Sing bedoeld dit artikel:
http://www.dft.nl/servlet/ArticleByFile ... 160691.xml
Lease-schandaal moet volledig uit de wereld
door Joop Nederstigt
18 mei 2006 -Afbreukrisico's treffen alle Nederlandse financiële partijen
Dexia heeft het roer flink omgegooid. Of hebben de andere bij de Duisenberg-regeling betrokken partijen inderdaad voor elkaar gekregen dat de Duisenberg-regeling er sinds vorige week woensdag voor een aantal aandelenlease-beleggers een stuk gunstiger uitziet? Ik heb het dan over de verruiming van de Duisenberg-regeling, die Dexia mede namens de andere betrokken partijen op woensdag 10 mei bekend maakte. Toevallig net een kleine week voor de start van de hoorzittingen door het Amsterdamse Gerechtshof wegens het door Dexia en de andere betrokken partijen ingediende verzoek om de Duisenberg-regeling met een beroep op de Wet Collectieve Afwikkeling Massaschade verbindend te verklaren.
Het is alweer bijna een jaar geleden dat met veel klaroengeschal de zogenoemde Duisenberg-regeling werd afgekondigd. De honderdduizenden aandelenlease--beleggers zouden een royaal aanbod krijgen om van hun zogenoemde 'restschuld' af te komen. Een restschuld die over zou blijven na aftrek van eventueel nog verschuldigde termijnen en na aftrek van de opbrengst van de aandelen die volgens de contracten waren gekocht.
Koper bleek blik
Het koper van de klaroenen bleek een paar maanden later voor tienduizenden leasebeleggers in koperkleur geschilderd blik te zijn. Op deze plaats vertelde ik het verhaal van zo'n leasebelegger die zich vijf jaar terug door een spekgladde vertegenwoordiger van Spaar Select een contract voor een zogenoemd 4=10 Effect Vooruitbetaling had laten aansmeren. Daarmee zou hij, aldus de vertegenwoordiger, korte metten maken met de karige vergoeding over het spaargeld, die de lezer tot dan toe van zijn bank over het spaargeld had ontvangen. De lezer sloot een 10-jarig contract met per maand een te betalen rentevergoeding van € 180,72. Na tien jaar, 120 maanden, zou dan een kleine € 21.690 aan rente zijn betaald.
Een stevig bedrag, dat wel, aldus de verkoper. Maar daartegenover werd voor de lezer meteen een pakket aandelen gekocht met op dat moment, volgens het contract, een waarde van € 15.715. Het pakket zou aan het eind van de looptijd kunnen worden verkocht, en de opbrengst minus het aankoopbedrag zou dan worden uitbetaald. De lezer kon, zo verzekerde de Spaar Select-man, ervan uitgaan dat met de uitkering de gemaakte rentekosten ruimschoots zouden worden goedgemaakt. Temeer daar de lezer dankzij een storting van € 7.800 uit zijn spaargeld, gedurende de eerste vier jaar, dus 48 termijnen lang, geen € 180,72 per maand zou hoeven te betalen. Dus meteen al een 'voordeel' van ruim € 867 ten opzichte van wat hij anders gedurende die eerste 48 maanden had moeten betalen. Daar kwam als 'extraatje' nog bovenop, dat de lezer na die 48 maanden een 'korting' op de vervolgens nog te betalen 72 maandelijkse termijnen van € 180,72 tegemoet zou kunnen zien. De korting zou afhankelijk zijn van de gemiddelde jaarlijkse waardestijging gedurende de eerste vier jaar. Bij een stijging van 6,9% of meer zou de korting 100% gaan bedragen. Met andere woorden: de lezer zou dan rustig en zonder nog een cent te hoeven betalen kunnen wachten op zijn uitkering aan het eind van de looptijd.
'En als er nu geen waardestijging plaatsvindt, dan zit ik mooi in mijn maag met ruim € 180 per maand. Dat zal ik moeilijk kunnen opbrengen want tegen die tijd ben AOW'er en dan valt mijn inkomen behoorlijk terug', zo probeerde de lezer nog. De verkoper wimpelde die suggestie af. Was onze lezer misschien niet goed wijs? 'Geen waardestijging in die vier jaar? Puur hypothetisch meneer. Natuurlijk vindt een fikse jaarlijkse waardestijging plaats. Nee, ga maar met een gerust hart uit van 100% korting.'
Echt gebeurd
Het lijkt op een 'slapstick', maar het is allemaal écht gebeurd. Tegen het eind van de eerste vier jaar was het pakket echter duidelijk minder waard dan bij de start. Onze lezer zag de verplichting van het maandelijks te betalen bedrag van € 180 dan ook met angst en vreze tegemoet. Maar gelukkig was daar de Duisenberg-regeling met een fikse korting op een eventuele restschuld. Uit de van Stichting Leaseverlies - een van de 'Duisenberg-partijen' - ontvangen informatie bleek luid en duidelijk dat ook zijn contract onder die regeling zou vallen. De lezer berekende voor zichzelf een verlies op het aangeschafte aandelenpakket van zo'n € 3.320. Wellicht zou dat dan voor hem de onder de Duisenberg-regeling vallende restschuld kunnen zijn. Hij had met de storting van € 7.800 bij de start immers tot en met het vierde jaar voldaan aan de verplichte maandelijkse betaling van de ruim € 180. Het verlies van € 3.320 zou dan als restschuld kunnen worden beschouwd. Volgens de Duisenberg-regeling zou daar dan nog 1/3 deel, dus een kleine € 1.107, van moeten worden betaald.
Helemaal mis gerekend, zo bleek uit de reactie van Dexia op het verzoek om het contract te beëindigen. De lezer kon pas van de Duisenberg-regeling gebruik maken aan het eind van de looptijd van het contract. Dus eerst maar even gedurende 72 maanden de € 180,72 betalen. Maar Dexia was ook de beroerdste niet. Het contract kon best meteen beëindigd worden. Maar dan wél eerst de helft van de 72 termijnen, dus een dikke € 6.505 betalen plus het verlies van € 3.320 op het aandelenpakket. Samen dus € 9.825. Tel de aan het begin betaalde € 7.800 daarbij op en je komt aan een totaalverlies voor onze lezer van € 17.625. Exclusief ontvangen dividenden.
Duur contract
Maar waar gaat nu het berekende verlies van € 17.625 naar toe? Wie via een normale effectenrekening aandelen of obligaties koopt en daarvoor 'rood' komt te staan, betaalt over de roodstand het zogenoemde prolongatietarief plus een kleine opslag. Ga maar uit van 5, hooguit 6%. Had onze lezer het spaargeld van € 7.800 op zo'n effectenrekening gezet en vervolgens zelf de portefeuille van € 15.715 gekocht, dan zou hij € 7.915 rood zijn komen te staan. Dat had hem over die vier jaar gerekend amper € 1.900 aan rente gekost. Tel daarbij het koersverlies op van € 3.320 en je komt op een totaal verlies van € 5.220, eveneens exclusief ontvangen dividenden. De € 5.220 is ruim € 12.400 minder dan het hiervoor berekende verlies Dexia-verlies.
Die € 12.400 wordt ontvangen door Dexia. In feite als een soort brutomarge waarvan wellicht nog wat kosten moeten worden betaald. De gladde verkoper van destijds zal wellicht ook een paar duizend euro's hebben opgestreken. Als je uitgaat van de gedachte dat het bij onze lezer gaat om een 'gemiddeld' contract en vervolgens bedenkt dat de Dexia-portefeuille rond 400.000 contracten telt, dan is het niet moeilijk uit te rekenen, dat het voor Dexia om een zeer lucratieve zaak gaat. Zachtjes gezegd om € 49.600 met daarachter nog vijf nullen vóór de komma. Je zit dan tegen de € 5 miljard!
Belgenmop?
Ongetwijfeld zal Dexia aan dat soort bedragen hebben gedacht toen zij destijds Labouchère, de uitgever van wat nu de Dexia-contracten zijn, voor niet meer dan € 900 miljoen overnam van Aegon. Volgens mij moet men zich binnen Aegon schaterend van het lachen op de dijen hebben gekletst toen die € 900 miljoen op de rekening werd bijgeschreven. De Belgenmop van de nog pas begonnen eeuw. Men had daar wellicht zo onderhand wel in de gaten gekregen dat de miljarden van de contracten niet zomaar binnengehaald zouden kunnen worden. Ook al ging het toen waarschijnlijk nog om veel meer dan die € 5 miljard.
Natuurlijk heeft ondertussen de Duisenberg-regeling een flinke hap uit die € 5 miljard gehaald. Met de verruimde regeling wordt nog eens een stevige veer gelaten. Voor onze lezer betekent de verruiming waarschijnlijk dat de dikke € 6.505 aan nog te betalen termijnen wordt ingeslikt. Over blijft dan nog het verlies van € 3.320 als 'restschuld'. Daarvan wordt dan net als bij de oorspronkelijke Duisenberg-regeling 2/3 deel kwijtgescholden, zodat nog een kleine € 1.107 overblijft. Dus precies het bedrag dat de lezer voor zichzelf in oktober had berekend.
Prachtig dus, zo zou je zeggen. Samen met de reeds betaalde € 7.800 heeft het contract de lezer dan echter wél € 8.907 gekost. Nog steeds € 3.687 méér dan in geval van een gewone effectenrekening. Als we dat bedrag als gemiddelde opnieuw vermenigvuldigen met 400.000 dan komen we nog altijd op een dikke € 1,47 miljard. Eveneens een niet onaardig bedrag. 'Rupsjes-nooit-genoeg', zo liet de nieuwe topman van Dexia Nederland de afgelopen zaterdag uit zijn mond optekenen in De Financiële Telegraaf. Hij had het over mensen die zich tegen Dexia hadden ingegraven. Misschien kunnen ze bij Dexia ook eens in de spiegel kijken.
Snel markt veroveren?
Of misschien heeft men bij Dexia het probleem helemaal niet zo onderkend. Aegon kon destijds immers 'ijzersterke' contracten met leasebeleggers overleggen. En wellicht zal men die bij Dexia het ijzeren karakter gewoon hebben geslikt. Ondanks het onwaarschijnlijk hoge rendement, in elk geval voor de uitgever, dat zich op basis van de inhoud van de contracten liet becijferen. Of, en ook dát is niet ondenkbaar, werden de mogelijke problemen met leasebeleggers wel degelijk door Dexia onderkend. Maar de daarmee samenhangende risico's van schadeclaims werden dan bewust genomen. Een 'potje' van € 5 miljard bood daar immers nogal al wat ruimte voor. Ook al zou je de volle € 900 miljoen voor de aankoop van Labouchère daarvan aftrekken.
Gemene suggesties? Misschien wel. Punt is dat er het een en ander niet klopt met de toegevendheid van Dexia. Wellicht hebben ze destijds door de aankoop van Labouchère met een klantenbestand van enkele honderdduizenden leasebeleggers gewoon gedacht op een wel zeer voordelige wijze een vliegende start in Nederland te kunnen maken.
Schandaal
Leuk geprobeerd misschien. Maar ondertussen zitten we in een nota bene zeer volwassen Nederlandse financiële markt met een schandaal opgescheept dat zijn weerga niet kent. En dat ondanks de vele toezichthouders in alle soorten en maten. Niet alleen Aegon/Dexia maar ook diverse andere vooraanstaand geachte financiële partijen zitten immers in het lease-schuitje. Een schandaal, omdat men zich bij het verkopen van contracten vooral heeft gericht op argeloze spaarders. Men heeft ten koste van hen miljarden opgestreken, en er zullen wellicht nog miljarden volgen. Hoe heeft dat kunnen gebeuren en wat kan worden gedaan om de schade en schande voor de Nederlandse financiële wereld te beperken of goed te maken? Er moet eerst een luid en duidelijk antwoord op die vraag komen alvorens er ook maar sprake kan zijn van welk gerechtelijk oordeel dan ook over een regeling als de Duisenberg-regeling. Ook al gaat het dan om een inmiddels verruimde regeling. Zo niet, dan zal het lease-schandaal nog tot in lengte van dagen de Nederlandse financiële partijen blijven achtervolgen. En bepaald niet alleen in Nederland zelf.