Lekker offtopic, maar daarom niet minder belangrijk:
Een korte geschiedenis van het bankwezen.
"Laat mij de uitgave en controle van geld van een natie behartigen, en het kan me niet schelen wie de wet schrijft" - Amshall Rothschild. In dit tijdperk begint de geschiedenis van de ontwikkeling van het moderne banksysteem in de Middeleeuwen. In die tijd hielden mensen met persoonlijke bezittingen deze in de vorm van edelmetaal - altijd goud en zilver. Deze werden bij de lokale goudsmid bewaard voor de veiligheid, waarbij ontvangstbewijzen voor bewaring werden uitgegeven. Financiële transacties noodzaakten de koper om zijn goud terug te nemen en het aan de verkoper te geven, die het op zijn beurt weer in bewaring gaf, vaak bij dezelfde goudsmid.
Dit was duidelijk een tijdrovend proces en op deze manier werd het een gewoonte voor mensen om eenvoudig ontvangstbewijzen in te wisselen, bij het uitvoeren van financiële transacties. En de smederijen begonnen ontvangstbewijzen voor speciale goudwaarden uit te geven, zodat het kopen en verkopen gemakkelijker werd. De ontvangstbewijzen van de smederijen werden de eerste bankbiljetten. De goudsmederijen, nu beginnende bankiers, bemerkten dat alleen een kleine hoeveelheid goud, dat bij hun in bewaring was, iedere keer werd opgenomen. En zo kwamen ze op het idee om zelf meer kwitanties uit te geven, papiergeld dat niet gedekt was door werkelijk ondergebrachte rijkdom.
Door deze bewijzen te verstrekken aan mensen die geld nodig hadden, in de vorm van leningen, konden de goudsmederijen het geld dat anderen bij hun hadden ondergebracht voor zich zelf gebruiken. Men kwam er achter dat voor ieder aandeel in goud dat door de goudsmid in bewaring werd gehouden, tienmaal de som als papiergeld kon worden uitgegeven. Dus, wanneer een goudsmid bijvoorbeeld eenheden goud van andere mensen in zijn bankkluis had, kon hij de waarde van 1000 aandelen uitgeven! En zolang niet meer dan 10 procent van de houders van deze biljetten hun goud in een keer wilde opnemen, zou niemand zich de fraude die begaan werd realiseren. Deze praktijk, bekend als gedeeltelijke reserve lening, gaat tot op de dag van vandaag door en geloof het of niet, is de ruggengraat van de moderne bankindustrie!
Typerend voor banken is dat zij tienmaal hun werkelijke tegoeden uitlenen, wat betekent dat 90% van het geld dat zij uitlenen nu niet bestaat, nooit heeft en nooit zal bestaan! Deze leningen moesten aan de goudsmeden worden terugbetaald met rente, wat betekende dat niet bestaanbaar geld geleidelijk in activa werd omgezet in de vorm van goederen en arbeid. En als er wanbetaling werd gepleegd, dan was de bankier gerechtigd om het eigendom in beslag te nemen van degene die in gebreke bleef. Met het verstrijken van de tijd werden de banken daardoor steeds rijker en rijker, omdat toegestaan werd geld te maken uit een zeepbel en dan dit geld om te zetten in echte goederen, arbeid en onroerend goed.
Een geldlening met 12% rente levert geen 12% rente op voor de bank, maar 112%. Zoals het tot op de dag van vandaag gaat. Toen het industriële tijdperk begon nam de mogelijkheid voor exploitatie exponentieel toe. De mogelijkheid voor banken om geld uit te lenen uit ijle lucht en dan de leningen om te zetten in activa met rente maakte het hen mogelijk om hele industrieën te beheersen. Tot het punt waar bank- en industriewereld, met alle plannen en beoogde effecten, een naadloos persoon werd, gewoonlijk beheerd door uitgebreide families, en hierbij zo'n invloed uitoefende dat beginnende regeringen in die tijd daarbij vergeleken behoorlijk machteloos waren. Het creëren van de bank- en industrie elite was begonnen.
Dit is slechts een paragraaf uit een groter verhaal, die verder over hele andere zaken gaat. Hiermee wil ik aangeven hoe de bankwereld inelkaar steekt.
Ik volg gestaag de ontwikkelingen van Dexia. De geschiedenis leert mij dat ze het toch wel redden. Te groot belang, dus dan jassen we - m.b.v. AFM en de regering - er wat regeltjes doorheen. Zo is het toch altijd gegaan in de wereld? Dit hoort bij de macht. Burgers blijven de dupe, op wat voor field dan ook.
Toch hoop ik nog steeds dat het recht - of wat er nog van over is - zal zegevieren. Gevoelsmatig: ja. Realistisch gezien: nee.