Uitspraak GCHB 2014-021 op 1 juli 2014 van collega
Juridico: nadat desbetreffende klacht '
niet-ontvankelijk' was verklaard en dus niet inhoudelijk werd beoordeeld, tot slot toch nog snel even deze sneaky '
overweging ten overvloede '
4.14.3 Partijen verschillen van mening in hoeverre Dexia gehouden is de door de consument gestelde schade te vergoeden. Bij de beoordeling van dit geschilpunt zijn leidend de arresten van de Hoge Raad van 5 juni 2009 en 29 april 2011.
Samengevat weergegeven komt het erop neer dat de consument in beginsel tweederde gedeelte van de restschuld voor haar rekening dient te nemen en dat de door de klant betaalde rente niet voor vergoeding in aanmerking komt, tenzij de aandelenleaseovereenkomst naar redelijke verwachting een onaanvaardbaar zware last op de klant legt.
In lijn met eerdere uitspraken van Kifid (
en enkele van gerechtshof 's-Hertogenbosch) was bij onze hoorzittingen van 2 april en 26 mei 2014 die onaanvaardbaar zware last echter in het geheel niet behandeld, dus moest er een list worden verzonnen.
In
Uitspraak GCHB 2014-042 wordt tussen de feiten 2.6 (
viii) en 2.7 (
x) bij de Geschillencommissie, door de Secretaris stiekem even het volgende gefrommeld:
(ix) De inkomens- en/of de vermogenspositie van belanghebbende was bij het aangaan van de overeenkomst naar redelijk verwachting toereikend om de rente en andere kosten te voldoen.
Het blijkt een voor afwijzing noodzakelijke aanscherping van het feit uit 1.6 dat gedurende de looptijd vrijwel alle maandinleg is betaald. De onverwachte restschuld niet, die pas na beëindiging aan de orde komt.
Op de andere hoorzittingen komt de specifieke inkomens- en vermogenspositie van desbetreffende klagers evenmin inhoudelijk aan de orde, mede omdat ook daar sowieso geen van allen de restschuld had kunnen betalen. Bovendien hebben zich gedurende de looptijd ook voor de maandelijkse betalingstermijnen meerdere malen betalingsproblemen voorgedaan, in
GCHB 2014-032 zelfs zeer aanzienlijk
en gewoon vermeld in de feiten onder
3.1:
(iii) De contractuele looptijd eindigde op 27 juli 2008. Belanghebbende heeft de automatische incasso van de maandtermijnen per december 2003 stopgezet. (vi) De betalingsachterstand van Belanghebbende was €23.681,92
En hoe verklaar je nu vijf jaar betalingsachterstand, terwijl Kifid
nooit inkomensgegevens heeft gevraagd? Zo dus:
4.5.12 Belanghebbende heeft niet gesteld dat bij onderzoek destijds zou zijn gebleken dat zijn inkomens- en vermogenspositie ontoereikend was. De gemachtigde van Belanghebbende heeft voorts ter mondelinge behandeling in hoger beroep te kennen gegeven dat het aannemelijk is dat indien het bedoelde onderzoek destijds was uitgevoerd, de conclusie zou zijn geweest dat Belanghebbende aan de betalingsverplichtingen had kunnen voldoen
Leugens die je vervolgens in de andere uitspraken domweg letterlijk 1 op 1 kopieert:
GCHB 2014-033 en
GCHB 2014-034
Valsheid in akte dus, schrijnend zichtbaar als de uitspraken
tot 1 document worden samengesmeed.