Toezicht of betutteling
Geplaatst: 19 dec 2002 01:40
Op de site van iex.nl staat een aardige colum van Marcel Tak
waar hij zich het één en ander afvraagt, uiteindelijk trekt
hij een dan een conclusie over aandelenlease.
Ter info plaats ik het hier op het forum.
m.v.g.
L. Blok
____________________________________________________________
Toezicht of betutteling
Marcel Tak - 13 december 2002
Het is een bron van ergernis. In ieder geval voor mij. Ik doel op al die gezondheidscampagnes, waarmee we de laatste jaren worden lastiggevallen. De overheid als een soort toe- zichthouder op ons gedrag. Roken is dodelijk, vertellen de sigarettenpakjes ons.
Drank maakt meer kapot dan ons lief is weten we ook al lang. Nu zijn we volgens de overheid weer te dik. De Tweede Kamer discussieert al jaren of de politie ons zonder concre-te verdenking mag fouilleren.
Een dame van het voedingscentrum mag mij op straat wel onge-vraagd een lint om mijn buik spannen. "U behoort tot de risicogroep", stelt ze nuchter vast. "U nu ook", denk ik woedend, maar ik loop gelaten door.
Arme pensioenfondsen
Al die ongetwijfeld goedbedoelde campagnes om ons leven te verlengen; dat geld is beter besteed elders in de wereld om de mensen dáár wat langer te laten leven. Stel nu dat de campagnes succes hebben. Een lang, maar saai leven ligt in het verschiet. We drinken niet meer, kiezen voortaan tussen wortelmenu of bietenschotel en trotseren onze rookver-slaving.
We leefden met z’n allen nog lang en ongelukkig, lijkt de doelstelling van dit soort campagnes. Geen aanlokkelijk levensperspectief, maar het is al helemaal rampzalig voor de pensioenfondsen. Die hebben het al zo moeilijk sinds hun omvangrijke aandelenbeleggingen niet het verwachte rendement
opleveren.
Integendeel, nu al voor het derde jaar op rij moeten de pensioenfondsen een vermogensverlies op hun aandelenposi-ties accepteren. De verplichtingen nemen toe. De stijgende premies om de tekorten op te vangen, geven druk op de lonen en daarmee op de toekomstig uit te betalen pensioenen. Waardoor de premies verder stijgen.
Voedingscentrum PVK
Als we langer leven als gevolg van de campagnes is het leed voor de pensioenfondsen helemaal niet te overzien. Dat gaat ze handenvol geld kosten. Ik heb een snelle berekening gemaakt. Als de rekenrente daalt van 4% naar 3% - dit bete-
kent een 25% lagere beleggingsopbrengst - moeten de pen-
sioenpremies met ongeveer 4% omhoog.
Een verlenging van onze gemiddelde levensverwachting met vijf jaar leidt tot een stijging van de pensioenpremies met 5%. Die overheidscampagnes kosten dus per saldo een hoop geld. Het is duidelijk, de pensioenfondsen behoren tot de echte risicogroep. Wordt dáár wel voldoende toezicht op gehouden?
De Pensioen- en Verzekeringskamer (PVK), een voedingscentrum
voor de pensioenfondsen, heeft steekjes laten vallen. In de jaren negentig leden de pensioenfondsen, net als wij, aan vetzucht. Het overgewicht liep op tot 50%. Op allerlei
manieren probeerden zij af te vallen. Bijvoorbeeld door het verlagen of afschaffen van pensioenpremies.
PVK en DNB
De PVK stond er bij en keek er naar. Nu het afslankings-
proces op natuurlijke wijze tot stand is gekomen, is de vraag: hoe nu verder? De PVK pleit ervoor snel weer vetlaag-
jes te creëren. Niet veel meer dan een slag in de lucht. De PVK zit nog midden in een studie over een andere opzet van het toezicht op de sector.
Het gaat er met name om de risicorendementsmodellen te ver-
beteren. De resultaten van die studie en de invoering van het nieuwe toezicht laten nog een paar jaar op zich wachten. Met de constatering dat het toezicht nog niet op een kwalitatief hoogwaardig niveau is, is het opmerkelijk dat de PVK en De Nederlandsche Bank (DNB) praten over een fusie.
Voelt de PVK instinctief aan dat ze onvoldoende in staat is haar taak uit te voeren? Zoekt ze daarom bescherming bij de meer gezaghebbende DNB? Het moet namelijk gezegd. De banken slaan zich goed door de enorme problemen op de financiële markten heen. Het toezicht van DNB werkt kennelijk prima.
Winstverdriedubbelaar
Een voorbeeld van waar toezicht minder goed functioneerde, betreft de aandelenlease. Veel particuliere beleggers hebben
eind jaren negentig leasecontracten afgesloten, waarmee met een klein maandelijks bedrag flink kon worden belegd. Ze wisten niet dat ze verlies konden lijden en al helemaal niet
dat een restschuld mogelijk was.
Wie is hiervoor verantwoordelijk? Natuurlijk de financiële instellingen die deze producten naar de markt brachten. Koop ik een koelkast, dan verwacht ik dat deze koelt. Doet ie het niet, dan breng ik hem terug en krijg ik mijn geld terug. Koop ik een winstverdriedubbelaar, dan verwacht ik winst te maken en dat deze winst wordt verdriedubbeld.
Onzin? Noem het dan geen winstverdriedubbelaar. Financiële instellingen hebben zeker een grote verantwoordelijkheid over de financiële gevolgen van de producten, die ze beleg-
gers sleten. Dat neemt niet weg dat beleggers ook de hand in eigen boezem moeten steken. Hoge rendementen zonder serieuze verlieskansen; het is een onmogelijke combinatie.
Waar was de AFM?
We willen burgers in ons land op alle mogelijke manieren laten meebeslissen en verantwoordelijkheid geven. Als zij financiële producten kopen, weten velen ineens de meest elementaire eigenschappen er niet van. Financiële instel-
lingen en beleggers zijn verantwoordelijk voor de geleden schade, maar ook de toezichthouder valt veel te verwijten.
Het afgelopen jaar heeft de AFM aandacht besteed aan de leaseproducten. Het is moeilijk om met deze producten winst te maken, was de conclusie. Als deze producten zo slecht waren - en dat waren ze in het algemeen - waarom heeft de toenmalige STE deze dan niet van de markt gehaald? Of op zijn minst duidelijker gewaarschuwd?
In de huidige claimcultuur mogen toezichthouders blij zijn dat er tegen hen nog geen schadeclaims zijn ingediend.
waar hij zich het één en ander afvraagt, uiteindelijk trekt
hij een dan een conclusie over aandelenlease.
Ter info plaats ik het hier op het forum.
m.v.g.
L. Blok
____________________________________________________________
Toezicht of betutteling
Marcel Tak - 13 december 2002
Het is een bron van ergernis. In ieder geval voor mij. Ik doel op al die gezondheidscampagnes, waarmee we de laatste jaren worden lastiggevallen. De overheid als een soort toe- zichthouder op ons gedrag. Roken is dodelijk, vertellen de sigarettenpakjes ons.
Drank maakt meer kapot dan ons lief is weten we ook al lang. Nu zijn we volgens de overheid weer te dik. De Tweede Kamer discussieert al jaren of de politie ons zonder concre-te verdenking mag fouilleren.
Een dame van het voedingscentrum mag mij op straat wel onge-vraagd een lint om mijn buik spannen. "U behoort tot de risicogroep", stelt ze nuchter vast. "U nu ook", denk ik woedend, maar ik loop gelaten door.
Arme pensioenfondsen
Al die ongetwijfeld goedbedoelde campagnes om ons leven te verlengen; dat geld is beter besteed elders in de wereld om de mensen dáár wat langer te laten leven. Stel nu dat de campagnes succes hebben. Een lang, maar saai leven ligt in het verschiet. We drinken niet meer, kiezen voortaan tussen wortelmenu of bietenschotel en trotseren onze rookver-slaving.
We leefden met z’n allen nog lang en ongelukkig, lijkt de doelstelling van dit soort campagnes. Geen aanlokkelijk levensperspectief, maar het is al helemaal rampzalig voor de pensioenfondsen. Die hebben het al zo moeilijk sinds hun omvangrijke aandelenbeleggingen niet het verwachte rendement
opleveren.
Integendeel, nu al voor het derde jaar op rij moeten de pensioenfondsen een vermogensverlies op hun aandelenposi-ties accepteren. De verplichtingen nemen toe. De stijgende premies om de tekorten op te vangen, geven druk op de lonen en daarmee op de toekomstig uit te betalen pensioenen. Waardoor de premies verder stijgen.
Voedingscentrum PVK
Als we langer leven als gevolg van de campagnes is het leed voor de pensioenfondsen helemaal niet te overzien. Dat gaat ze handenvol geld kosten. Ik heb een snelle berekening gemaakt. Als de rekenrente daalt van 4% naar 3% - dit bete-
kent een 25% lagere beleggingsopbrengst - moeten de pen-
sioenpremies met ongeveer 4% omhoog.
Een verlenging van onze gemiddelde levensverwachting met vijf jaar leidt tot een stijging van de pensioenpremies met 5%. Die overheidscampagnes kosten dus per saldo een hoop geld. Het is duidelijk, de pensioenfondsen behoren tot de echte risicogroep. Wordt dáár wel voldoende toezicht op gehouden?
De Pensioen- en Verzekeringskamer (PVK), een voedingscentrum
voor de pensioenfondsen, heeft steekjes laten vallen. In de jaren negentig leden de pensioenfondsen, net als wij, aan vetzucht. Het overgewicht liep op tot 50%. Op allerlei
manieren probeerden zij af te vallen. Bijvoorbeeld door het verlagen of afschaffen van pensioenpremies.
PVK en DNB
De PVK stond er bij en keek er naar. Nu het afslankings-
proces op natuurlijke wijze tot stand is gekomen, is de vraag: hoe nu verder? De PVK pleit ervoor snel weer vetlaag-
jes te creëren. Niet veel meer dan een slag in de lucht. De PVK zit nog midden in een studie over een andere opzet van het toezicht op de sector.
Het gaat er met name om de risicorendementsmodellen te ver-
beteren. De resultaten van die studie en de invoering van het nieuwe toezicht laten nog een paar jaar op zich wachten. Met de constatering dat het toezicht nog niet op een kwalitatief hoogwaardig niveau is, is het opmerkelijk dat de PVK en De Nederlandsche Bank (DNB) praten over een fusie.
Voelt de PVK instinctief aan dat ze onvoldoende in staat is haar taak uit te voeren? Zoekt ze daarom bescherming bij de meer gezaghebbende DNB? Het moet namelijk gezegd. De banken slaan zich goed door de enorme problemen op de financiële markten heen. Het toezicht van DNB werkt kennelijk prima.
Winstverdriedubbelaar
Een voorbeeld van waar toezicht minder goed functioneerde, betreft de aandelenlease. Veel particuliere beleggers hebben
eind jaren negentig leasecontracten afgesloten, waarmee met een klein maandelijks bedrag flink kon worden belegd. Ze wisten niet dat ze verlies konden lijden en al helemaal niet
dat een restschuld mogelijk was.
Wie is hiervoor verantwoordelijk? Natuurlijk de financiële instellingen die deze producten naar de markt brachten. Koop ik een koelkast, dan verwacht ik dat deze koelt. Doet ie het niet, dan breng ik hem terug en krijg ik mijn geld terug. Koop ik een winstverdriedubbelaar, dan verwacht ik winst te maken en dat deze winst wordt verdriedubbeld.
Onzin? Noem het dan geen winstverdriedubbelaar. Financiële instellingen hebben zeker een grote verantwoordelijkheid over de financiële gevolgen van de producten, die ze beleg-
gers sleten. Dat neemt niet weg dat beleggers ook de hand in eigen boezem moeten steken. Hoge rendementen zonder serieuze verlieskansen; het is een onmogelijke combinatie.
Waar was de AFM?
We willen burgers in ons land op alle mogelijke manieren laten meebeslissen en verantwoordelijkheid geven. Als zij financiële producten kopen, weten velen ineens de meest elementaire eigenschappen er niet van. Financiële instel-
lingen en beleggers zijn verantwoordelijk voor de geleden schade, maar ook de toezichthouder valt veel te verwijten.
Het afgelopen jaar heeft de AFM aandacht besteed aan de leaseproducten. Het is moeilijk om met deze producten winst te maken, was de conclusie. Als deze producten zo slecht waren - en dat waren ze in het algemeen - waarom heeft de toenmalige STE deze dan niet van de markt gehaald? Of op zijn minst duidelijker gewaarschuwd?
In de huidige claimcultuur mogen toezichthouders blij zijn dat er tegen hen nog geen schadeclaims zijn ingediend.