WAAROM DEXIA GAAT VERLIEZEN!
Geplaatst: 22 jul 2003 13:30
BIJLAGE
Aanbieders leggen in hun uitingen te veel nadruk op de mogelijke positieve rendementen en de nominale break-even-rendementen. Zij baseren zich op een periode waarin de rendementen in vergelijking tot het verleden hoog waren. Zij nemen daarbij de factor risico, de kans dat het rendement niet gehaald wordt, onvoldoende in hun externe uitingen mee. Dat is een eenzijdige benadering, want een hoog rendement kan alleen worden behaald als een groot risico wordt genomen.
In de toelichting op "Het Dexia Aanbod” geeft Dexia haar standpunten over de juridische positie. Terecht wijst zij er op dat de daar ingenomen standpunten die van Dexia zijn. Bovendien lijkt Dexia intern niet zo zeker van haar zaak te zijn, gezien het feit dat zij enige tijd geleden een procedure is gestart tegen Aegon. Aegon wordt daarin door Dexia aangesproken op onvolledige informatie over Legio Lease bij de overname door Dexia van Aegon-dochter Labouchere enige tijd geleden.
De Autoriteit Financiële Markten heeft zich onlangs zeer kritisch uitgelaten over aanbieders van effectenlease-overeenkomsten. Zij concludeert letterlijk:
Bij de bespreking van de misleiding stelt Dexia dat zij haar klanten volledig heeft geïnformeerd omdat uit het verstrekte reclamemateriaal zou blijken dat de klant zijn maandelijkse termijnen kan kwijtraken en dat vermeld is dat een restschuld kan overblijven. Zelfs als dat al zou kloppen – en naar ons oordeel klopt dat niet – betekent dat ons inziens nog niet dat Dexia haar klanten volledig heeft voorgelicht over de risico’s van de verkochte producten. Nergens gaat zij namelijk in op het feit dat de kans op verlies bij een driejarig effectenleasecontract ten opzichte van een normale spaarrente groter is dan 45% (zoals blijkt uit het rapport van de Autoriteit Financiële Markten). Dexia stelt niet dat voor dat daadwerkelijke risico in het reclame- en foldermateriaal is gewaarschuwd, en dat kan ze ook niet, want daarover is niets te vinden in de effectenlease-overeenkomsten of het reclamemateriaal.
Er is naar ons oordeel sprake van:
Bovendien is er sprake van misleiding op een groot aantal punten en niet alleen maar ten aanzien van de risico’s.
op het termijnrisico is niet / onvoldoende gewezen;
het risico van optieconstructies wordt onbesproken gelaten;
dat belegging in een klein aantal fondsen tot grote risico’s leidt is niet vermeld;
het risico van het niet kunnen wijzigen van de portefeuille wordt nergens genoemd;
de winstkansen worden zwaar benadrukt, waardoor een eenzijdig beeld ontstaat.
de misleidende naamgeving wekt een onjuiste indruk over kenmerken van het product; en
wel genoemde risico’s worden versluierd;
a. misleiding ten aanzien van de rente en kosten
rente zijn niet enige kosten, die in rekening gebracht worden; er is geen sprake van “een wat hogere rente”, maar van een veel hogere rente;
een effectenleasebelegger is niet “beter uit dan een doe-het-zelver”;
ten onrechte wordt gesuggereerd dat kosten voor de optieconstructie verschuldigd zijn.
b. misleiding ten aanzien van de verlengingsoptie als vangnet;
Nu wij namens de klanten van Dexia hebben gesteld dat die klanten misleid zijn zal volgens de wet Dexia ten aanzien van al de hierboven genoemde verwijten moeten aantonen dat zij haar klanten wel juist en volledig heeft voorgelicht. Wij denken dat Dexia dit bewijs niet zalkunnen leveren.
c. misleiding ten aanzien van de fiscale consequenties; gedoeld wordt hier ondermeer op het niet melden van (voornemens tot) de beperking en afschaffing van de renteaftrek voor de inkomstenbelasting.
Procedure voor echtgenoten en geregistreerd partners
Wij hebben onderzoek gedaan en laten doen naar de wetsgeschiedenis, de jurisprudentie en de wetenschappelijke standpunten van juristen en op grond daarvan menen wij dat dat wel had moeten gebeuren. Wij menen dan ook dat het door Dexia Bank ingenomen standpunt - namelijk dat echtgenoten en geregistreerd partners niet hoefden mee te tekenen- in de procedure geen stand zal kunnen houden.
De procedure die betrekking heeft op de zogenoemde "gezinsbeschermende bepalingen" (het niet-meetekenen door de partner) biedt aan gedupeerde gezinnen een tweede mogelijkheid om uit de ontstane situatie te komen. De vraag, die de rechter moet beantwoorden over de gezinsbeschermende bepalingen, is juridisch eenvoudig. Die is namelijk: "geldt de regel dat er een handtekening nodig is van echtgenoten of geregistreerd partners ook als er een effectenleaseovereenkomst wordt aangegaan?".
Aanbieders leggen in hun uitingen te veel nadruk op de mogelijke positieve rendementen en de nominale break-even-rendementen. Zij baseren zich op een periode waarin de rendementen in vergelijking tot het verleden hoog waren. Zij nemen daarbij de factor risico, de kans dat het rendement niet gehaald wordt, onvoldoende in hun externe uitingen mee. Dat is een eenzijdige benadering, want een hoog rendement kan alleen worden behaald als een groot risico wordt genomen.
In de toelichting op "Het Dexia Aanbod” geeft Dexia haar standpunten over de juridische positie. Terecht wijst zij er op dat de daar ingenomen standpunten die van Dexia zijn. Bovendien lijkt Dexia intern niet zo zeker van haar zaak te zijn, gezien het feit dat zij enige tijd geleden een procedure is gestart tegen Aegon. Aegon wordt daarin door Dexia aangesproken op onvolledige informatie over Legio Lease bij de overname door Dexia van Aegon-dochter Labouchere enige tijd geleden.
De Autoriteit Financiële Markten heeft zich onlangs zeer kritisch uitgelaten over aanbieders van effectenlease-overeenkomsten. Zij concludeert letterlijk:
Bij de bespreking van de misleiding stelt Dexia dat zij haar klanten volledig heeft geïnformeerd omdat uit het verstrekte reclamemateriaal zou blijken dat de klant zijn maandelijkse termijnen kan kwijtraken en dat vermeld is dat een restschuld kan overblijven. Zelfs als dat al zou kloppen – en naar ons oordeel klopt dat niet – betekent dat ons inziens nog niet dat Dexia haar klanten volledig heeft voorgelicht over de risico’s van de verkochte producten. Nergens gaat zij namelijk in op het feit dat de kans op verlies bij een driejarig effectenleasecontract ten opzichte van een normale spaarrente groter is dan 45% (zoals blijkt uit het rapport van de Autoriteit Financiële Markten). Dexia stelt niet dat voor dat daadwerkelijke risico in het reclame- en foldermateriaal is gewaarschuwd, en dat kan ze ook niet, want daarover is niets te vinden in de effectenlease-overeenkomsten of het reclamemateriaal.
Er is naar ons oordeel sprake van:
Bovendien is er sprake van misleiding op een groot aantal punten en niet alleen maar ten aanzien van de risico’s.
op het termijnrisico is niet / onvoldoende gewezen;
het risico van optieconstructies wordt onbesproken gelaten;
dat belegging in een klein aantal fondsen tot grote risico’s leidt is niet vermeld;
het risico van het niet kunnen wijzigen van de portefeuille wordt nergens genoemd;
de winstkansen worden zwaar benadrukt, waardoor een eenzijdig beeld ontstaat.
de misleidende naamgeving wekt een onjuiste indruk over kenmerken van het product; en
wel genoemde risico’s worden versluierd;
a. misleiding ten aanzien van de rente en kosten
rente zijn niet enige kosten, die in rekening gebracht worden; er is geen sprake van “een wat hogere rente”, maar van een veel hogere rente;
een effectenleasebelegger is niet “beter uit dan een doe-het-zelver”;
ten onrechte wordt gesuggereerd dat kosten voor de optieconstructie verschuldigd zijn.
b. misleiding ten aanzien van de verlengingsoptie als vangnet;
Nu wij namens de klanten van Dexia hebben gesteld dat die klanten misleid zijn zal volgens de wet Dexia ten aanzien van al de hierboven genoemde verwijten moeten aantonen dat zij haar klanten wel juist en volledig heeft voorgelicht. Wij denken dat Dexia dit bewijs niet zalkunnen leveren.
c. misleiding ten aanzien van de fiscale consequenties; gedoeld wordt hier ondermeer op het niet melden van (voornemens tot) de beperking en afschaffing van de renteaftrek voor de inkomstenbelasting.
Procedure voor echtgenoten en geregistreerd partners
Wij hebben onderzoek gedaan en laten doen naar de wetsgeschiedenis, de jurisprudentie en de wetenschappelijke standpunten van juristen en op grond daarvan menen wij dat dat wel had moeten gebeuren. Wij menen dan ook dat het door Dexia Bank ingenomen standpunt - namelijk dat echtgenoten en geregistreerd partners niet hoefden mee te tekenen- in de procedure geen stand zal kunnen houden.
De procedure die betrekking heeft op de zogenoemde "gezinsbeschermende bepalingen" (het niet-meetekenen door de partner) biedt aan gedupeerde gezinnen een tweede mogelijkheid om uit de ontstane situatie te komen. De vraag, die de rechter moet beantwoorden over de gezinsbeschermende bepalingen, is juridisch eenvoudig. Die is namelijk: "geldt de regel dat er een handtekening nodig is van echtgenoten of geregistreerd partners ook als er een effectenleaseovereenkomst wordt aangegaan?".