De volgende interessante passages zijn te lezen in de DSI-uitspraak KCD nr. 34 dd. 30 mei 2008:
5.3.1. Effectenlease-overeenkomsten als de onderhavige zijn niet eenvoudig van aard. Daarom moet er rekening mee gehouden worden dat de gemiddelde – niet in financiële (en vermogensrechtelijke) kwesties geverseerde – consument onmachtig is op eigen kracht een compleet en realistisch beeld te krijgen van de uitwerking van deze (samengestelde) overeenkomsten.
5.3.2. Er kan niet worden gezegd dat deze specifieke risico's van effectenleaseconstructies ten tijde van het sluiten van de in deze klacht bedoelde overeenkomsten een zodanige aandacht in de media gekregen hadden, dat zij ook bij het ondeskundige publiek bekend verondersteld konden worden.
5.3.3. Consumenten hebben een eigen verantwoordelijkheid bij de aanschaf van financiële producten. Zij kunnen die verantwoordelijkheid evenwel pas dragen indien zij – tijdig – kunnen beschikken over volledige en heldere informatie betreffende het aangeboden product. In het bijzonder ten aanzien van beleggingsproducten als de onderhavige, met een complexiteit die geschikt is om de risico's voor een niet-deskundige consument te verhullen, is een zo compleet mogelijke en niet voor misverstand vatbare voorlichting dringend geboden.
Onrechtmatige daad. Misleidende mededelingen bij het aanbieden van effecten in brochure; (art. 6:194 BW); maatstaf; vermoedelijke verwachting van een gemiddeld geïnformeerde, omzichtige en oplettende gewone consument tot wie de brochure zich richt of die zij bereikt; optreden als effectenbemiddelaar zonder de vergunning als bedoeld in art. 7 Wte 95; eigen schuld (art. 6:101 BW).
En wie is dan die gemiddeld geïnformeerde, omzichtige en oplettende gewone consument?
Het Yoghurt pleidooi van Mr. Rob Silvertand op Pal bij documenten
Wellicht dat ze bij het DSI aan de Yoghurt van Rob hebben gezeten.
Juist deze door de Hoge Raad geintroduceerde maatstaf van de ''VERMOEDELIJKE VERWACHTING VAN EEN GEMIDDELD GEINFORMEERDE, OMZICHTIGE EN OPLETTENDE CONSUMENT is in de praktijk voor rechters slechts een kapstok om claims op grond van misleiding door leasebanken AF TE WIJZEN. Dit begon in 2004 toen de Rechtbank Amsterdam vonnis wees in de collectieve zaak St.Leaseverlies/CB tegen Dexia. Alle rechters (voor zover betrokken bij leaserechtszaken) in Nederland zijn als blinde lemmingen achter dit vonnis aan blijven hobbelen. Voor zover mij bekend is er nog geen leaserechtszaak gewonnen op het punt van ''misleiding''
De maatstaf is door de Hoge Raad ''gepikt'' uit een eerder arrest van het Europees Hof van Justitie, maar dat arrest ging over iets heel anders, namelijk grensoverschrijdende handelsbelemmeringen door lidstaten. Door JJC Kabel (Hoogleraar Reclamerecht) is dit pikwerk van de Hoge Raad bekritiseerd als zijnde volstrekt overbodig. De door de Hoge Raad geintroduceerde maatstaf maakt artikel 1:194 BW feitelijk tot een dode letter. In Nederland wordt praktisch geen bedrijf meer door de gewone rechter veroordeeld wegens misleidende reclame. Alleen de Reclame Code Commissie veroordeelt nog wel reclamemakers die in de fout gaan.
De kern van het misleidingsverhaal is dat de gemiddelde leasedeelnemer door de brochures van de leasebanken op het verkeerde been is gezet doordat in die brochures werd geschermd met ''GEMIDDELDE'' jaarlijkse rendementen die in het verleden op aandelen of indices werd gemaakt. Iedere statisticus of wiskundige weet echter dat het bij verwachtingen niet zo zeer gaat om het gemiddelde jaarlijkse stijging, maar om de MODUS, dat wil zeggen de modale stijging. Voor verdere literatuur over het fundamentele verschil tussen ''gemiddelde'' en ''modaal cq modus''verwijs ik naar het boek van John Paulus, getiteld ''Ongecijferdheid''. Zou bedliteratuur moeten zijn voor rechters ! Dan dringt misschien eindelijk tot de alsdan gemiddeld geinformeerde goed oplettende rechterlijke hoofden door dat de leasedeelnemers feitelijk geen schijn van kans hadden met de leaseproducten een positief rendement te maken.
Dan zou misschien ook die hele poppenkast van straks 10.000den te voeren individuele rechtszaken niet nodig zijn !