wck” (idem, nr. 3, p. 71).
In deze memorie van toelichting wordt duidelijk vermeld dat het kredietdeel van een effectenlease produkt expliciet onder de Wck valt. Het woord expliciet kan op twee manieren uitgelegd worden. Het kredietdeel van de effectenlease produkten valt vanaf nu expliciet onder de Wck, of het kredietdeel van de effectenlease produkten heeft altijd al onder de Wck gevallen, maar omdat deze produkten in 1986 nog niet bekend waren, werden ze ook niet genoemd in de Wck.
Als gevolg van deze onduidelijkheid in de wijze van opvatten is er dus ook nog geen duidelijkheid over de status van de WV3D ten opzichte van de Wck.
Conclusie: op dit moment is nog niet bekend of de WV3D onder de Wck valt, ja of nee.
Mijn vriendelijk dank voor de heldere uitleg.
Het zal dan nog wel een hele tijd gaan duren voordat de Rechter uitspraak doet of de wv3d onder wck valt.
Nou ja we merken het wel weer.
Perfecte uiteenzetting van deze materie, waarvoor dank.
Mij bekruipt steeds het gevoel bij deze rechter dat hij toch de boel op de een of andere manier manipuleert. Vriendjes in Nijmegen. Contacten EU Rotterdam. Lijkt op de hand van Dexia. Is al gewraakt. Laten we hopen dat er hier niets achter steekt.
Een positieve uitslag lijkt te mooi om waar te zijn. Op voorhand zijn positie achternahollen lijkt mij echter niet verstandig. Maar goed, laten we hem voorlopig het voordeel van de twijfel geven. Bij een dagvaarding wel meenemen natuurlijk. Of is dat verkeerd. WCK kan later ook nog ingebracht worden heb ik gehoord.
Ik volg je berichten met grote aandacht. Je hebt er kijk op.
Inmiddels lijkt het erop dat ook de rechter in Almelo van mening is dat aandelenlease, dat wil zeggen het kredietdeel van de constructie, onder de Wck valt. Helaas heb ik nog niet het hele tussenvonnis gezien, maar een posting in een andere thread lijkt daar op te wijzen. In deze rechtszaak is het niet voldoende duidelijk geworden dat Dexia een vergunning had inzake de Wck. Dexia krijgt ook hier, als ik het goed begrepen heb, de kans om aan te tonen dat zij een vergunning had. Ook de rechtbank in Almelo is van mening dat het betreffende aandelenleaseprodukt geen huurkoop is, net als de rechtbank van Arnhem. Het is even afwachten hoe het volledige tussenvonnis eruit ziet, alvorens daar conclusies aan te verbinden.
Met betrekking tot de rechter in Arnhem heb ook ik enige gemengde gevoelens. Het is bekend dat deze rechter in verband is gebracht met de hoogleraren die door Dexia ingehuurd zijn. Tijdens de wrakingsactie is volgens de rechter onvoldoende aangetoond dat deze banden er zijn. Of de rechter in Arnhem daadwerkelijk pro Dexia is, kan ik niet beoordelen. Het voorlopige oordeel dat het kredietdeel van de WV3D onder de Wck valt, doet dit niet vermoeden. Indien deze rechter definitief besluit dat de Wck van toepassing is en Dexia heeft daar inderdaad geen vergunning voor gehad toendertijd, dan heeft Dexia een gigantisch groot probleem. Immers: alle contracten die afgesloten zijn voordat Dexia deze vergunning kreeg zijn dan nietig. Dit heeft dan ook tot gevolg dat iedereen die ingegaan is op het Dexia aanbod ook zijn geld terug kan vorderen, omdat het aanbod is gedaan op basis van een contract dat nietig is. Wat mij betreft heeft deze rechter dus op dit moment dan ook het voordeel van de twijfel.
Job 68, ik ben het met jouw posting eens, alleen is het heel vreemd dat dhr Nijhuis (rechter Arnh.), de laatste termijn van 100,- naast zich neerlegt als zgn. papieren constructie terwijl het toch duidelijk is dat deze constructie als zodanig is opgezet om het HK te laten zijn.
vr.groet, Ruud
Het verhaal van Nijhuis is op zich goed. Het verweer van Dexia bizar mager en uitsluitend gebaseerd op uitspraken van een minister...
Dat is geen bewijsvoering voor een rechtszaak.
Ook heeft Dexia in rechtszaken aangegeven dat de NR99 niet van toepassing is (of slechts heel beperkt) en dat het een ordinaire lening betreft. Dit valt allemaal zo terug te vinden.
Dus als Dexia nu zegt dat aandelenlease niet onder de WCK valt, spreken ze zichzelf enorm tegen. Want een ordinaire lening valt absoluut onder de WCK. Daar is geen twijfel over mogelijk, ook niet als je heel creatief bent. Dus dan blijft er een vraag over, had Legio Lease een vergunning? Dat zoeken ze nu uit, het antwoord is echter al bekend...... niet dus.
Dit is waarschijnlijk ook waarom ze het zolang rekken en proberen allerlei uitvluchten te zoeken. De druk is ook opgevoerd om zoveel mogelijk mensen nog te laten betalen. Hoewel dat laatste ook een probleem zal worden als het WCK is en er geen vergunning is!
Niemand heeft mij een gemotiveerd verweer kunnen tonen waarom het niet onder de WCK zou vallen.
Gegroet
Hoi Impact,
klinkt goed, maar kun je je nader verklaren omtrent het aantonen van huurkoop? Ik zal mettertijd voor Nijhuis mogen verschijnen, ik kijk er echt naar uit! Mijn verhaal gaat overigens als basis de WCK krijgen, en uiteraard alle andere mogelijkheden als toetje....
Maar hoe wil jij het overnemen van je aandelen gebruiken als bewijs van huurkoop?
Groet
Willem
Het inbouwen van de keuze van uitleveren van de aandelen op zich maakt al dat er van huurkoop sprake is. Zeker nu dat daadwerkelijk geschiedt. Ook al omdat er huurkoopbepalingen zijn afgesproken. Rechter N gaat daaraan voorbij, omdat in de praktijk dat niet of nauwelijks gedaan wordt.
Deze rechter neemt daarmee het (omgekeerde) stanpunt in dat uitlevering van de aandelen niet aan het oorspronkelijke doel beantwoord. Namelijk, dat de lening met de gekochte aandelen altijd bij afloop worden verkocht om de lening te betalen. (Dat aandelen zouden worden geleverd zou dus -volgens hem- nooit de bedoeling zijn geweest)
Ook dat levering in feite al (met opschortende voorwaarden) via een giraal systeem zijn gedaan vindt hij kennelijk geen krachtig bewijs genoeg. Ook al is iemand al economisch eigenaar en moet hij dividend ervan afstaan e.d. Ik blijf zijn oordeel gek vinden. Laat hij maar doorgaan met WCK, maar als hij nu al verwacht dat WCK in hoger beroep geen stand zal houden legt hij een rookgordijn. Of zie ik dit verkeerd? Ik moet erbij zeggen dat ik hier niet goed in ben.
Komt dit idee over toepassing van de WCK niet in eerste instantie van een Amsterdamse rechter die hem later in Arnhem bijstond?
Het tersprake brengen van de Wck komt inderdaad niet van onze vriend Nijhuis.Okerene heeft het ook al kort aangehaald
Toen Nijhuis een half jaar geleden ter discussie kwam en dit ook in de pers verscheen, werden opeens twee andere rechters toegevoegd om samen met Nijhuis dexia zaken te doen.
Eén van deze rechters is FM Smit.
Deze rechter had in een zaak (die zij alleen deed) en al in een verder stadium was, de Wck ter sprake gebracht en Nijhuis kon dus niet anders als meegaan met zijn collega in deze zaak.
Oke,
het gaat om meer dan een rechter. Maar ook om het wetboek. Ik heb nog steeds geen goed verweer gehoord waarom het niet onder de WCK zou vallen. Wel heb ik twee A4'tjes vol met tekst waaruit blijkt dat het er wel onder valt. Overigens letterlijk de wet gevolgd! Dus niet een of andere uitspraak van een minister. Die kan zoveel zeggen.... Heeft Dexia al eerder aangehaald namelijk, de wet preveleert boven een uitspraak van een Minister.... de wet moet letterlijk worden gelezen enz.
Nou, bij deze Dexia!
Groet
Willem
zaaknummer: 59599 ha za 03-670
datum uitspraak vonnis: 1 december 2004 (Pl)
Vonnis van de rechtbank Almelo, enkelvoudige kamer voor burgerlijke zaken, in de zaak van:
de naamloze vennootschap
Dexia Bank Nederland N.V.,
gevestigd te Amsterdam,
eiseres,
verder te noemen Dexia.,
procureur: mr. J. Sleeswijk Visser,
advocaat:mr.H.Post te Helmond
en
[X],
wonende te Almelo,
gedaagde,
verderte noemen [X],
procureur:mr. A.J. Spoor,
advocaat:mr. N.H.A. van Duuren te Leiden.
Het procesverloop.
Na het incidentele vonnis van 26 november 2003 heeft Dexia een conclusie van repliek in conventie, tevens houdende conclusie van antwoord in voorwaardelijke reconventie, tevens akte voorwaardelijke wijziging van eis in conventie genomen.
[X] heeft vervolgens een conclusie van dupliek in conventie tevens antwoord akte wijziging eis, conclusie van repliek in reconventie tevens akte houdende wijziging en vermeerdering van eis genomen.
Vervolgens heeft Dexia een conclusie van dupliek in reconventie tevens antwoordakte wijziging en vermeerdering van eis in reconventie genomen waarop [X] met akte uitlating heeft gereageerd en waarop partijen vervolgens vonnis hebben verzocht.
De verdere beoordeling van het geschil en de motivering van de beslissing.
In conventie.
De vordering.
1. De rechtbank herhaalt hetgeen in het incidentele vonnis van 26 november 2003 is overwogen.
2. Dexia - als rechtsopvolgster van bank LaBouchere N.V. eveneens handelend onder de handelsnaam Legio en op haar beurt rechtsopvolgster van Legio lease B.V. - baseert haar vordering op een zogenaamde aandeIenlease-overeenkomst genaamd WinstVerDriedubbelaar onder contractnummer 74------ (productie 1,2 en 3).
3. Het totaal van de aankoopbedragen van de in die overeenkomst betrokken aandelen bedraagt € 19.410,81, het totaal van de te betalen rente tijdens de looptijd van 36 maanden van deze overeenkomst bedraagt € 4.072,79, derhalve de totaal overeengekomen (lease-)som € 23.483,60.
4. Door het verstrijken van de overeengekomen looptijd is de overeenkomst geëindigd.
In verband hiermee heeft Dexia aan [X] een eindafrekening verzonden voor een totaal bedrag van € 9.402,21 welk bedrag Dexia thans opeisbaar van Cosa heeft te vorderen (productie 4).
Verhoogd met contractuele rente ad 0,96% per maand vanaf 23 september 2002 tot en met 6 juni 2003, buitengerechtelijke incassokosten en btw daarover bedraagt de vordering van Dexia het bedrag van € 11.046,77.
Het verweer.
5. [X] voert - kort samengevat - de volgende weren.
Primair beroept [X] zich op dwaling bij het aangaan van de overeenkomst op grond van artikel 6:128 lid 1 sub abw enJof op grond van artikel 6:228 lid 1 sub wbw subsidiair dat Dexia gezien de wijze waarop en de omstandigheden waaronder de overeenkomst tot stand is gekomen in strijd handelt met de redelijkheid en billijkheid door een beroep te doen op betaling van de restschuld respectievelijk doet zij een beroep op verrekening ter zake van hetgeen zij in conventie moet betalen en in reconventie toegewezen zal krijgen.
In (voorwaardelijke) reconventie.
De vordering.
6. Wegens het schenden door Dexia van haar verplichting uit hoofde van de Nadere Regeling toezicht effectenverkeer 1999, het niet in acht nemen van de vereiste zorgplicht door Dexia, het voeren van misleidende reclame is [X] van mening dat Dexia ter haren aanzien wanprestatie heeft gepleegd en/of onrechtmatig jegens haar heeft gehandeld waardoor zij schade lijdt ter grootte van de totale door haar aan Dexia gedane betalingen groot € 4.072,60 te vermeerderen met wettelijke rente en een eenmalig bedrag van € 45,38 dat zij omstreeks de 35e maand aan Dexia heeft betaald.
Deze bedragen vordert [X] voor het geval de eis in conventie van
Dexia (deels) mocht worden toegewezen.
Het verweer.
7. Dexia ontkent op enigerlei wijze in strijd met de bepalingen van de Nadere Regeling voornoemd te hebben gehandeld evenmin dat haar te verwijten zou zijn dat zij gebruik zou hebben gemaakt van misleidende reclame en daardoor in strijd zou hebben gehandeld
met artikel 6:194 BW.
De beoordeling in conventie en reconventie.
8. De rechtbank is van oordeel dat het onderhavige aandelenlease-overeenkomst zodanige kenmerken van kredietverlening omvat, dat bepalingen van de Wet Consumentenkrediet van toepassing zijn, welke wet door de rechtbank ambtshalve is toe te passen.
9. Dienvolgens dient de rechtbank alvorens de vorderingen in conventie en reconventie respectievelijk de daartegen gevoerde weren te kunnen beoordelen op het punt van die bepalingen verder te worden ingelicht.
10. Om de zaak verder te kunnen beoordelen heeft de rechtbank met name behoefte aan nadere informatie van de zijde van Dexia.
Nu niet is gesteld of gebleken dat (de rechtsvoorgangsters van) Dexia ten tijde van het sluiten van de onderhavige overeenkomst over een vergunning als bedoeld in art. 9 van de Wet op het consumentenkrediet beschikte, zal de zaak naar de rol worden verwezen teneinde Dexia in de gelegenheid te stellen zich uit te laten of en zo ja gedurende welke periode (de rechtsvoorgangsters van) Dexia een dergelijke vergunning had onder overlegging van bewijsstukken.
11. Iedere verdere beslissing zowel in conventie als in reconventie zal worden aangehouden.
De beslissing.
In conventie en in reconventie:
I. Verwijst de zaak naar de rol van woensdag 29 december 2004 ambtshalve peremptoir voor akte aan de zijde van Dexia als bedoeld in rechtsoverweging 10.
II. Houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.H. van der Veer en is op woensdag 1 december 2004 in het openbaar in tegenwoordigheid van de griffier uitgesproken.
Zij waren zo druk in de weer geweest om de geldleningen die verstrekt moesten worden te verdoezelen dat ze er zelf in zijn gaan geloven dat een WCK vergunning niet nodig was en zo vergeten hebben die hiervoor aan te vragen.
Geldt dit eigenlijk niet voor alle wetten, waar Dexia zich aan had moeten houden? Bij elke wet stelt Dexia middels haar mening dat de betreffende wetten niet zouden gelden. Op geen enkele wijze kan Dexia een wettelijke onderbouwing geven. Daarom beperken ze zich tot het geven van een mening. Rechtsspraak gaat echter volgens de geldende wetten en niet volgens de misplaatste mening van een bank!
Hoe is de stand van zaken m.b.t. de bewijzen van aan- en verkoop en is WCK nu wel of niet van toepassing.
De rechtbank in Arnhem zei op 14 juli 2004:
De rechtbank laat Dexia daarom toe om schriftelijk bewijs bij te brengen van haar stelling dat zij de aandelen ten behoeve van X heeft verworven en heeft bijgeschreven in haar administratie conform artikel 17 Wet giraal effectenverkeer.
en
De rechtbank zal de procedure naar de rol verwijzen, opdat Dexia kan reageren op het voorlopige oordeel van de rechtbank dat de Winstverdriedubbelaar een krediettransactie in de zin van artikel 1 aanhef en onder a Wck is.
Vervolgens heeft dexia aan PriceWaterhouseCoopers gevraagd een onderzoek te doen naar de aan- en verkoop van de aandelen en dit resulteerde in een lijvig rapport wat aangeboden is aan de rechtbank in Arnhem.
Tevens heeft dexia een stevig verweer geschreven waarin staat waarom zij vinden dat de WCK niet van toepassing is op aandelenlease.
De advocaat van de gedupeerde heeft beide stukken ontvangen en heeft een verweer hierop geschreven.
Dit verweer dient uiterlijk 12 januari in bezit te zijn van de rechtbank in Arnhem.
Hierna gaat de rechter het vervolg traject bepalen.
Wordt vervolgd dus.
Tevens heeft dexia een stevig verweer geschreven waarin staat waarom zij vinden dat de WCK niet van toepassing is op aandelenlease.
Ik ben zeer benieuwd op welke grond Dexia van mening is dat de Wck niet van toepassing is. Het komt mij als nogal tegenstrijdig over om te stellen dat aandelenlease niet onder de Wck valt, om dan vervolgens kredietregistraties aan te melden bij de BKR. De BKR is juist ontstaan als gevolg van de Wck, en valt daar dan ook onder.
Het komt mij als nogal tegenstrijdig over om te stellen dat aandelenlease niet onder de Wck valt, om dan vervolgens kredietregistraties aan te melden bij de BKR. De BKR is juist ontstaan als gevolg van de Wck, en valt daar dan ook onder.
Het BKR registreert op basis van contractuele afspraken meer dan alleen kredieten die onder de WCK vallen. Het BKR registreert bijvoorbeeld ook telefoonabonnementen of hypotheken met betalingsachterstanden. Dat iets door het BKR geregistreerd wordt wil dus nog niet zeggen dat het ook onder de WCK valt.
PAL heeft de hand weten te leggen op het verweerschrift wat dexia heeft gezonden naar de rechtbank in Arnhem over de Wck.
Dit verweerschrift ( 14 pagina's ) is te lezen op: