Door DEXIA aanbod opnieuw de dupe
Geplaatst: 17 jan 2006 21:50
16 januari 2006 (jurofoon)
Gedupeerde door Dexia-aanbod wederom de dupe
Veel Dexia-gedupeerden die door het aandelenlease-avontuur in de schulden terecht kwamen en destijds het Dexia-aanbod hebben aanvaard, staan nu met lege handen. Zij hebben afstand gedaan van het recht om te procederen en zij komen in de meeste gevallen niet in aanmerking voor de Duisenberg-regeling.
In de afgelopen maanden hebben zeer veel aandelenlease-gedupeerden contact gezocht met JuroFoon. Ongeveer 20% van deze gedupeerden hebben enkele jaren geleden het Dexia-aanbod aanvaard. Onderdeel van het aanbod is dat de gedupeerde afziet van zijn rechten om de aandelenlease-overeenkomst bij de rechter juridisch aan te vechten.
Dexia-aanbod en Duisenberg-regeling
Het verschil tussen het Dexia-aanbod en de Duisenberg-regeling is niet voor iedereen duidelijk. De Duisenberg-regeling is in 2005 tot stand gekomen en biedt in veel gevallen een gedeeltelijke kwijtschelding van de restschuld. Vóór de totstandkoming van de Duisenberg-regeling deed Dexia aan gedupeerden met een restschuld, het zogenaamde "Dexia-aanbod". Veel gedupeerden hebben gekozen om het contract tegen gunstige voorwaarden (lage rente) te verlengen of met een renteloze lening de restschuld af te lossen.
Met de rug tegen de muur
Aandelenleasers hadden in veel gevallen geen enkel idee dat hun lease-contract met een restschuld kon eindigen. Maar de werkelijkheid was rauw: naast verlies van alle ingelegde gelden, resteerde nog een schuld die in veel gevallen drie keer zo hoog was als de oorspronkelijke, reeds verloren, inleg. Direct na afloop van het contract kregen de gedupeerden een acceptgiro thuisgestuurd met het verzoek binnen enkele dagen (tien)duizenden euro's over te maken. Vrijwel niemand kon dergelijke bedragen in één keer ophoesten. Dexia deed daarom het aanbod om de ontstane restschuld met een renteloze lening in termijnen af te lossen, maar dan moest men wel afzien om te procederen tegen Dexia. Uit angst voor incassoprocedures en deurwaarders hebben vele gedupeerden ten einde raad het aanbod maar ondertekend.
Andere aandelenleasers weigerden het Dexia-aanbod te aanvaarden en werden door Dexia gedagvaard. Bij de rechter bleek Dexia vrijwel altijd ongelijk te krijgen, althans in veel zaken wordt de gevorderde restschuld geheel of gedeeltelijk kwijtgescholden en bij toepasselijkheid van het partner-argument krijgen gedupeerden ook nog eens de hele inleg terug.
Gedupeerden die het Aanbod hebben ondertekend, voelen zich door de gunstige rechtspraak dubbel gedupeerd. Zij hebben "afstand van recht" gedaan en kunnen in beginsel niet meer procederen. In de Duisenberg-regeling is wel een voorziening getroffen voor gedupeerden die het Aanbod hebben aanvaard (korting van 1/3 op de restschuld), maar dit geldt niet voor contracten die vóór 1 mei 2005 zijn geëindigd. Veel aandelenlease-constructies zijn kortlopende contracten zijn die omstreeks 1999/2000 werden verkocht. Het meest verkochte product is de Winstverdriedubbelaar van Dexia dat een looptijd heeft van drie jaar. Al deze contracten liepen dus vóór 1 mei 2005 en komen niet in aanmerking voor de Duisenberg-regeling.
Een voorbeeld
Een cliënte van JuroFoon meldde zich afgelopen week bij een van onze juristen met het volgende. In het verleden had ze meerdere contracten afgesloten bij Legio Lease, een van de rechtsvoorgangers van Dexia Bank Nederland N.V. Ze ontving destijds een brochure van Legio Lease waarin een mooi verhaal stond over het product de Winstverdubbelaar. Het leek haar een aantrekkelijk aanbod, want ze zou in elk geval haar inleg na afloop van het contract terugkrijgen en er kon geen restschuld ontstaan. In 1997 sloot ze dan ook vol vertrouwen de Winstverdubbelaar af voor de looptijd van vijf jaar. Ze zou op deze manier na vijf jaar een leuk centje achter de hand hebben voor bijvoorbeeld de inrichting van haar woning. In 2000 werd ze telefonisch benaderd door een tussenpersoon van Legio Lease, of ze interesse had in een nieuw product, te weten de Winstverdriedubbelaar. Ook hier werden twee contracten van afgesloten voor de looptijd van drie jaar.
Na verloop van tijd bleek dat de voorspellingen niet uit gingen komen. In 2002 eindigde de Winstverdubbelaar weliswaar met een positief saldo van € 2.000,- maar de inleg van € 4.000,- was ze kwijt. In 2003 eindigden de andere twee contracten en in beide gevallen was er een restschuld ontstaan van in totaal maar liefst € 11.000,-. De totale inleg van € 10.000,- was ze uiteraard óók kwijt ! Dexia deed haar het aanbod om de restschuld met een renteloze lening af te lossen. Het water stond haar reeds aan de lippen waardoor ze het Aanbod heeft aanvaard, niet wetende welke gevolgen dit voor haar zou hebben. Ze betaalde beide restschulden gespreid af middels de renteloze lening.
Nu, anno 2006, wil ze weten of ze alsnog iets tegen Dexia kan ondernemen en besluit JuroFoon opdracht te geven tot het uitvoeren van een haalbaarheidsonderzoek. De behandelend jurist heeft zoals gevraagd de rechtspositie van cliënte in kaart gebracht. Het wordt al snel duidelijk op welke juridische gronden zij zich zou kunnen beroepen in een procedure. Ze was niet gehuwd, dus er is geen partner-argument (getrouwde aandelenleasers hadden de handtekening van de partner nodig).
Wel is een beroep mogelijk op de Wet op het Consumentenkrediet, op het schenden van de zorgplicht alsook op dwaling. Het financiele belang is in dit dossier ook groot genoeg aangezien het in totaal gaat om € 14.000,- inleg en € 11.000,- restschuld. Helaas had de vrouw voor de twee Winstverdriedubbelaars het Dexia Aanbod aanvaard. Hoewel ze destijds niet veel keus had heeft ze daarmee helaas wél afstand gedaan van haar rechten om een juridische procedure te starten tegen Dexia of diens rechtsvoorgangers. Een procedure zou dus alleen nog mogelijk zijn voor van de Winstverdubbelaar maar hier was geen sprake van een restschuld en de hoogte van de inleg weegt helaas niet op tegen de kosten van een procedure. Op zijn zachtst gezegd ‘jammer’ want er waren genoeg juridisch haalbare gronden aanwezig alsmede een groot financieel belang.
Cliënte is uiteraard flink teleurgesteld maar gelukkig kan ze nog terugvallen op de Duisenberg-regeling, denkt ze! Helaas, deze regeling biedt om te beginnen alleen vergoeding over de restschuld, niet de verloren inleg. Daarbij zijn de contracten waarvoor het Aanbod is getekend geëindigd vóór 1 mei 2005 waardoor cliënte niet voor een vergoeding in aanmerking komt. Hoewel er voor haar niets anders op zit dan (voorlopig) de zaak te laten rusten, is ze in elk geval opgelucht dat ze door het haalbaarheidsonderzoek precies weet hoe de vork in de steel zit. De duidelijkheid geeft haar in elk geval een beetje rust! Maar ze voelt zich wederom de dupe van Dexia.
Geldigheid Dexia-aanbod
Voor zover bekend heeft nog geen enkele rechter zich uitgesproken over de geldigheid van het Dexia-aanbod. Op dit moment loopt een interessante rechtszaak over het Dexia-aanbod waarvan de uitspraak helaas keer op keer wordt uitgesteld. De rechtszaak is aangespannen door vier gedupeerden die het Dexia-aanbod hebben getekend. Op 11 januari 2006 zou de Amsterdamse rechtbank uitspraak doen over het Dexia-aanbod, maar de uitspraak is nu voor de zoveelste keer uitgesteld, dit keer voor vier maanden. Het valt zeer te betreuren dat er nog altijd geen juridische duidelijkheid bestaat over het Dexia-aanbod.
Aanvechten Dexia-aanbod
Onderdeel van het Dexia-aanbod is dat de gedupeerde "afstand van recht" doet. Een rechter zal niet zomaar een dergelijke getekende verklaring ongeldig verklaren, daar zal de gedupeerde goede argumenten voor moeten aandragen. Een aantal juridische argumenten die eventueel in een procedure gebruikt kunnen worden:
Dexia heeft misbruik gemaakt van de omstandigheden.
Afstand doen van alle rechten is een onredelijk beding in een consumentenovereenkomst, strijd met Europees recht.
De nietigheid van oorspronkelijke overeenkomst wegens de ontbrekende WCK-vergunning wordt door ondertekening van het Aanbod niet ongedaan gemaakt.
Nietigheid verlenging (dit is één van de opties van het aanbod) omdat hierbij niet de renteloze lening hoort waarvoor Dexia wél een WCK-vergunning heeft gekregen.
Een overeenkomst die buitengerechtelijk is vernietigd wegens de ontbrekende handtekening van de partner krijgt door ondertekening van het Dexia-aanbod niet opnieuw zijn geldigheid terug.
Dwaling (verkeerde voorstelling van zaken).
Beperking rechtsgevolgen op grond van de redelijkheid en billijkheid.
Schending zorgplicht bij Dexia-aanbod gezien de verstrekkende gevolgden die aanvaarding heeft.
Het Dexia-aanbod is niet geldig wanneer de partner het aanbod niet heeft mede-ondertekend.
Vooralsnog is nog volstrekt onbekend hoe rechters het Dexia-aanbod zullen beoordelen. Nu het proefproces nog steeds geen uitspraak heeft opgeleverd en het feit dat Dexia lopende zaken laat schorsen, valt helaas op korte termijn geen duidelijkheid te verwachten.
Gedupeerde door Dexia-aanbod wederom de dupe
Veel Dexia-gedupeerden die door het aandelenlease-avontuur in de schulden terecht kwamen en destijds het Dexia-aanbod hebben aanvaard, staan nu met lege handen. Zij hebben afstand gedaan van het recht om te procederen en zij komen in de meeste gevallen niet in aanmerking voor de Duisenberg-regeling.
In de afgelopen maanden hebben zeer veel aandelenlease-gedupeerden contact gezocht met JuroFoon. Ongeveer 20% van deze gedupeerden hebben enkele jaren geleden het Dexia-aanbod aanvaard. Onderdeel van het aanbod is dat de gedupeerde afziet van zijn rechten om de aandelenlease-overeenkomst bij de rechter juridisch aan te vechten.
Dexia-aanbod en Duisenberg-regeling
Het verschil tussen het Dexia-aanbod en de Duisenberg-regeling is niet voor iedereen duidelijk. De Duisenberg-regeling is in 2005 tot stand gekomen en biedt in veel gevallen een gedeeltelijke kwijtschelding van de restschuld. Vóór de totstandkoming van de Duisenberg-regeling deed Dexia aan gedupeerden met een restschuld, het zogenaamde "Dexia-aanbod". Veel gedupeerden hebben gekozen om het contract tegen gunstige voorwaarden (lage rente) te verlengen of met een renteloze lening de restschuld af te lossen.
Met de rug tegen de muur
Aandelenleasers hadden in veel gevallen geen enkel idee dat hun lease-contract met een restschuld kon eindigen. Maar de werkelijkheid was rauw: naast verlies van alle ingelegde gelden, resteerde nog een schuld die in veel gevallen drie keer zo hoog was als de oorspronkelijke, reeds verloren, inleg. Direct na afloop van het contract kregen de gedupeerden een acceptgiro thuisgestuurd met het verzoek binnen enkele dagen (tien)duizenden euro's over te maken. Vrijwel niemand kon dergelijke bedragen in één keer ophoesten. Dexia deed daarom het aanbod om de ontstane restschuld met een renteloze lening in termijnen af te lossen, maar dan moest men wel afzien om te procederen tegen Dexia. Uit angst voor incassoprocedures en deurwaarders hebben vele gedupeerden ten einde raad het aanbod maar ondertekend.
Andere aandelenleasers weigerden het Dexia-aanbod te aanvaarden en werden door Dexia gedagvaard. Bij de rechter bleek Dexia vrijwel altijd ongelijk te krijgen, althans in veel zaken wordt de gevorderde restschuld geheel of gedeeltelijk kwijtgescholden en bij toepasselijkheid van het partner-argument krijgen gedupeerden ook nog eens de hele inleg terug.
Gedupeerden die het Aanbod hebben ondertekend, voelen zich door de gunstige rechtspraak dubbel gedupeerd. Zij hebben "afstand van recht" gedaan en kunnen in beginsel niet meer procederen. In de Duisenberg-regeling is wel een voorziening getroffen voor gedupeerden die het Aanbod hebben aanvaard (korting van 1/3 op de restschuld), maar dit geldt niet voor contracten die vóór 1 mei 2005 zijn geëindigd. Veel aandelenlease-constructies zijn kortlopende contracten zijn die omstreeks 1999/2000 werden verkocht. Het meest verkochte product is de Winstverdriedubbelaar van Dexia dat een looptijd heeft van drie jaar. Al deze contracten liepen dus vóór 1 mei 2005 en komen niet in aanmerking voor de Duisenberg-regeling.
Een voorbeeld
Een cliënte van JuroFoon meldde zich afgelopen week bij een van onze juristen met het volgende. In het verleden had ze meerdere contracten afgesloten bij Legio Lease, een van de rechtsvoorgangers van Dexia Bank Nederland N.V. Ze ontving destijds een brochure van Legio Lease waarin een mooi verhaal stond over het product de Winstverdubbelaar. Het leek haar een aantrekkelijk aanbod, want ze zou in elk geval haar inleg na afloop van het contract terugkrijgen en er kon geen restschuld ontstaan. In 1997 sloot ze dan ook vol vertrouwen de Winstverdubbelaar af voor de looptijd van vijf jaar. Ze zou op deze manier na vijf jaar een leuk centje achter de hand hebben voor bijvoorbeeld de inrichting van haar woning. In 2000 werd ze telefonisch benaderd door een tussenpersoon van Legio Lease, of ze interesse had in een nieuw product, te weten de Winstverdriedubbelaar. Ook hier werden twee contracten van afgesloten voor de looptijd van drie jaar.
Na verloop van tijd bleek dat de voorspellingen niet uit gingen komen. In 2002 eindigde de Winstverdubbelaar weliswaar met een positief saldo van € 2.000,- maar de inleg van € 4.000,- was ze kwijt. In 2003 eindigden de andere twee contracten en in beide gevallen was er een restschuld ontstaan van in totaal maar liefst € 11.000,-. De totale inleg van € 10.000,- was ze uiteraard óók kwijt ! Dexia deed haar het aanbod om de restschuld met een renteloze lening af te lossen. Het water stond haar reeds aan de lippen waardoor ze het Aanbod heeft aanvaard, niet wetende welke gevolgen dit voor haar zou hebben. Ze betaalde beide restschulden gespreid af middels de renteloze lening.
Nu, anno 2006, wil ze weten of ze alsnog iets tegen Dexia kan ondernemen en besluit JuroFoon opdracht te geven tot het uitvoeren van een haalbaarheidsonderzoek. De behandelend jurist heeft zoals gevraagd de rechtspositie van cliënte in kaart gebracht. Het wordt al snel duidelijk op welke juridische gronden zij zich zou kunnen beroepen in een procedure. Ze was niet gehuwd, dus er is geen partner-argument (getrouwde aandelenleasers hadden de handtekening van de partner nodig).
Wel is een beroep mogelijk op de Wet op het Consumentenkrediet, op het schenden van de zorgplicht alsook op dwaling. Het financiele belang is in dit dossier ook groot genoeg aangezien het in totaal gaat om € 14.000,- inleg en € 11.000,- restschuld. Helaas had de vrouw voor de twee Winstverdriedubbelaars het Dexia Aanbod aanvaard. Hoewel ze destijds niet veel keus had heeft ze daarmee helaas wél afstand gedaan van haar rechten om een juridische procedure te starten tegen Dexia of diens rechtsvoorgangers. Een procedure zou dus alleen nog mogelijk zijn voor van de Winstverdubbelaar maar hier was geen sprake van een restschuld en de hoogte van de inleg weegt helaas niet op tegen de kosten van een procedure. Op zijn zachtst gezegd ‘jammer’ want er waren genoeg juridisch haalbare gronden aanwezig alsmede een groot financieel belang.
Cliënte is uiteraard flink teleurgesteld maar gelukkig kan ze nog terugvallen op de Duisenberg-regeling, denkt ze! Helaas, deze regeling biedt om te beginnen alleen vergoeding over de restschuld, niet de verloren inleg. Daarbij zijn de contracten waarvoor het Aanbod is getekend geëindigd vóór 1 mei 2005 waardoor cliënte niet voor een vergoeding in aanmerking komt. Hoewel er voor haar niets anders op zit dan (voorlopig) de zaak te laten rusten, is ze in elk geval opgelucht dat ze door het haalbaarheidsonderzoek precies weet hoe de vork in de steel zit. De duidelijkheid geeft haar in elk geval een beetje rust! Maar ze voelt zich wederom de dupe van Dexia.
Geldigheid Dexia-aanbod
Voor zover bekend heeft nog geen enkele rechter zich uitgesproken over de geldigheid van het Dexia-aanbod. Op dit moment loopt een interessante rechtszaak over het Dexia-aanbod waarvan de uitspraak helaas keer op keer wordt uitgesteld. De rechtszaak is aangespannen door vier gedupeerden die het Dexia-aanbod hebben getekend. Op 11 januari 2006 zou de Amsterdamse rechtbank uitspraak doen over het Dexia-aanbod, maar de uitspraak is nu voor de zoveelste keer uitgesteld, dit keer voor vier maanden. Het valt zeer te betreuren dat er nog altijd geen juridische duidelijkheid bestaat over het Dexia-aanbod.
Aanvechten Dexia-aanbod
Onderdeel van het Dexia-aanbod is dat de gedupeerde "afstand van recht" doet. Een rechter zal niet zomaar een dergelijke getekende verklaring ongeldig verklaren, daar zal de gedupeerde goede argumenten voor moeten aandragen. Een aantal juridische argumenten die eventueel in een procedure gebruikt kunnen worden:
Dexia heeft misbruik gemaakt van de omstandigheden.
Afstand doen van alle rechten is een onredelijk beding in een consumentenovereenkomst, strijd met Europees recht.
De nietigheid van oorspronkelijke overeenkomst wegens de ontbrekende WCK-vergunning wordt door ondertekening van het Aanbod niet ongedaan gemaakt.
Nietigheid verlenging (dit is één van de opties van het aanbod) omdat hierbij niet de renteloze lening hoort waarvoor Dexia wél een WCK-vergunning heeft gekregen.
Een overeenkomst die buitengerechtelijk is vernietigd wegens de ontbrekende handtekening van de partner krijgt door ondertekening van het Dexia-aanbod niet opnieuw zijn geldigheid terug.
Dwaling (verkeerde voorstelling van zaken).
Beperking rechtsgevolgen op grond van de redelijkheid en billijkheid.
Schending zorgplicht bij Dexia-aanbod gezien de verstrekkende gevolgden die aanvaarding heeft.
Het Dexia-aanbod is niet geldig wanneer de partner het aanbod niet heeft mede-ondertekend.
Vooralsnog is nog volstrekt onbekend hoe rechters het Dexia-aanbod zullen beoordelen. Nu het proefproces nog steeds geen uitspraak heeft opgeleverd en het feit dat Dexia lopende zaken laat schorsen, valt helaas op korte termijn geen duidelijkheid te verwachten.