dexia(sobi)
Geplaatst: 24 nov 2003 21:32
allemaal,
Terug naar de lijst
Home > Uitspraken zoeken > Uitspraak
LJN-nummer: AN8482 Zaaknr: 258118 / H 03.0142
Bron: Rechtbank Amsterdam
Datum uitspraak: 19-11-2003
Datum publicatie: 19-11-2003
Soort zaak: civiel - civiel overig
Soort procedure: eerste aanleg - enkelvoudig
258118 / H 03.0142
19 november 2003
RECHTBANK IN HET ARRONDISSEMENT AMSTERDAM
DERDE ENKELVOUDIGE CIVIELE KAMER
VONNIS
i n d e z a a k v a n:
1. de stichting STICHTING ONDERZOEK BEDRIJFSINFORMATIE (SOBI),
gevestigd te Amsterdam,
2. [eiser 2],
wonende te [woonplaats],
e i s e r s in het incident,
procureur mr. F.J. Schoute,
t e g e n:
1. de stichting STICHTING LEASEVERLIES,
gevestigd te 's-Gravenhage,
2. de vereniging met volledige rechtsbevoegdheid CONSUMENTENBOND,
gevestigd te 's-Gravenhage,
e i s e r e s s e n in de hoofdzaak, verweersters in het incident,
procureur mr. I.M.C.A. Reinders Folmer,
e n :
de naamloze vennootschap DEXIA BANK NEDERLAND N.V.,
gevestigd te Amsterdam,
g e d a a g d e in de hoofdzaak, verweerster in het incident,
procureur mr. H.G. van Everdingen.
Eisers in het incident worden hierna SOBI/[eiser 2] genoemd. Eiseressen in de hoofdzaak worden hierna Leaseverlies c.s. genoemd. Gedaagde in de hoofdzaak wordt hierna Dexia ge-noemd.
VERDER VERLOOP VAN DE PROCEDURE
in de hoofdzaak en in het incident
Naar aanleiding van het in deze zaak op 24 september 2003 uitgesproken vonnis hebben
SOBI/[eiser 2] een akte in het incident, met bewijsstukken, genomen. Leaseverlies c.s. en Dexia hebben hierop ieder bij antwoordakte in het incident gereageerd. Vervolgens is wederom vonnis in het incident gevraagd.
GRONDEN VAN DE BESLISSING
in het incident
1. Bij voornoemd tussenvonnis zijn SOBI/[eiser 2] in de gelegenheid gesteld bij akte duidelijkheid te verschaffen omtrent de strekking van hun vordering in het incident.
2. SOBI/[eiser 2] hebben daarop bij akte aangegeven dat zij belang hebben bij het instellen van een eigen vordering, omdat het zeer wel mogelijk is dat de brochures die niet door SOBI/[eiser 2] in orde zijn bevonden, wel degelijk misleidend zijn. Zij verzoeken de rechtbank daarom om hun interventie aldus op te vatten dat zij beogen in de hoofdzaak een verklaring voor recht te vragen dat de door hen in orde bevonden brochures niet misleidend zijn. Voor zover dat niet (meer) toewijsbaar mocht zijn hebben zij aangegeven zich te willen voegen aan de zijde van Dexia, doch uitsluitend voor zover het standpunt van Dexia mede inhoudt dat de door SOBI/[eiser 2] in orde bevonden brochures niet misleidend zijn.
3. Dexia heeft zich - kort gezegd - ten aanzien van het door SOBI/[eiser 2] gevorderde gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank. Leaseverlies c.s. hebben - kort gezegd - voor wat betreft de (primair) gevorderde tussenkomst geconcludeerd tot afwijzing van het gevorderde en zich voor wat betreft de (subsidiair) gevorderde voeging aan de zijde van Dexia gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
4. Uit hetgeen SOBI/[eiser 2] bij akte heeft aangevoerd leidt de rechtbank af dat zij niet zozeer een eigen vordering wensen in te stellen die zich richt tegen beide partijen, c.q. in de hoofdzaak wensen tussen te komen, maar dat zij zich - zij het slechts voor het gedeelte dat hen aangaat - wensen te scharen aan de zijde van Dexia, c.q. zich in de hoofdzaak aan de zijde van Dexia wensen te voegen. Nu Dexia en Leaseverlies c.s. zich ten aanzien van de gevorderde voeging hebben gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank en SOBI/[eiser 2] ook overigens hun belang bij de voeging voldoende hebben onderbouwd zal deze worden toegestaan.
5. Het enkele feit dat door het door SOBI/[eiser 2] op onjuiste wijze opgeworpen incident de hoofdzaak gedurende enige maanden is opgehouden brengt, anders dan Leaseverlies c.s. nog aanvoeren, niet mee dat SOBI/[eiser 2] eerst bij conclusie van dupliek in de gelegenheid zouden moeten worden gesteld om zich als gevoegde partij over de hoofdzaak uit te laten. De zaak zal dan ook thans naar de rol worden verwezen voor het nemen van een conclusie van antwoord aan de zijde van SOBI/[eiser 2].
6. Hoger beroep staat thans niet open. Iedere verdere beslissing zal worden aangehouden.
BESLISSING
De rechtbank:
in het incident:
- bepaalt dat SOBI/[eiser 2] zich mogen voegen in de hoofdzaak;
- houdt de beslissing omtrent de kostenveroordeling in het incident aan tot de eindbeslissing in de hoofdzaak;
in de hoofdzaak:
- bepaalt dat de zaak weer zal worden afgeroepen op de rolzitting van de tweede enkelvoudige kamer van woensdag 17 december 2003 voor conclusie van antwoord aan de zijde van SOBI/[eiser 2];
- houdt iedere verdere beslissing aan.
Gewezen door mr. S.P Pompe, lid van genoemde kamer, en uitge-sproken ter openbare terecht-zitting van 19 november 2003 in tegen-woordig-heid van de griffier.
Terug naar de lijst
Home > Uitspraken zoeken > Uitspraak
LJN-nummer: AN8482 Zaaknr: 258118 / H 03.0142
Bron: Rechtbank Amsterdam
Datum uitspraak: 19-11-2003
Datum publicatie: 19-11-2003
Soort zaak: civiel - civiel overig
Soort procedure: eerste aanleg - enkelvoudig
258118 / H 03.0142
19 november 2003
RECHTBANK IN HET ARRONDISSEMENT AMSTERDAM
DERDE ENKELVOUDIGE CIVIELE KAMER
VONNIS
i n d e z a a k v a n:
1. de stichting STICHTING ONDERZOEK BEDRIJFSINFORMATIE (SOBI),
gevestigd te Amsterdam,
2. [eiser 2],
wonende te [woonplaats],
e i s e r s in het incident,
procureur mr. F.J. Schoute,
t e g e n:
1. de stichting STICHTING LEASEVERLIES,
gevestigd te 's-Gravenhage,
2. de vereniging met volledige rechtsbevoegdheid CONSUMENTENBOND,
gevestigd te 's-Gravenhage,
e i s e r e s s e n in de hoofdzaak, verweersters in het incident,
procureur mr. I.M.C.A. Reinders Folmer,
e n :
de naamloze vennootschap DEXIA BANK NEDERLAND N.V.,
gevestigd te Amsterdam,
g e d a a g d e in de hoofdzaak, verweerster in het incident,
procureur mr. H.G. van Everdingen.
Eisers in het incident worden hierna SOBI/[eiser 2] genoemd. Eiseressen in de hoofdzaak worden hierna Leaseverlies c.s. genoemd. Gedaagde in de hoofdzaak wordt hierna Dexia ge-noemd.
VERDER VERLOOP VAN DE PROCEDURE
in de hoofdzaak en in het incident
Naar aanleiding van het in deze zaak op 24 september 2003 uitgesproken vonnis hebben
SOBI/[eiser 2] een akte in het incident, met bewijsstukken, genomen. Leaseverlies c.s. en Dexia hebben hierop ieder bij antwoordakte in het incident gereageerd. Vervolgens is wederom vonnis in het incident gevraagd.
GRONDEN VAN DE BESLISSING
in het incident
1. Bij voornoemd tussenvonnis zijn SOBI/[eiser 2] in de gelegenheid gesteld bij akte duidelijkheid te verschaffen omtrent de strekking van hun vordering in het incident.
2. SOBI/[eiser 2] hebben daarop bij akte aangegeven dat zij belang hebben bij het instellen van een eigen vordering, omdat het zeer wel mogelijk is dat de brochures die niet door SOBI/[eiser 2] in orde zijn bevonden, wel degelijk misleidend zijn. Zij verzoeken de rechtbank daarom om hun interventie aldus op te vatten dat zij beogen in de hoofdzaak een verklaring voor recht te vragen dat de door hen in orde bevonden brochures niet misleidend zijn. Voor zover dat niet (meer) toewijsbaar mocht zijn hebben zij aangegeven zich te willen voegen aan de zijde van Dexia, doch uitsluitend voor zover het standpunt van Dexia mede inhoudt dat de door SOBI/[eiser 2] in orde bevonden brochures niet misleidend zijn.
3. Dexia heeft zich - kort gezegd - ten aanzien van het door SOBI/[eiser 2] gevorderde gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank. Leaseverlies c.s. hebben - kort gezegd - voor wat betreft de (primair) gevorderde tussenkomst geconcludeerd tot afwijzing van het gevorderde en zich voor wat betreft de (subsidiair) gevorderde voeging aan de zijde van Dexia gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank.
4. Uit hetgeen SOBI/[eiser 2] bij akte heeft aangevoerd leidt de rechtbank af dat zij niet zozeer een eigen vordering wensen in te stellen die zich richt tegen beide partijen, c.q. in de hoofdzaak wensen tussen te komen, maar dat zij zich - zij het slechts voor het gedeelte dat hen aangaat - wensen te scharen aan de zijde van Dexia, c.q. zich in de hoofdzaak aan de zijde van Dexia wensen te voegen. Nu Dexia en Leaseverlies c.s. zich ten aanzien van de gevorderde voeging hebben gerefereerd aan het oordeel van de rechtbank en SOBI/[eiser 2] ook overigens hun belang bij de voeging voldoende hebben onderbouwd zal deze worden toegestaan.
5. Het enkele feit dat door het door SOBI/[eiser 2] op onjuiste wijze opgeworpen incident de hoofdzaak gedurende enige maanden is opgehouden brengt, anders dan Leaseverlies c.s. nog aanvoeren, niet mee dat SOBI/[eiser 2] eerst bij conclusie van dupliek in de gelegenheid zouden moeten worden gesteld om zich als gevoegde partij over de hoofdzaak uit te laten. De zaak zal dan ook thans naar de rol worden verwezen voor het nemen van een conclusie van antwoord aan de zijde van SOBI/[eiser 2].
6. Hoger beroep staat thans niet open. Iedere verdere beslissing zal worden aangehouden.
BESLISSING
De rechtbank:
in het incident:
- bepaalt dat SOBI/[eiser 2] zich mogen voegen in de hoofdzaak;
- houdt de beslissing omtrent de kostenveroordeling in het incident aan tot de eindbeslissing in de hoofdzaak;
in de hoofdzaak:
- bepaalt dat de zaak weer zal worden afgeroepen op de rolzitting van de tweede enkelvoudige kamer van woensdag 17 december 2003 voor conclusie van antwoord aan de zijde van SOBI/[eiser 2];
- houdt iedere verdere beslissing aan.
Gewezen door mr. S.P Pompe, lid van genoemde kamer, en uitge-sproken ter openbare terecht-zitting van 19 november 2003 in tegen-woordig-heid van de griffier.