Pagina 2 van 2

Re: Wie niet in aanmerking komt

Geplaatst: 29 apr 2005 12:58
door flappie
precies.

Re: Wie niet in aanmerking komt

Geplaatst: 29 apr 2005 15:40
door jebe
hahahaha,betaal nog liever 10keer mijn restschuld,dan op een morgen wakker te worden met dezelfde gedachtengang als jij!!dan reed ik gelijk naar de gamma voor een touwtje!!zielig,triest hoopje mens ben je dubio!!voor alleen"normale mensen",prettig weekend 8)

Re: Wie niet in aanmerking komt

Geplaatst: 29 apr 2005 17:24
door Silvia74
Michel, ik heb 3 jaar geleden mijn contract met 3 jaar verlengd. Over een maand moet ik dus beslissen: overnemen of verkopen. 3 jaar geleden was mijn restschuld 1200 euro, nu 3000 euro, plus dat ik nog 3 jaar lang 45 euro per maand heb betaald. Maar goed, toen kon ik die 1200 euro niet betalen (student, ben ook ingeschreven bij juniorlease).

Ik het nu zo dat ik toch recht heb op 2/3 van die 1200 euro restschuld die ik 3 jaar geleden had? Bij de verlenging heb ik getekend dat ik wist waar ik aan begon dus heb nu natuurlijk geen recht op 2/3 van 3000 euro.....

Overnemen lijkt me geen optie....

Silvia

Re: Wie niet in aanmerking komt

Geplaatst: 29 apr 2005 19:36
door f van antwerpen
kan iemand mij vertellen, waar ik mij moet aansluiten om niet op het dexiaaanbod in te gaan, en mijn inleg plus rente wil terugeisen, voel me zwaar belazerd de hele dag zowel letterlijk als figuurlijk.

Re: Wie niet in aanmerking komt

Geplaatst: 29 apr 2005 21:10
door Ronaldootje
Er staat mij iets van bij dat de Winstverdriedubbelaar door de rechtbank van Arnhem op 5/4/2005 nietig is verklaard.
Ik hoop dat dat voor gevolg heeft dat de mensen met winstverdriedubbelaar sowieso hun inleg terugkrijgen. Zelf ben ik ook een gedupeerde en dan wel voor 45000 euro!
Met een sc hikkingsvoorstel van tweederde kwijtschelding ga ik zeker niet akkoord en ik vraag me af: wie wel!!!!

Re: Wie niet in aanmerking komt

Geplaatst: 30 apr 2005 09:14
door Silvia74
Wie heeft meer informatie over deze nietigverklaring in Arnhem?????

Re: Wie niet in aanmerking komt

Geplaatst: 30 apr 2005 11:17
door Ronaldootje
Winstverdriedubbelaar inderdaad nietig
Datum: 05-04-2005
Door: Jonathan Barth

Bijna onopgemerkt in deze weblog, heeft de rechtbank Arnhem op 16 februari 2005 bepaald dat de WinstVerDrieDubbelaar (WV3D) nietig is op grond van de Wet op het Consumentenkrediet (Wck). Het betreft hier een vervolguitspraak in de zaak waarover wij eerder schreven in de weblog van 16 juli 2004. Kort gezegd, werd in dat eerdere tussenvonnis door de rechtbank Arnhem aangenomen dat de Wck van toepassing is op de WV3D en dat waarschijnlijk daardoor de WV3D nietig is. De rechtbank Arnhem gaf partijen de gelegenheid om een nadere toelichting te geven op dit voorlopige oordeel.

Dexia voerde na het tussenvonnis vervolgens aan dat de Wck niet van toepassing is op de WV3D. Immers: de Wck is weliswaar van toepassing op alle krediettransacties maar de Wck maakt ook een uitzondering voor "effectenbelening". En de WV3D is effectenbelening, aldus Dexia, en dan is dus de Wck niet van toepassing.

Dexia baseerde dit standpunt mede op bepaalde uitlatingen van de Minister van Financiën, die op diverse plaatsen aan de Tweede Kamer heeft gezegd dat de Wck niet van toepassing is op effectenlease overeenkomsten. Volgens Dexia heeft zij vertrouwd op deze (openbare) uitlatingen van de Minister van Financiën, en gaat het niet aan om haar nu achteraf te confronteren met een gevolg dat zij niet heeft kunnen voorzien. Dit is inderdaad een sterk argument van Dexia, en de rechtbank gaat er uitgebreid op in. De door Dexia aangehaalde uitlatingen van de Minister van Financiën zijn volgens de rechtbank echter strijdig met de verplichte Richtlijnconforme uitleg van de Wck en met de bedoelingen van de Wck. Daarnaast heeft de Minister van Financiën ook wel eens gezegd dat effectenlease wél onder de Wck valt; de uitlatingen van de Minister van Financiën zijn enigszins tegenstrijdig. De rechtbank geeft dan ook een behoorlijke vingerwijzing aan de Minister van Financiën. Letterlijk zegt de rechtbank: "De vraag rijst of de Minister van Financiën hierin gelukkig heeft geopereerd". Ik zag nog niet eerder een zo onverholen kritiek van een rechter op de wetgever.

Wat er ook zij van het bovenstaande, de rechtbank moet een knoop doorhakken. En uiteindelijk beslist de rechtbank dat de Richtlijnconforme uitleg en de bedoelingen van de Wck, sterker zijn dan enkele uitlatingen van de Minister van Financiën. Daar komt nog eens bij dat de Minister van Financiën ten tijde van het afsluiten van de WV3D-contracten niet de vergunningen verleende onder de Wck, maar de Minister van Economische Zaken. Kortom: de WV3D geldt niet als "effectenbelening", de WV3D valt wel onder de Wck en de WV3D is nietig omdat Dexia (BankLabouchere) niet over de vereiste vergunning beschikte. Vanwege de nietigheid, moeten de reeds uitgevoerde verbintenissen worden ongedaan gemaakt. Die ongedaanmaking zorgt op haar beurt weer voor diverse juridische verwikkelingen, maar dat valt buiten dit stuk. Wij zullen daar wellicht in een later stadium iets over schrijven.

Verder lezen
Het vonnis van de rechtbank Arnhem

Zie verder:http://www.wieringa-advocaten.nl/blog/n ... php?id=308

Re: Wie niet in aanmerking komt

Geplaatst: 30 apr 2005 11:32
door Ronaldootje
Hier een uitspraak van de rechtbank over de nietigverklaring van de WV3D van een klant van Dexia.

Ik licht alleen de nietigverklaring uit de uitspraak.

Gevolgen van de nietigheid

Als gevolg van de nietigheid van de overeenkomst is de rechtsgrond die ten grondslag lag aan de wederzijds verrichte prestaties (met terugwerkende kracht) daaraan komen te ontvallen. Hetgeen ter uitvoering van de overeenkomst is uitgevoerd, is onverschuldigd betaald en dient te worden terugbetaald (artikel 6:203 lid 1 BW). Dit betekent dat Dexia de door [gedaagde] betaalde rentetermijnen ter hoogte van € 2.492,64 in beginsel dient terug te betalen.

Dexia heeft - naar haar stelling - ter uitvoering van de overeenkomst geld ter beschikking gesteld, waarmee zij de in de overeenkomst vermelde aandelen heeft gekocht die zij conform artikel 17 Wet giraal effectenverkeer op naam van [gedaagde] heeft bijgeschreven in haar administratie, waarbij partijen hebben afgesproken dat koersfluctuaties voor rekening van [gedaagde] komen. De prestatie is door Dexia in drie tranches verricht. Zij heeft op 25 april 2000, 23 april 2001 en 23 april 2002 de met [gedaagde] overeengekomen aandelen ABN Amro, Ahold en ING doen bijschrijven in de verzameldepots van haar effectenbewaarbedrijf. Hierna zal worden beoordeeld of Dexia is geslaagd in haar bewijs dat zij de aandelen ten behoeve van [gedaagde] heeft verworven. In de nu volgende rechtsgevolgen gaat de rechtbank er veronderstellenderwijs van uit dat Dexia haar verbintenissen uit de overeenkomst is nagekomen.

Dexia’s prestatie, als geheel genomen, kan naar haar aard niet ongedaan worden gemaakt. Omdat [gedaagde] heeft ingestemd met het verrichten van een tegenprestatie, heeft Dexia op grond van artikel 6: 210 lid 2 BW aanspraak op vergoeding van de waarde van de prestatie op het moment van ontvangst van de prestatie voor zover dit redelijk is.

De waarde van de prestatie op het moment van ontvangst, te weten het moment van verkrijging van de aandelen door Dexia, is de waarde van de aandelen tegen de koers van de dag van verkrijging. Dexia heeft de aandelen ABN Amro, Ahold en ING in drie tranches verkregen tegen aankoopkoersen van 18 april 2000 van € 22,59, € 25,59, resp. € 58,84. De aandelen waren ten tijde van de verkrijging van de tweede en de derde tranche op 23 april 2001 en 23 april 2002 door het slechtere beursklimaat in waarde gedaald. Dexia heeft die aandelen daarom tegen een ongunstige koers voor [gedaagde] verworven.

De rechtbank oordeelt dat als uitgangspunt de waarde van de prestatie van Dexia het totaal van de aankoopbedragen van de in de Winstverdriedubbelaar genoemde aandelen is, te weten € 11.879,22. Daarop moet een correctie naar beneden plaatsvinden, doordat de beurswaarde van de aandelen van de tweede en derde tranche ten tijde van de verwerving door Dexia lager was. De rechtbank komt daarop terug.

Van deze waarde moet de verkoopprijs van de aandelen van € 5.197,02 worden afgetrokken. Dexia heeft deze aandelen immers voor [gedaagde] vervreemd en de verkoopsom geïncasseerd. Het verschil is € 6.682,20. Dit is, afgezien van incassokosten en rente, de restschuld die Dexia in deze procedure vordert.

De rechtbank oordeelt dat het niet redelijk is in de zin van art. 6:210 lid 2 BW dat [gedaagde] de gehele restschuld moet betalen aan Dexia. Zij oordeelt dat het als uitgangspunt redelijk is dat deze restschuld tussen partijen wordt verdeeld.

Enerzijds is de strekking van de Wck onder meer consumenten te beschermen tegen kredietvormen die worden aangeboden door ondernemingen die daarvoor geen vergunning hebben en die verborgen zitten in een voor de gemiddelde consument moeilijk te doorgronden financieel product. De brochure en de overige aan klanten verstrekte informatie zijn naar het oordeel van de rechtbank, hoezeer ook op een enkele plaats wordt vermeld dat het gaat om beleggen met geleend geld, juist over dit aspect te verhullend. Nagenoeg alle consumenten stellen dat zij niet wisten dat zij met geleend geld belegden. De genoemde strekking van de Wck en de door Dexia gecreëerde onduidelijkheid komen in die zin voor haar rekening dat haar aanspraak op [gedaagde] in beginsel wordt beperkt tot de waarde van de aandelen ten tijde van de verkoop aan het einde van de looptijd van de overeenkomst. Door de verdeling bij helfte komt ook voor rekening van Dexia dat zij in de van haar uitgaande brochures een veel te positieve toon aansloeg over de rendementen van de aandelen.

Anderzijds wist [gedaagde], althans behoorde [gedaagde] te weten dat zij met het door haar betaalde geld zou beleggen op de beurs en dat zij daarom het risico liep door dalende koersen geld te verliezen.

Op grond hiervan brengt de redelijkheid, genoemd in artikel 6:210 lid 2 BW, naar het oordeel van de rechtbank mee dat [gedaagde] aan Dexia in beginsel en nog afgezien van haar persoonlijke omstandigheden de helft van € 6.682,20, te weten € 3.341,10, moet restitueren. Dit bedrag is in beginsel redelijk, ook als in aanmerking wordt genomen dat de prestatie van Dexia in r.ov. 2.37 aan de hoge kant is begroot, omdat de beurswaarde van de aandelen van de tweede en derde tranche lager was ten tijde van de verwerving. Een andere benadering zou leiden tot een nadere aktewisseling over de koersen op die dagen. Dat zou een vlotte afdoening van de Dexia-zaken belemmeren en zou ook de kosten van [gedaagde] doen toenemen. Deze nadelen wegen niet op tegen het voordeel van een verdere precisering van de waarde van de prestatie van Dexia, die vermoedelijk gering in omvang zal zijn.

De rechtbank zal beide te restitueren prestaties (€ 3.341,10 en € 2.492,64) verrekenen, waardoor een saldo van € 848,46 resteert.

De rechtbank verwerpt het beroep van Dexia op art. 6:278 BW op dezelfde gronden als de Commissie van Beroep DSI in r.ov. 5.8.5 van haar uitspraak van 27 januari 2005, KCHB nr. 91, heeft gedaan, welke rechtsoverweging, voorzover hier van belang, als volgt luidt:

“Uit hetgeen in de Toelichting Meijers is opgemerkt volgt dat art. 6:278 BW niet van toepassing is in een geval waarin ervan moet worden uitgegaan dat de stoot tot ongedaanmaking erop is gegrond dat de partij die daartoe overgaat zijn wederpartij, terecht, verwijt dat deze is tekortgeschoten in de hem betamende zorg door eerstbedoelde niet voldoende te waarschuwen voor het risico dat de waarde van de prestatie na uitvoering van de overeenkomst kan dalen als gevolg van koersdaling. Deze situatie doet zich hier voor; niet de situatie waarin de daling van de waarde van de prestatie na de uitvoering van de overeenkomst is gedaald als gevolg van een omstandigheid die niet in verband staat met het in zorg tekortschieten als zo-even bedoeld.”

De rechtbank overweegt ten slotte dat de redelijkheid, genoemd in art. 6:210 lid 2 BW, ook meebrengt dat het bedrag van € 848,46, genoemd in r.ov. 2.43, niet zal worden toegewezen. [gedaagde] was ten tijde van het sluiten van de Winstverdriedubbelaar 70 jaar, had een pensioen van € 1.400,- netto per maand, geen vermogen en geen beleggingservaring. Haar opleiding bestond uit 5 jaar lagere school. Zij heeft ter zitting verklaard dat zij de strekking van de Winstverdriedubbelaar niet heeft begrepen. Dexia had de Winstverdriedubbelaar niet aan [gedaagde] gezien haar financiële situatie en het geheel ontbreken van enige beleggingservaring bij haar mogen aanbieden. Daarom zal de vordering van Dexia in conventie worden afgewezen, met veroordeling van Dexia in de kosten van het geding in conventie.

In reconventie; verwerving van de aandelen

De rechtbank zal thans beoordelen of Dexia is geslaagd in het bewijs van haar stelling dat zij de aandelen ten behoeve van [gedaagde] heeft verworven. Deze bewijslevering is relevant voor de beoordeling van de vordering in reconventie. Slaagt Dexia immers niet in het van haar gevraagde bewijs, dan staat vast dat zij de aandelen niet heeft verkregen en dus de overeenkomst niet heeft uitgevoerd. In dat geval kan de gehele rentevordering van [gedaagde] worden toegewezen, omdat de niet uitgevoerde prestatie van Dexia immers niet behoeft te worden gerestitueerd.

Dexia heeft over de uitvoering van de op 19 april 2000 gesloten Winstverdriedubbelaar met [gedaagde] het navolgende uiteengezet. Dexia heeft op 18 april 2000 37 aandelen ABN Amro, 37 aandelen Ahold en 37 aandelen ING, tezamen uitmakende de eerste tranche van de Winstverdriedubbelaar, gekocht. Zij heeft op die dag meteen de tweede en derde tranche van aandelen gekocht, deze terstond doorverkocht aan een derde, Lease Assets Backed Notes II B.V., met een terugkoop- en leveringsrecht op 18 april 2001, resp. 18 april 2002. De aankoop van de aandelen werd gedaan door middel van een bulkorder, waarin ook de aankopen waren opgenomen van klanten die rond dezelfde tijd een Winstverdriedubbelaar met Dexia hadden gesloten. Dexia heeft met gebruikmaking van ervaringscijfers iets minder aandelen aangekocht, omdat niet alle geïnteresseerden uiteindelijk daadwerkelijk een Winstverdriedubbelaar sloten. In dit geval had Dexia voldoende aandelen gekocht. De bulkorder is in de administratie opgenomen met de aanduiding WV3D-TOO.

De aangekochte aandelen van bulkorder WV3D-TOO zijn, wat de eerste tranche betreft, naar de stelling van Dexia vervolgens op 25 april 2000 geleverd door bijschrijving in het verzameldepot ten name van Legio-Lease bij CDC Labouchere Securities Services N.V., thans Dexia Securities Services N.V. - hierna DSS -, de vennootschap die als aangesloten instelling in de zin van de Wet giraal effectenverkeer sinds 1999 de bewaaractiviteiten ten behoeve van Bank Labouchere verrichtte (het effectenbewaarbedrijf). Op die dag is ook de tegenwaarde van de verworven aandelen van de rekening van Bank Labouchere bij DSS afgeschreven. Op gelijke wijze zijn de tweede en de derde tranche op 23 april 2001 en 23 april 2002 bijgeschreven.

Voor meer info over deze zaak:http://zoeken.rechtspraak.nl/zoeken/dtl ... ljn=AS6280

Re: Wie niet in aanmerking komt

Geplaatst: 30 apr 2005 11:58
door ltro

destijds schuld afgelost door hypotheekverhoging op mijn huis aan te gaan in ruil voor de mogelijkheid van opties.
de waarde van de opties is nog altijd nihil. hoe werkt hiervoor de schikking? ik heb zodoende dus nog altijd een schuld door toedoen van dexia.

Re: Wie niet in aanmerking komt

Geplaatst: 30 apr 2005 12:39
door Ronaldootje
Ltro, mij is een jaar terug ook zo'n aanbod gedaan.

Maar het was wel zo dat mijn premie omhoog ging alsmede de hypotheek: en wat als de hypotheekrente over een jaar plots gaat stijgen (wat niet ondenkbaar is!). Daarom heb ik daartoe besloten het niet te doen.
Ik denk trouwens dat de meerderheid van de leaseverliesbeleggers niet akkoord gaat met dit schikkingsvoorstel: wie gaat nu zijn verlies nemen!!!

En zeker als je met de WV3D zit: er zijn al gevallen die hun inleg en rente teruggekregen hebben.

Dexia lacht natuurlijk in zijn vuistje als leaseverlies daarmee instemt!

Laat het niet zover komen!

Moeten wij trouwens voor als die louchepraktijken bij AHOLD opdraaien????
Is daar wel eens over nagedacht?

Re: Wie niet in aanmerking komt

Geplaatst: 30 apr 2005 16:13
door matje
Ik sluit me aan bij Michel. Ook ik heb 2x moeten verlengen mijn winstverdriedubbelaar. Deze gekocht in 1997 dus ik weet precies wat Michel en Silvia74 voelen en hebben gedacht. Echter verleden jaar hebben mijn ouders mij ook ruim 1200 euro geleend zodat ik van dexia af zou zijn. Mijn contract zou ook aflopen dit jaar in juli.

Ronaldootje die posting van jou over de vernietiging is precies zoals het gegaan is. :wink:

Maar ik ben nu dus bijna een jaar van Dexia af maar nog steeds kijk ik bijna elke dag naar rtl5 en naar de beurs :cry:

Maar mijn vraag is hetzelfde als michel zou ik toch nog wat horen van DEXIA of ik nog iets teruggestort krijg van mijn restschuld wat ik in 1x afbetaald had.
Ik ben heel eerlijk mocht dexia voor mij nog over de brug komen dan zal ik het tekenen voor al die andere die met nog een schuld zitten of er nog midden in die wens ik alle sterkte toe en ook alle geluk van de wereld en dat jullie al je geld maar terug mogen krijgen.

Re: Wie niet in aanmerking komt

Geplaatst: 30 apr 2005 21:34
door Silvia74
Matje, je zegt dat je 2x verlengd hebt? Ik dacht dat je maar 1x 3 jaar kon verlengen?

Re: Wie niet in aanmerking komt

Geplaatst: 01 mei 2005 15:09
door matje
volgens mij was de winstverdriedubbelaar geldig voor 3 jaar maar als ik het fout heb dan sorry :( (dit tik ik op werk) en zou ik dus na moeten kijken. ik weet wel dat ik verlengd heb en toen dexia met een eerste schikking kwam in 2002 want toen liep mijn contract af kon ik maar voor 2 opties kiezen; de aandelen overnemen of het contract verlengen tot 2005 :oops:

Re: Wie niet in aanmerking komt

Geplaatst: 01 mei 2005 15:26
door matje
gelzen op dexialease.nl volgens mij is er voor diegene zoals ik die dmv van afkopen van dexia afkonden ook iets terug krijgen. Als ik het mis heb verwijt me dan niks, please 8)

vraag
Ik heb mijn restschuld na afloop van mijn contract, in het verleden volledig betaald. Krijg ik daar nu een deel van terug?

antwoord:
In het verleden betaalde restschulden, ontstaan na verstrijken van de looptijd, worden ook meegenomen in de schikking. Dit geldt alleen indien de overeenkomst is beëindigd na 1 januari 1997.

misschien is het verschil met mij ik heb mijn restschuld voor het aflopen van het contract afgekocht. Om de simpele reden totaal geen vertrouwen in de economie of de AEX. Er gebeurt namelijk altijd wel iets waardoor mijn aandelen niet zouden stijgen.