De mening van een deskundige in December 2008:
(blz.4)
http://www.rivm.nl/cib/binaries/vp-04b_tcm92-57266.pdf
‘Ik zie dagelijks wat baarmoederhalskanker
kan aanrichten’
‘Als gynaecologisch oncoloog heb ik dagelijks te
maken met baarmoederhalskanker en de gevolgen
daarvan. Omdat wij hier een baarmoedersparende
operatie uit kunnen voeren, zien wij relatief veel
jonge vrouwen met cervixcarcinoom. En dus ook
relatief veel vrouwen bij wie het misgaat. Logisch
dat ik enthousiast ben over HPV-vaccinatie en mijn
pleidooi om deze op grote schaal in te voeren niet
onder stoelen of banken steek. Ik ben gekleurd door
mijn ervaringen. De kosteneffectiviteit is een belangrijk
punt want het is een duur vaccin. Daarin moet
niet alleen de winst van circa honderd mensenlevens
op jaarbasis meewegen maar ook het voorkómen
van voorstadia van baarmoederhalskanker
en afwijkende uitstrijkjes. Dat scheelt jaarlijks
duizenden doorverwijzingen naar de gynaecoloog
en belastende onderzoeken.
Als lid van de Programmacommissie Baarmoederhalsscreening
zet ik me trouwens ook in om de deelname
aan het bevolkingsonderzoek (‘het uitstrijkje’)
te vergroten. Daar is nog veel winst te behalen.
Ik betreur alle commotie in de media naar aanleiding
van de Zembla-uitzending en het artikel in
NTvG waarin een aantal artsen zegt het te vroeg
te vinden voor massale HPV-vaccinatie.
De argumenten die de auteurs noemen, zijn uitgebreid
aan de orde geweest in de Gezondheidsraad en
zorgvuldig meegewogen in het advies. Het artikel
zaait onnodige onrust en ondermijnt bij voorbaat
het draagvlak voor HPV-vaccinatie. De uitzending
van Zembla vond ik tendentieus. Zo werd beweerd
dat het onderzoek van het UMC St. Radboud en
de GGD Rotterdam, waarbij ik betrokken ben, een
seeding trial is: een neponderzoek bedoeld om het
HPV-vaccin te promoten. Dat klopt niet. Het is een
gedegen studie naar de effectiviteit van HPV-vaccin
(Cervarix) bij gelijktijdige toediening van hepatitis
B-vaccin (Engerix-B). Het onderzoek wordt inderdaad
gefinancierd door GSK maar het voldoet aan
alle wetenschappelijke criteria en juist niet aan de
kenmerken van een seeding trial.
En ja, het klopt dat er contacten zijn tussen industrie
en specialisten. Die contacten zijn noodzakelijk
en vaak vruchtbaar omdat veel wetenschappelijk
onderzoek wordt gefinancierd door de industrie.
Die samenwerking moet natuurlijk transparant zijn
en niet tot onethische belangenverstrengeling leiden.
Dat is, in mijn optiek, hier ook niet gebeurd.’
Leon Massuger, hoogleraar oncologische gynaecologie
UMC St. Radboud[/quote]
(Dikgedrukt door mij)
Blz. 7:
Discussie over onafhankelijkheid
Onlangs zijn in kranten en op tv vraagtekens geplaatst bij de onafhankelijkheid van de Gezondheidsraadcommissie die adviseerde over vaccinatie tegen HPV. Zo zouden medische experts, die betrokken waren bij het advies, zijn betaald voor onderzoek dat zij deden voorde farmaceutische bedrijven die deze vaccins produceren. In een reactie zegt de GR dat om de onafhankelijkheid van commissieleden te garanderen strikte procedures worden gevolgd. Zo mogen deze leden geen dienstverband hebben bij of betaald worden door belanghebbende bedrijven, in dit geval aanbieders van HPV-vaccins. Er mag ook geen sprake zijn van een persoonlijk belang bij een bepaalde uitkomst van het advies. Deze procedures zijn ook gevolgd.
Enkele experts, die contractonderzoek hebben gedaan voor de genoemde farmaceuten, en van wie de deskundigheid essentieel was voor de commissie, hebben een commissieadviseurschap gekregen zonder stemrecht.
Van der Noordaa: ‘Het advies is volstrekt onafhankelijk van de industrie tot stand gekomen.
Als voorzitter van de commissie sta ik volledig in voor de wetenschappelijke
integriteit van de commissieleden en adviseurs.’