Tussendoor nog even een ''weetje van de dag?
'Ondernemersmentaliteit stimuleren op school' 12 januari 2005
door Ellen den Hollander
Laat kinderen maar vroeg snuffelen aan het ondernemerschap, vinden staatssecretarissen Rutte en Van Gennip. Eigen baas zijn moet een gewone keuze zijn, net als in loondienst werken.
Kun je dat eigenlijk wel leren, ondernemen? Moet dat niet gewoon in je zitten?
Ondernemen kun je wel degelijk leren en het is belangrijk daar zo vroeg mogelijk mee te beginnen.
(foto Vincent Jannink | GPD)
DEN HAAG | Het is leuk, het is avontuurlijk, je kunt soms lekker geld verdienen. De voordelen van het 'eigen baas' zijn, kan marktkoopman Marcel Sacht (56) zo opsommen. "Maar je moet wel een beetje mazzel hebben in je leven", zegt hij. "En je bent altijd aan het denken. Ik kwam afgelopen vrijdagavond ziek thuis en dan lig je toch in bed te malen: je weet dat zaterdag de drukste dag is en dat je dat moet missen als je thuis blijft."
Zelf heeft Sacht mulo gedaan en is daarna meteen gaan werken. "Het is wel verstandig om een opleiding te doen", vindt hij. Het plan om kinderen al vroeg te laten ruiken aan het ondernemersvak, vindt hij daarom heel goed. "Ik sta daar heel positief tegenover. Hoewel een opleiding niet alles zegt. Je moet het ook een beetje in je hebben. Beetje kunnen babbelen."
Kun je ondernemen leren? De 'deskundigen' zijn het er wel zo'n beetje over eens dat je voor het ondernemerschap speciale kwaliteiten nodig hebt. Je moet gedreven zijn om jezelf hoge doelen te stellen en die te verwezenlijken, je moet creatief zijn, je moet een type zijn dat graag vrij is en autonoom, je moet initiatief nemen, ervan overtuigd zijn dat jóuw initiatieven bijdragen tot een mooi resultaat, je moet risico's durven nemen, kansen zoeken, zelfbewust en zelfverzekerd zijn en volhouden.
Maar kun je dat allemaal ook aanleren?
Het antwoord op die vraag geeft Ingrid Verheul, onderzoeker van de Erasmus School of Business, in haar onderzoek naar het vroeg aanleren van ondernemersvaardigheden.
Zij concludeert dat de eigenschappen die een ondernemer nodig heeft, ieder mens al in zekere mate in zich heeft. Het is vooral zaak die talenten zo vroeg mogelijk te stimuleren, juist bij kinderen op de basisschool. Zo vroeg mogelijk beginnen.
"Er is altijd discussie over, of je kunt leren ondernemen", zegt Joep Rats, secretaris economische zaken van MKB-Nederland. "Maar prikkelen kun je wel. Ik vind het goed dat mensen er nu voor worden geïnteresseerd."
Dat prikkelen doet de Stichting Jong Ondernemen, die vandaag officieel van start gaat. Het is de bedoeling om voor alle vormen van onderwijs een programma te maken: van groep acht van de basisschool, via vmbo en mbo tot hbo en universiteit. Op alle niveau's en leeftijden moeten leerlingen en studenten in aanraking komen met het begrip 'een eigen bedrijf'.
Niet dat Nederland onvoldoende ondernemers in huis heeft. "Er zijn relatief veel ondernemers", vindt Rats van MKB-Nederland, in tegenstelling tot de staatssecretarissen Rutte (Onderwijs) en Van Gennip (Economische Zaken). "Er zijn 560.000 particuliere bedrijven op een beroepsbevolking van 7,5 miljoen mensen. Dat is ongeveer 1 op de 15. Daarmee zitten we hoog in de middenmoot, vergeleken met andere Europese landen."
Toch, het kan geen kwaad om jongetjes en meisjes van elf of twaalf jaar alvast warm te laten lopen voor een eigen zaak. Dat vindt ook Robert Blom, bedrijvenadviseur bij Graydon. Hij schreef samen met Tineke Verburg het boek 'Jong in zaken'. "Het is een buitengewoon goede zaak dat jongeren op school leren ondernemen." Cynisch: "Ik pleit er al tien jaar voor, dus het werd wel eens tijd."
Zelf merkte hij lang geleden al dat jongeren graag met een eigen bedrijf willen beginnen. "Ze hebben er dan de ballen verstand van, het is gerommel in de marge. Even naar de Kamer van Koophandel, naar de drukkerij voor de kaartjes met 'directeur' erop. Maar het is te klein om tot iets uit te groeien, het heeft weinig om het lijf."
Dat komt volgens Blom voor een deel ook door de schoolopleiding. "
Het onderwijs is erop gericht dat jongeren later gaan werken bij een baas
." Dat is niet goed, vindt ook Ingrid Verheul. Zij vindt dat scholen zich te veel richten op ondernemersprogramma's, terwijl de mentaliteit helemaal in het onderwijs verweven zou moeten zijn. Dus geen lessen gericht op de leraar, maar op de leerling.
Niet feiten leren, maar leren hoe je iets moet doen.Geen passieve kennis verwerven (leraar praat, leerling luistert) maar juist actief werken (leerling zoekt en verwerkt zelf informatie).
Fouten maken niet vrezen maar juist leren van fouten.
Ambitie
"Je moet 1001 dingen kunnen, maar je hoeft niet alles te weten", vindt Robert Blom. "Je moet wel weten waar je de informatie kunt vinden." Wie de brandende ambitie heeft om eigen baas te worden, die krijgt van Blom ruim baan. "Je moet wel goed voorbereiden. Er goed over nadenken. Als je ziet hoeveel zinloze clichés ik zie staan in ondernemingsplannen. Zo van 'Je leert het in de praktijk, met vallen en opstaan. Je moet het in je hebben.' Dat is flauwekul. Zorg eerst maar dat je aan de studie gaat."
Dat heeft Marcel Sacht destijds niet gedaan. Hij werkte bij de KNVB en toen die naar Zeist verhuisde, belandde hij bij zijn vader in de zaak. "Hij deed in Perzische tapijten, tweedehands kleding en antiquiteiten." Nu staat Sacht al meer dan dertig jaar op de Haagse Markt met kleding. "Het was geen bewuste keuze om ondernemer te worden. Ik ben er eigenlijk ingerold. Ik spreek wel mijn taaltjes, maar ik kom uit een familie die geld verdient met zijn handen. Mijn neef, mijn broer, allemaal in de handel terecht gekomen."
Het liefst had hij op de grote vaart gezeten. "Als hofmeester. Eten is onze grootste hobby. Mijn vrouw is een echte kok." Spijt heeft hij niet van zijn keuze, ook al zit het economische tij hem nu niet mee. "Ik heb nooit overwogen om iets anders te doen."
Een eigen bedrijf beginnen is nog altijd populair
Er zijn te weinig ondernemers en er zijn te weinig mensen die een onderneming beginnen. Dat is tenminste wat de staatssecretarissen Van Gennip en Rutte roepen. Maar is dat ook zo?
In de omgeving van Den Haag zijn het derde kwartaal van 2004 meer bedrijven opgericht dan in het derde kwartaal van het jaar ervoor: 1008. Dat zijn er 251 meer dan het jaar jaar ervoor. Haaglanden – zoals het gebied rond Delft, Den Haag en Zoetermeer heet – doet het daarmee wel iets beter dan de rest van Nederland. De groei hier in de buurt bedraagt 43 procent, terwijl het landelijke cijfer 37 procent is. "Het is nooit genoeg", vindt Rogier Boulogne van de Kamer van Koophandel. "Grote bedrijven krimpen in, reorganiseren, brengen werk naar China. De groei van de economie moet echt komen van kleine en middelgrote bedrijven om dat verlies aan banen te compenseren."
Het aantal mannen en vrouwen dat ervoor kiest om eigen baas te zijn, neemt weer toe sinds 2002, weet Boulogne. "Sommige mensen die worden door het ondernemerschap aangetrokken. Aan de andere kant heb je de arbeidsmarkt die niet zo gunstig is. Er zijn ook mensen die min of meer worden gedwongen om uit een uitkering te vertrekken. Voor jezelf beginnen is dan een optie.
Geknipt en geplakt door JvE
(Er zullen wel weer ''bewijzen'' en een ''rapport van onderzoeken'' gevraagd gaan worden, maar dat zoekt men maar lekker ZELF uit....
)