Radar

AFM gaat bij verrassing controleren

AMSTERDAM (DFT) - De toezichthouder voor de financiële markten, AFM, gaat controles doen die pas op het laatste moment worden aangekondigd. Deze 'overvalmethode' is bedoeld voor bedrijven die een 'fout' signaal geven.
Dit zegt Paul Koster, bestuurder van de AFM, in een gesprek met Het Financieele Dagblad. Hij schat dat zulke speciale controles 10 à 20 keer per jaar nodig zijn. Tot nu toe staan vooral effecten- en beleggingsinstellingen onder toezicht van de AFM. Volgend jaar komen daar de beursfondsen, accountants en financiële dienstverleners bij.
Bij een 'overval' wordt om 17.00 uur 's middags aangekondigd dat de volgende ochtend een controleploeg langskomt. Een bedrijf krijgt dus nog enige voorbereidingstijd. "We willen niet zomaar een goede werkrelatie met de ondernemingen verstoren", zegt Koster. Tot nu toe worden controles lang van tevoren gepland, in overleg met de te controleren bedrijven. De AFM heeft overigens altijd de bevoegdheid gehad om bij een 'ernstige verdenking' onaangekondigd binnen te vallen, zoals de kartelautoriteit NMa doet.
Een 'overvalploeg' bestaat uit vijf man die zich twee dagen lang concentreren op een paar specifieke onderwerpen. De AFM wil hiermee zijn 'slagvaardigheid' vergroten, aldus Koster. De Algemene Rekenkamer hekelde onlangs het gebrek aan een 'proactieve' houding bij de AFM.

Moeten de toezichthouders de rol van scheidsrechter, politieagent of zelfs die van regelgever vervullen? Die vraag kwam ter sprake tijdens een seminar over de verantwoordelijkheid van toezichthouders in financiële en economische markten, donderdag 14 oktober in Noordwijk, georganiseerd door advocatenbureau NautaDutilh.

Nieuwe strategie

Directeur van toezichthouder De Nederlandsche Bank Arnold Schilder sprak over een herijking van de toekomststrategie van het toezichthouden. “De uitbreidingen van toezichtstaken en toezichtautoriteiten zijn veelal een reactie op een geschokt maatschappelijk vertrouwen. Juist dat vertrouwen is essentieel voor een stabiele samenleving. Daar ligt ten diepste onze roeping: bijdragen aan die stabiliteit. En toezichthouders hebben een olifantengeheugen: we weten heel goed welk schandaal leidde tot welke toezichtmaatregelen. Als toezichthouder blijven we een appèl doen op de eigen verantwoordelijkheid van instellingen.”