Uitspraak Hoge Raad 28 januari 2011
Geplaatst: 29 jan 2011 11:27
De Hoge Raad maakt het nu wel erg bont!!. De uitspraak van het gerechtshof Den Haag van 10nov2009 waarbij de vernietiging door echtgenote van een leasecontract na 4 jaar wegens ontbreken toestemming is gehonoreerd is door de HR nu teruggedraaid (arrest is vernietigd). De zaak is verwezen naar het gerechtshof A'dam ter verdere behandeling en beslissing (uitkomst laat zich niet moeilijk raden!!). Bijzonder is dat de Procureur Generaal in het advies aan de HR heeft voorgesteld het door Dexia ingestelde cassatieberoep af te wijzen. De PG stelt onder meer dat Dexia geen concrete feiten en omstandigheden heeft gesteld waaruit blijkt dat de echtgenote eerder dan drie jaar vóór het beroep op vernietiging van het bestaan van het contract kennis had en dat het gerechtshof Den Haag dus zonder schending van enige rechtsregel tot vernietiging van de overeenkomst kon besluiten. Dit advies van de PG wordt door de HR niet (en dat is toch wel héél opmerkelijk) overgenomen.
De HR is nu ineens van mening, terwijl er destijds geen voldoende specifiek bewijs door Dexia is aangeboden, dat de procesgang door het gerechtshof Den Haag niet juist is geweest (bewijsaanbod door Dexia is genegeerd). Voor de "waarheidsvinding door het leveren van getuigenbewijs" is nu van belang dat de familie afzonderlijk onder ede wordt gehoord. De zaak wordt daarom verwezen naar A'dam. De HR heeft hiermee wel heel erg de kant van Dexia gekozen.
Je vraagt je zo langzamerhand af waar de rechtspraak mee bezig is. Verfoeilijker product dan de onderhavige WinstVerDriedubbelaar uit 2000 is nauwelijks te bedenken (zo'n beetje alles aan dit product, van brochure tot contract en uitvoering contract was ondeugdelijk). Bovendien was voor het sluiten van een huurkooptransactie zoals de leaseconstructie is aangemerkt een tweede handtekening van de partner nodig die ontbrak op de leasecontracten. Alleen op grond hiervan zouden de contracten al vernietigd moeten kunnen worden. Wat nu aan de orde is lijkt meer op een slecht theaterstuk.
De HR is nu ineens van mening, terwijl er destijds geen voldoende specifiek bewijs door Dexia is aangeboden, dat de procesgang door het gerechtshof Den Haag niet juist is geweest (bewijsaanbod door Dexia is genegeerd). Voor de "waarheidsvinding door het leveren van getuigenbewijs" is nu van belang dat de familie afzonderlijk onder ede wordt gehoord. De zaak wordt daarom verwezen naar A'dam. De HR heeft hiermee wel heel erg de kant van Dexia gekozen.
Je vraagt je zo langzamerhand af waar de rechtspraak mee bezig is. Verfoeilijker product dan de onderhavige WinstVerDriedubbelaar uit 2000 is nauwelijks te bedenken (zo'n beetje alles aan dit product, van brochure tot contract en uitvoering contract was ondeugdelijk). Bovendien was voor het sluiten van een huurkooptransactie zoals de leaseconstructie is aangemerkt een tweede handtekening van de partner nodig die ontbrak op de leasecontracten. Alleen op grond hiervan zouden de contracten al vernietigd moeten kunnen worden. Wat nu aan de orde is lijkt meer op een slecht theaterstuk.